computertips ik dat die tips u kunnen helpen anders laat gerust een bericht achter op de schat box ik kijk iedere dag
Gratis virusscanner AVG
Wie niet wil betalen voor een commerciële virusscanner kan altijd nog gebruik maken van een van de vele gratis virusscanners. Een van de betere voor thuisgebruik gratis programma’s is AVG Anti-Virus Free Edition (download:. AVG scant niet alleen op virussen maar is tevens een anti-spywaretool en biedt basisbescherming tegen rootkits. Nadat de setup met slechts enkele muisklikken is doorlopen en de updatebestanden zijn bijgewerkt, is de virusscanner klaar voor gebruik. AVG is eenvoudig in het gebruik en de virusdefinities zijn in een handomdraai te updaten. Zie de pagina's over AntiVir en Avast voor andere gratis virusscanners.
LET OP: Gratis virusscanners zijn niet voor niets gratis: geen winst betekent minder onderzoek, minder onderzoek betekent een lagere kwaliteit, een lagere kwaliteit betekent... De gratis virusscanner is alleen bedoeld voor thuisgebruik. Wordt deze voor zakelijke doeleinden aangewend dan zal daarvoor betaald moeten worden.
Copyright ©2010 thedragonfamilie
Gratis virusscanner: avast! Free Antivirus
Wilt u niet betalen voor een jaarlijks abonnement voor het verkrijgen van de laatste virusdefinities, dan is er altijd nog gratis antivirussoftware waar u op terug kunt vallen! avast! Free Antivirus (download: www.avast.com/free-antivirus-download, kies de Nederlandse versie) is een van die gratis antivirus pakketten (zie de pagina's Free AntiVir en AVG voor andere gratis virusscanners). avast! is beschikbaar in verschillende talen, waaronder Nederlands. De setup van avast! Antivirus is vrij eenvoudig: na enkele muisklikken en het updaten van de virusdefinities is het programma klaar voor gebruik. Wil je gebruik blijven maken van de gratis versie dan moet avast! Antivirus wel binnen 30 dagen worden geregistreerd.
LET OP: Deze gratis antivirussoftware is alleen bedoeld voor thuisgebruik. Wordt de antivirussoftware voor zakelijke doeleinden aangewend dan zal daarvoor betaald moeten worden. Gratis antivirussoftware is niet voor niets gratis: geen winst betekent minder onderzoek, minder onderzoek betekent een lagere kwaliteit, een lagere kwaliteit betekent...
Copyright ©2010 thedragonfamilie
avast
Het eerste scherm van de setup wordt aangedrongen lid te worden van de avast! community zodat anoniem veiligheidsgerelateerde informatie naar avast! kan worden doorgestuurd. Vindt u dit uit privacyoverwegingen minder wenselijk, deactiveer dan de optie Word lid van de avast! community. De standaard setup is eenvoudig maar doeltreffend (wilt u meer afstelmogelijkheden, doorloop dan de geavanceerde setup via de optie Aangepaste installatie). In het volgende scherm wordt geadviseerd de webbrowser Google Chrome te installeren, maar deze is voor de werking van de virusscanner niet relevant en hoeft dus niet te worden geïnstalleerd (activeer de optie Nee, installeer Google Chrome webbrowser niet).
Basisscherm avast!
Nadat de setup is afgerond wordt avast! direct opgestart en de virusdefinities bijgewerkt. Het basisscherm van avast! kan worden geopend door te dubbelklikken op het avast!-icoon in het systeemvak. Direct in het oog springt de mededeling dat het programma binnen 30 dagen moet worden geregistreerd. Met een klik op de knop Registreer nu opent een nieuw venster waar de gratis versie kan worden geregistreerd (vul eventueel uit privacyoverwegingen een nep e-mailadres in).
Via de knop INSTELLINGEN (rechts bovenin het venster) opent het venster waar de programma-instellingen kunnen worden gewijzigd. Hecht u weinig waarde aan de grafische vormgeving dan kan de optie Gebruik speciale grafische effecten (bij onderdeel Basis) worden gedeactiveerd; dit komt ten goede aan de systeemprestaties. Bij onderdeel Uitsluitingen kunnen mappen worden aangewezen die bij het scannen moeten worden overgeslagen (deze mappen worden zowel bij het handmatig als bij het real-time scannen overgeslagen). De geluiden die het programma produceert, kunnen eventueel (al dan niet gedeeltelijk) via het onderdeel Geluiden worden uitgeschakeld.
Omdat het scannen van uitgaande e-mailberichten wel eens problemen geeft bij het verzenden van e-mail (terwijl het nauwelijks extra veiligheid oplevert...) kan deze optie net zo goed worden uitgeschakeld (via de taak REAL-TIME SCHILDEN links in het basisvenster, sub Mail Schild). Via de knop Expert Instellingen kunnen nog meer e-mailinstellingen worden aangepast. Zo kan het markeren van de onderwerpregel van een verdacht (suspicious) e-mailbericht worden uitgeschakeld en wordt met het deactiveren van de optie Toon splash screen voorkomen dat avast! een schermpje toont bij het opstarten van het e-mailprogramma.
Beveilig de PC met een gratis firewall
Firewall-software wordt gebruikt om het (internet)verkeer tussen de computer en het netwerk/internet in de gaten te houden en waar nodig onbekend verkeer te blokkeren. Daarnaast zorgt de firewall ervoor dat de computer onzichtbaar is in het netwerk of op internet, zodat wordt voorkomen dat onbevoegden toegang tot persoonlijke gegevens krijgen. Elk programma dat het internet op wil, krijgt te maken met de firewall en moet daarvoor eerst specifiek toestemming verkrijgen. De firewall maakt de internetverbinding een stuk veiliger. Een goede firewall is zelfs belangrijker dan een virusscanner, mits gebruik wordt gemaakt van systeemback up
Maar wat is nu een goede firewall? Van een goede firewall mag je verwachten dat deze naast het inkomende verkeer óók het uitgaande verkeer controleert. Zo kan worden bepaald welke programma's online mogen en welke liever de internettoegang worden ontzegd. Een met een trojan of virus besmette PC zal proberen informatie (zoals gevonden wachtwoorden) het internet op te sturen, hij moet dus voorbij de firewall zien te komen. Een betrouwbare firewall blokkeert alle toegang totdat de programma’s specifiek toestemming tot het internet hebben gekregen.
Ad-aware en Windows Defender tegen malware en spyware
Normaal gesproken is de opnieuw geïnstalleerde computer schoon van adware, spyware, dialers, keyloggers, Trojans, scumware, malware, toolbars en andere rotzooi. Wordt alleen betrouwbare software geïnstalleerd, dan mag verwacht worden dat het systeem geen problemen vertoont. Gebeurt er toch wat vreemds, bijvoorbeeld een onbekend programma dat door de firewall wordt tegengehouden, dan is het verstandig hier onderzoek naar te doen. Voor dit doel geschikte, gratis tools zijn Ad-Aware,Windows Defender en/ofcomando internet security defender. Omdat dergelijke tools met verschillende resultaten komen, is het verstandig het systeem met meerdere tools te scannen.
TIP: Met het gebruik van systeeback ups maakt dit soort software eigenlijk overbodig. Na het terugzetten van een (schone) systeemback-up bij een vermoedelijke besmetting is de PC altijd weer virus-, dialer- en trojanvrij.
Menu Start, taakbalk, snelstartmenu, sidebar, bureaublad
Deze pagina behandelt alle onderdelen die te maken hebben met de gebruikersinterface van Windows Vista. De instellingen van de verschillende (soms nieuwe) elementen kunnen naar wens worden aangepast waardoor het gebruiksgemak van Windows aanzienlijk verbetert.
Menu Start
Het menu Start (of startmenu) wordt gebruikt om geïnstalleerde programma's snel op te kunnen starten. De lijst programma's in het startmenu is opgedeeld in twee secties: de aan het startmenu vastgemaakte programma's (bovenin) en de recent geopende programma's (onder de horizontale streep). Direct na installatie is het startmenu nog niet echt praktisch ingedeeld: volgens de standaard instellingen wordt het startmenu gevuld met minder relevante programma's terwijl de belangrijkste tools zijn weggestopt in het menuonderdeel Alle programma's. De indeling van het startmenu kan echter naar eigen smaak worden aangepast door programma's aan het startmenu vast te maken (klik met rechts op het programma-icoontje en selecteer Aan het menu Start vastmaken, zoals dat in de afbeelding met Windows Update wordt gedaan).
Standaard programma's vs. Alle programma's
Elk nieuw geïnstalleerd programma voegt in het menuonderdeel Alle programma's een snelkoppeling toe (tenzij daar tijdens de setup niet voor wordt gekozen), zodat het betreffende programma eenvoudig te vinden is. Deze lijst met software kan rommelig overkomen, zeker wanneer er veel programma's zijn geïnstalleerd. Een logische mappenstructuur (zoals verderop wordt beschreven) kan hier orde in aanbrengen.
HET ZOEKVELD GEBRUIKEN OM EEN PROGRAMMA TE VINDEN
De niet aan het startmenu vastgemaakte programma's kunnen snel worden gevonden door in het zoekveld Zoekopdracht starten (onderin het startmenu) de eerste letters van het gewenste programma in te tikken. De zoekresultaten worden in het startmenu getoond, het gewenste programma kan op deze manier snel worden gevonden.
De eigenschappen van het startmenu wijzigen
Klik met rechts op een leeg gedeelte van het startmenu om de Eigenschappen te bewerken. De onderdelen aan de rechterkant van het startmenu kunnen via het tabblad Menu Start, knop Aanpassen naar wens worden toegevoegd of verwijderd. Zo kunnen de onderdelen Help, Netwerk, Ontspanning, Standaardprogramma's en Verbinden maken eventueel uit het startmenu worden verwijderd en het onderdeel Favorieten worden toegevoegd. Door het alfabetisch ordenen uit te schakelen (optie Menu Alle Programma's op naam sorteren), kan de volgorde van de mappen en programma's in het startmenu naar eigen smaak worden ingedeeld. De volgorde van de snelkoppelingen kan hierna handmatig worden aangepast door de pictogrammen onderling te verslepen. Is het startmenu te klein om alle programma's te tonen, dan kan het formaat van de pictogrammen worden aangepast door de optie Grote pictogrammen gebruiken uit te schakelen. Ook de optie Nieuw geïnstalleerde programma's markeren kan worden uitgezet zodat recent geïnstalleerde programma's niet meer geel worden gemarkeerd in het menuonderdeel Alle Programma's.
Minimaliseer het aantal items in de map Opstarten
Alle in de map Opstarten vermelde items (in het menuonderdeel Alle Programma's) worden automatisch tegelijk met Windows opgestart, zorg er dus voor dat in deze map geen snelkoppelingen naar programma's staan die niet (meer) worden gebruikt. Sommige programma's plaatsen hier bij installatie automatisch een verwijzing naar een klein, aanverwant programmaatje (dat vervolgens dus tegelijk met Windows opstart). Deze zijn zelden zinvol, ze nemen echter wél systeembronnen in beslag en zorgen daarmee voor onnodige vertragingen. Verwijderen dus!
HANDMATIG AANPASSEN VAN HET STARTMENU
De snelkoppelingen in het menuonderdeel Alle Programma's worden op twee verschillende locaties bewaard: één map voor de snelkoppelingen die beschikbaar zijn voor alle gebruikers (C:\ProgramData\Microsoft\Windows\Menu Start) en één map voor de gebruikersspecifieke snelkoppelingen (C:\Gebruikers\inlognaam\AppData\Roaming\Microsoft\Windows\Menu Start). Met behulp van de Windows Verkenner kunnen snelkoppelingen en submappen naar believen aan deze mappen worden toegevoegd of verwijderd.
Standaard map van de Windows Verkenner wijzigen
Via de knop Computer (onderdeel van het startmenu) wordt de Windows Verkenner geopend, standaard in de map Computer. Hoewel deze opstartlocatie best nuttig kan zijn, is het niet altijd de meest praktische opstartmap. Gelukkig is het mogelijk een snelkoppeling naar een voorkeursmap aan het startmenu toe te voegen. Open hiervoor de Windows Verkenner (bijvoorbeeld via Alle Programma's, Bureau-accessoires), blader naar de betreffende voorkeursmap, klik daar met rechts op en kies voor Kopiëren naar, Bureaublad (snelkoppeling maken). Klik vervolgens met rechts op de zojuist aangemaakte snelkoppeling en kies voor Eigenschappen. De weergave van de Windows Verkenner kan via de opdrachtregel bij Doel worden aangepast, zo laat opdracht "D:\" de Windows Verkenner bijvoorbeeld in de root van de D:-schijf uitkomen (tip: kies bij Uitvoeren voor Gemaximaliseerd zodat de Windows Verkenner bij het openen standaard het gehele scherm gebruikt). Nadat de naam van de snelkoppeling is gewijzigd, kan deze naar het startmenu worden gesleept.
De taakbalk
Door met rechts op een leeg gedeelte van de taakbalk te klikken, kunnen de Eigenschappen ervan worden bewerkt. De optie Taakbalk automatisch verbergen kan in Windows Vista beter niet worden gebruikt omdat Windows belangrijke administratormeldingen op die taakbalk toont. Wanneer deze meldingen niet zichtbaar zijn voor de gebruiker, blijft het onduidelijk waarom de gevraagde handeling niet door Windows wordt uitgevoerd. Een verdubbeling van de hoogte van de taakbalk (door de bovenkant van de taakbalk met de muis omhoog te slepen) creëert meer ruimte voor het snelstartmenu en de actieve vensters. Tevens ontstaat er zo meer ruimte om de dag en datum onder de tijd te tonen. Hiervoor moet de taakbalk wel eerst (tijdelijk) worden ontgrendeld (klik met rechts op de taakbalk en deactiveer de optie Taakbalk vergrendelen).
Snelstartmenu (Quick Launch)
Zijn er inmiddels een groot aantal programma's aan het startmenu vastgemaakt, dan blijft er weinig ruimte over voor nieuwe programma's. Ook het onderdeel Alle Programma's wordt al snel rommelig vanwege het grote aantal geïnstalleerde programma's. Er is gelukkig nog een andere oplossing die zowel overzichtelijk als snel werkt: de snelkoppelingen kunnen namelijk ook via het snelstartmenu (ook wel Quick Launch genoemd) worden geactiveerd. Het snelstartmenu staat rechts naast de startknop van Windows. Het menu wordt standaard gevuld met snelkoppelingen naar programma's, en kan eventueel nog worden aangevuld met zelfgekozen programma's en mappen. Afhankelijk van de ingestelde grootte van het menu worden snelkoppelingen onder het »-teken geplaatst (zie afbeelding). Mocht het snelstartmenu niet zichtbaar zijn, dan kan deze worden geactiveerd door met rechts op de taakbalk te klikken en te kiezen voor Werkbalken, Snel starten.
De snelkoppelingen zijn met behulp van de Windows-toets in combinatie met een numerieke toets ook zonder gebruik te maken van de muis snel toegankelijk. Zo opent in dit voorbeeld de Windows-toets in combinatie met 3 Internet Explorer (het IE-icoontje staat als derde in de rij op de taakbalk). Voor deze functionaliteit is het wellicht praktisch de hoogte van de taakbalk te verdubbelen zodat er meer snelkoppelingen (maximaal tien) worden getoond. Het is eventueel mogelijk het snelstartmenu te verbreden, dit gaat echter ten koste van de beschikbare ruimte op de taakbalk. Voor beide wijzigingen moet eerst de taakbalk worden ontgrendeld.
Bureaublad tonen, Flip 3D en het bladeren door programma's
Het snelstartmenu is volgens de Windows-instellingen uitgerust met een aantal standaard snelkoppelingen. De eerste snelkoppeling wordt gebruikt om alle geopende vensters te minimaliseren en direct naar het bureaublad te gaan. Dit is handig wanneer de snelkoppelingen op het bureaublad regelmatig worden gebruikt. De tweede snelkoppeling opent een 3D-omgeving (Flip 3D genoemd) waarin met het scrollwiel van de muis door de openstaande vensters kan worden gebladerd, zodat snel naar een ander programma kan worden overgestapt. Het scrollen door de openstaande vensters kan ook worden aangestuurd door de Windows-toets te combineren met het herhaaldelijk drukken op de TAB-toets. Ook nu kan met de muis door de openstaande vensters worden gebladerd (houd daarbij de Windows-toets ingedrukt). Deze bladerfunctie is een alternatief voor de toetscombinatie ALT-TAB.
Het snelstartmenu aanpassen
Het snelstartmenu kan gemakkelijk worden uitgebreid door snelkoppelingen naar het snelstartmenu te slepen en los te laten op het moment dat een vertikaal streepje verschijnt. Toevoegen kan ook door met rechts op een programma of icoontje te klikken en vervolgens te kiezen voor Aan Snel starten toevoegen. Met een klik op het »-teken worden de overige, 'verborgen' items in het snelstartmenu zichtbaar. In het voorbeeld is het snelstartmenu uitgebreid met overzichtelijke mapjes met daarin snelkoppelingen naar alle denkbare programma's. Verwijderen van items uit het snelstartmenu gaat eenvoudig met een rechter muisklik op het betreffende item, kies vervolgens Verwijderen.
Het toevoegen van mappen aan het snelstartmenu
De mappen in het snelstartmenu kunnen handmatig worden aangemaakt, en wel via de Windows Verkenner op de volgende locatie:
C:\Gebruikers\inlognaam\AppData\Roaming\Microsoft\Internet Explorer\Quick Launch
Nieuwe mappen worden aangemaakt door in de verkenner met rechts op een leeg gedeelte onder de bestaande icoontjes te klikken en te kiezen voor Nieuw, Map. Vervolgens kunnen bestaande snelkoppelingen naar de betreffende mapjes worden gekopieerd, bijvoorbeeld vanuit de eerder genoemde mappen van het onderdeel Alle Programma's uit het startmenu.
Extra werkbalk toevoegen
De taakbalk kan worden uitgebreid met extra, aan bestaande mappen gekoppelde werkbalken waarmee snel toegang tot veelgebruikte bestanden kan worden verkregen. Een snelmenu naar de map Documenten kan bijvoorbeeld worden toegevoegd door met rechts op de taakbalk te klikken en te kiezen voor Werkbalken, Nieuwe werkbalk... Selecteer vervolgens een map (bijvoorbeeld de map Documenten). Deze extra werkbalken worden rechts op de taakbalk geplaatst, de onderliggende mappen en bestanden zijn te bereiken via het »-teken. In het voorbeeld is de map SchoonePC toegevoegd, voortaan zijn de documenten in deze map dus snel toegankelijk via de taakbalk!
DE TAALBALK VERBERGEN
De Taalbalk (in de menubalk, links naast het systeemvak) bevat informatie over taalinstellingen (invoertaal en toetsenbordindeling). Deze optie kan handig zijn wanneer een tweede taal of toetsenbordindeling is toegevoegd zodat er snel kan worden geswitcht. Is hier echter geen behoefte aan, dan kan de taalbalk worden verborgen door in het configuratiescherm bij het onderdeel Landinstellingen, tabblad Toetsenborden en talen, knop Toetsenborden wijzigen, tabblad Taalbalk de optie Verbergen te activeren. Soms biedt ook dit geen oplossing en moeten de niet gebruikte toetsenbordindelingen op het tabblad Algemeen worden verwijderd (dit voorkomt tevens dat de toetsenbordindeling met de toetscombinatie linker ALT- en rechter SHIFT-toets per ongeluk wordt gewijzigd).
Systeemvak
Ook het systeemvak (rechts in de taakbalk) kan naar wens worden aangepast. Standaard wordt het systeemvak met veel icoontjes gevuld, gebruiken doen we er echter maar weinig: aanpassen dus! Klik met rechts op de klok of een ander ongebruikt gedeelte van het systeemvak en kies Eigenschappen, tabblad Systeemvak. Hier kan via de knop Aanpassen worden aangegeven welke pictogrammen standaard zichtbaar moeten zijn en welke achter het pijltje verborgen worden. De ingebouwde Windows-functies zoals de klok, de icoontjes voor het geluidsvolume, de netwerkverbinding en het energieniveau voor een laptop kunnen ook op dit tabblad worden verborgen.
Datum in het systeemvak tonen
Het systeemvak is standaard voorzien van een klok. Door de taakbalk in hoogte te verdubbelen, kan ook de dag van de week en de datum worden toegevoegd. Door te klikken op de datum/tijd opent het venster Eigenschappen voor Datum en tijd. Via het tabblad Extra klokken kunnen eventueel twee extra klokken (met verschillende tijdzones) aan het pop-upvenster worden toegevoegd.
Sidebar
Windows Vista introduceert een nieuw onderdeel op het bureaublad: de Sidebar, een verticale kolom die naar eigen smaak met diverse gadgets ingericht kan worden. In Windows Vista staan al enkele standaard gadgets klaar om direct te installeren (zoals klokken in diverse smaken, een kalender, snel zoeken in de contactpersonen, een miniatuur diavoorstelling van persoonlijke foto's, aandelenkoersen, notities, RSS-feeds en actuele weerberichten). Gadgets kunnen worden toegevoegd door met rechts op de sidebar te klikken en te kiezen voor Gadgets toevoegen. Met de optie Meer gadgets downloaden (rechtsonder) zijn nog veel meer handige gadgets beschikbaar.
Het is jammer dat de ruimte voor de sidebar beperkt is. Gelukkig kunnen gadgets ook naar het bureaublad worden versleept zodat ze alsnog (eventueel vergroot) weergegeven kunnen worden. Wordt de sidebar veel gebruikt, dan is het wellicht prettiger deze continu op de voorgrond te laten staan: klik hiervoor met rechts op de sidebar en kies voor Eigenschappen en activeer de optie Sidebar bevindt zich altijd op de voorgrond van andere vensters. Het maximaliseren van programmavensters wordt hiermee beperkt tot het resterende bureaubladoppervlak (de naar het bureaublad verplaatste gadgets blijven op de achtergrond). Gebruikers van een breed beeldscherm zullen deze ruimte niet eens missen, voor de beeldschermen met een lage resolutie is het wellicht minder handig. Gebruikers van twee of meer schermen kunnen bij de Eigenschappen instellen op welk beeldscherm de sidebar moet worden getoond.
TIP: De gadgets op de sidebar kunnen voor een aanzienlijk trager systeem zorgen. Is de vertraging erg hinderlijk, dan is het verstandiger de sidebar standaard uit te schakelen. Dat kan bij de Eigenschappen van de sidebar door de optie Sidebar starten als Windows wordt opgestart uit te vinken.
Het bureaublad
Door snelkoppelingen op het bureaublad aan te maken, kunnen veelgebruikte mappen, bestanden, programma's etc in een handomdraai worden geopend. Om het overzicht te behouden, is het wel raadzaam het aantal beperkt te houden (een overzichtelijke indeling van het start- en snelstartmenu maakt de snelkoppelingen naar programma's op het bureaublad eigenlijk overbodig). Plaats persoonlijke bestanden liever niet direct op het bureaublad maar in de map Documenten, daarmee wordt voorkomen dat ze onbedoeld worden verwijderd! Moet een bestand toch via het bureaublad bereikbaar zijn, maak er dan een snelkoppeling voor aan (klik met rechts op het bestand en kies Kopiëren naar -> Bureaublad (snelkoppeling maken)).
Pictogrammen ordenen
De pictogrammen van de snelkoppelingen kunnen netjes worden geordend door met rechts op een leeg gedeelte van het bureaublad te klikken en vervolgens te kiezen voor Beeld, Automatisch schikken. Als de optie Uitlijnen op raster nog niet aan staat, kan deze hier ook worden geactiveerd. De pictogrammen worden standaard vrij groot weergegeven, maar kunnen eenvoudig worden verkleind door de CTRL-toets in te drukken in combinatie met het scrollwiel van de muis.
POSITIE BUREAUBLADPICTOGRAMMEN BEWAREN
Staan de icoontjes op het bureaublad weer eens door elkaar, bijvoorbeeld nadat het systeem in veilige modus is opgestart? Met het programma IconRestorer kunnen de locaties van de pictogrammen worden opgeslagen (optie Bewaar huidige bureaublad indeling) en op elk gewenst moment weer worden teruggezet (optie Herstel laatst opgeslagen bureaublad indeling).
Bureaublad aanpassen
Via het onderdeel Persoonlijke instellingen van het configuratiescherm (tevens bereikbaar met een rechter muisklik op het bureaublad), optie Bureaubladpictogrammen wijzigen (links in het taakvenster) kunnen standaard snelkoppelingen zoals de prullenbak worden toegevoegd of verwijderd. De achtergrondafbeelding van het bureaublad kan bij het onderdeel Bureaubladachtergrond worden gewijzigd, met de knop Bladeren kan eventueel een plaatje uit een map met persoonlijke foto's worden geselecteerd.
Schermresolutie en beeldscherminstellingen
Het beeldscherm is het belangrijkste element bij de interactie met de computer, zorg er dus voor dat deze goed is afgesteld! Met een rechter muisklik op het bureaublad, optie Aan persoonlijke voorkeuren aanpassen, onderdeel Beeldscherminstellingen kan de resolutie worden gecontroleerd (deze moet bij voorkeur overeenkomen met de technische specificaties van de aangesloten monitor). Elk scherm heeft weer andere optimale instellingen: voor een 17 inch- of kleiner beeldscherm is een resolutie van 1024*768 pixels veelal prima geschikt, voor grotere schermen kom je al snel uit op 1280*1024 pixels (of zelfs 1600*1200 pixels), en voor breedbeeldschermen zijn de verhoudingen wéér anders...Platte schermen hebben één specifieke optimale resolutie, elke andere instelling geeft een slechtere beeldkwaliteit (dit wordt veroorzaakt doordat er bij een 'verkeerd' gekozen schermresolutie tussen de pixels moet worden geïnterpoleerd/geëxtrapoleerd). Raadpleeg daarom de technische specificaties in de meegeleverde handleiding voordat de resolutie wordt aangepast. Verhoog (indien mogelijk) tevens de hoeveelheid getoonde kleuren naar 32-bits voor de maximaal haalbare kleurdiepte. Gelukkig kiest Windows Vista in de meeste gevallen automatisch de juiste resolutie en de optimale hoeveelheid kleuren zodat deze doorgaans niet meer handmatig aangepast hoeven te worden. Klik vervolgens op de knop Geavanceerde instellingen en open het tabblad Beeldscherm om desgewenst de verversingsfrequentie te verhogen naar minimaal 75 Hertz zodat het beeld rustiger wordt (let op: een te hoge verversingsfrequentie verkort de levensduur).
LET OP: Een te hoge verversingsfrequentie verkort de levensduur!
Bureaubladachtergrond stretchen over meerdere beeldschermen
Ook het gebruik van een aparte bureaubladachtergrond per beeldscherm wordt niet door Windows 7 ondersteund. Met behulp van fotobewerkingssoftware is het gelukkig redelijk eenvoudig een dergelijke dubbele (of zelfs driedubbele) bureaubladachtergrond zelf te maken. Zo'n achtergrond wordt gemaakt door de gewenste afbeeldingen in een nieuwe, brede afbeelding aan elkaar te plakken. De grootte van de te gebruiken afbeeldingen is gelijk aan de ingestelde resolutie van de beeldschermen. Bijvoorbeeld: voor twee beeldschermen met elk een resolutie van 1280*1024 pixels moet de totale bureaubladachtergrond 2560*1024 pixels groot worden. Pas de resolutie van de foto's aan (in dit voorbeeld moet elke afbeelding dus 1280*1024 groot zijn), plak ze vervolgens aan elkaar en sla het geheel op als een nieuwe afbeelding (die uiteindelijk weer 2560*1024 pixels groot is). Wijzig vervolgens op normale wijze de bureaubladachtergrond: klik daarvoor met rechts op het bureaublad en blader naar de nieuwe afbeelding via Aan persoonlijke voorkeuren aanpassen, optie Bureaubladachtergrond en kies onderin bij Hoe moet de afbeelding worden weergegeven? voor de middelste optie (Naast elkaar).
Aero Glass-interface
Beschikt de grafische kaart over voldoende capaciteiten, dan start Windows Vista automatisch op in de geavanceerde Aero Glass-interface. Deze kenmerkt zich door transparantie van de geopende vensters. Deze interface belast de processor van de grafische kaart (GPU) aanzienlijk waardoor de hardware-vereisten vrij hoog zijn. Windows Vista maakt gebruik van het nieuwe Windows Device Driver Model (WDDM), de grafische kaart moet daarom minimaal ondersteuning bieden voor DirectX 9. Is de Aero Glass-interface te zwaar voor de grafische kaart, dan wordt automatisch teruggevallen op een wat minder veeleisende weergave. De Aero Glass-interface kan geheel naar eigen wens worden aangepast bij het onderdeel Persoonlijke instellingen van het configuratiescherm, optie Kleur en vormgeving van vensters (een wijziging wordt direct toegepast in het openstaande venster).
Visuele effecten minder veeleisend instellen
Treden er aanzienlijke vertragingen op bij het openen, minimaliseren, maximaliseren, verplaatsen en sluiten van vensters, dan kunnen de visuele effecten beter minder veeleisend worden ingesteld. Hierdoor wordt de grafische kaart minder belast, waardoor deze geen vertragingen meer veroorzaakt. Het uitschakelen van de doorzichtigheid (zie afbeelding) kan aanzienlijk schelen, met name wanneer er sprake is van een oudere grafische kaart of wanneer de grafische berekeningen door de processor zelf worden uitgevoerd omdat een grafische kaart ontbreekt. Er zijn meer opties, te vinden via de link Eigenschappen van klassieke vormgeving openen voor meer kleuropties onderaan het venster Kleur en vormgeving van vensters. Hier kan eventueel worden teruggeschakeld naar het Windows Vista Basic kleurenschema (of zelfs naar de klassieke weergave). Onderstaande afbeelding laat rechts een fragment van een venster in Aero Glass-interface zien en links een venster in Basic-interface.
Door bij de knop Effecten (in hetzelfde venster) enkele effecten uit te schakelen, kan extra prestatiewinst worden behaald (met name de optie De inhoud van het venster tijdens het slepen weergeven is belastend voor het systeem). Het is overigens aan te raden de optie ClearType actief te houden omdat deze het lezen van teksten vanaf het beeldscherm aanzienlijk veraangenaamt.
Geavanceerde systeeminstellingen aanpassen
De geavanceerde systeeminstellingen bieden nog veel meer mogelijkheden voor het aanpassen van de visuele effecten. Ga hiervoor naar het onderdeel Systeem van het configuratiescherm, Geavanceerde systeeminstellingen (links in het taakvenster), tabblad Geavanceerd, knop Instellingen bij het onderdeel Prestaties. Door visuele effecten uit te schakelen, kunnen de systeemprestaties worden geoptimaliseerd. Optimale systeeminstellingen (met behoud van enkele visuele effecten) worden verkregen door alle opties uit te schakelen, met uitzondering van Bureaubladsamenstelling inschakelen, Doorzichtig glas inschakelen (indien gewenst), Miniatuurweergaven in plaats van pictogrammen weergeven (toont de verkleinde foto's), Vallende schaduw voor namen van pictogrammen op bureaublad gebruiken (oftewel de transparantie van de achtergrond van de pictogrammen op het bureaublad), Visuele stijlen op vensters en knoppen toepassen en Zachte randen rond schermlettertypen weergeven (de functie ClearType).
Gratis beveiliging: ZoneAlarm firewall
Hoewel ZoneAlarm beduidend minder goed functioneert als de firewale comande is het wel de populairste gratis firewall kies voor Download Basic Firewall). ZoneAlarm kan elk programma afzonderlijk blokkeren dan wel toestaan te communiceren met het netwerk en/of het internet. Wanneer een onbekend programma probeert contact te leggen met het netwerk of het internet, vraagt ZoneAlarm om een bevestiging. Deze firewall schakelt overigens automatisch de Windows firewall uit.
ZoneAlarm setup en instellingen
Tijdens het downloaden van free ZoneAlarm Firewall wordt gevraagd of de 15-dagen probeerversie van de ZoneAlarm Internet Security Suite moet worden geïnstalleerd. Kies hier voor ZoneAlarm Free Firewall en ga verder met het downloaden en het uitvoeren van de setup. In het volgende scherm kan de optie voor het installeren van de toolbar ZoneAlarm Spy Blocker desgewenst worden gedeactiveerd. Het is niet noodzakelijk te registreren, deze optie kan dus ook worden uitgevinkt, net als de opties voor de update-informatie en beveiligingsnieuws. Ga akkoord met de licentievoorwaarden, laat ZoneAlarm eventueel (zoals aanbevolen) de computer scannen op programma's die als betrouwbaar bekend staan en dus toegang tot het internet mogen hebben. Start tot slot de computer opnieuw op.
De volgende stap is het doorlopen van het configuratiescherm van ZoneAlarm, het ZoneAlarm Control Center. Als u deze tijdens de installatieprocedure heeft gemist dan kan deze altijd nog achteraf worden geopend via het ZoneAlarm-icoontje rechts onderin het systeemvak (zie afbeelding, hier kan overigens ook alle internetactiviteit worden geblokkeerd door te kiezen voor Stop all Internet activity).
Op het subtabblad Main van het onderdeel Firewall (links in in het taakvenster) staan nu de volgende standaardinstellingen: Internet Zone Security = High, en Trusted Zone Security = Medium. De Trusted Zone Security kan eventueel ook op High worden gezet mits er geen bestanden of printers op de betreffende computer worden gedeeld.
Op het tabblad Program Control staan de volgende instellingen (worden de pop-ups als irritant ervaren, dan kan de beveiliging iets worden teruggedraaid door Program Control op Low te zetten):
Bij elk (voor ZoneAlarm nog onbekend) programma dat contact probeert te leggen met het internet en/of netwerk vraagt ZoneAlarm om toestemming. Elk onbekend programma moet tweemaal worden bevestigd, zoals in het voorbeeld is weergegeven voor enternet explorer (vergeet niet de optie Remember this setting aan te vinken, anders blijft de vraag terugkomen!).
Geef een programma bij twijfel liever geen toestemming tot het internet, dat kan in een later stadium altijd nog via het subtabblad Programs van het tabblad Program Control.
Heeft een programma toestemming gekregen het internet (Internet Zone) en/of het netwerk (Trusted Zone) op te gaan, dan staat er een groen vinkje in de betreffende kolom. Wordt de toegang geweigerd dan staat er een rood kruis. Een gemaakt fout kan hier altijd nog worden gecorrigeerd!
e AVG Free virusscanner installeren en afstellen
De installatieprocedure van AVG Anti-Virus Free Edition is eenvoudig te doorlopen. Kies in het welkomstscherm van de setup voor de Nederlandse taal (meestal wordt deze standaard al geselecteerd) en kies vervolgens de gratis versie AVG Anti-Virus Free. Nadat de benodigde bestanden zijn gedownload, akkoord is gegaan met de voorwaarden en voor de standaardinstallatie is gekozen, kan in het volgende venster de licentie worden geactiveerd. Voor de gratis versie is de licentiecode standaard al ingevuld en een gebruikersnaam is niet nodig, dit venster kan dus direct met de knop Volgende worden bevestigd. Schakel in het volgende scherm eventueel de optie AVG Werkbalk Beveiliging installeren (ook wel de AVG Security Toolbar genoemd) uit.
TIP: Is de AVG Security Toolbar toch geïnstalleerd en wilt u deze achteraf alsnog uitschakelen? Doe dat dan niet vanuit AVG zelf maarvanuit de browser (Internet Explorer: via Extra, Invoegtoepassingen beheren, schakel alle invoegtoepassingen van AVG uit; Firefox: via Extra, Add-ons, schakel de invoegtoepassingen AVG Safe Search en AVG Security Toolbar uit). Het uitschakelen van deze invoegtoepassingen heeft tevens tot gevolg dat de irritante veiligheidswaarschuwingen van het AVG Search-Shield niet meer worden getoond bij de zoekresultaten van de verschillende zoekmachines (waaronder Google)!
De installatie van deze gratis virusscanner wordt automatisch afgerond met een controle of de virusdefinities up-to-date zijn. Tevens wordt verzocht toestemming te geven anoniem gegevens aan te leveren over gedetecteerde bedreigingen, schakel deze optie bij voorkeur uit.
Tot slot wordt gevraagd of de scanprestaties nu alvast moeten worden geoptimaliseerd. Dit moet sowieso gebeuren en kan dus net zo goed gelijk worden uitgevoerd (klik op de knop Scannen nu optimaliseren). Dit optimalisatieproces neemt enige tijd in beslag, in de tussentijd kan echter gewoon met de computer worden gewerkt.
De instellingen optimaliseren
Het basisscherm opent met een dubbelklik op het AVG-icoontje in het systeemvak (de pop-ups over een nieuwe betaalde versie onderin het basisscherm kunnen worden genegeerd):
De harde schijf scannen op virussen
Naast een real-time scan van de lopende processen worden alle op de computer aanwezige bestanden standaard wekelijks (op een vooraf ingesteld tijdstip) gecontroleerd op virussen (een dagelijkse scan van de bestanden is bij normaal gebruik van de computer niet echt nodig). Deze standaard scaninstellingen kunnen worden gewijzigd via de menubalk in het basisscherm van AVG: Extra, Geavanceerde instellingen, tabblad Schema’s (links in het venster), subtab Geplande scan. Hier kan de scan naar een gunstiger tijdstip worden gewijzigd, bijvoorbeeld een moment van de dag waarop de computer doorgaans aan staat maar niet wordt gebruikt.
Staat de computer op het ingestelde tijdstip uit, dan wordt de scan uitgevoerd zodra de computer weer wordt opgestart (optie Uitvoeren bij het opstarten van de computer als taak is overgeslagen). Activeer eventueel ook de optie Uitvoeren zelfs als de computer in energiebesparingsmodus is zodat de computer automatisch op het geplande tijdstip uit de slaapstand ontwaakt (afhankelijk van de instellingen gaat Windows daarna vanzelf weer in de energiebesparende modus).
TIP: Omdat volgens de standaard instellingen de gehele harde schijf wordt gescand, kan dit behoorlijk wat tijd kosten. Door op het tabblad Wat er gescand moet worden een selectie van te scannen partities en mappen te maken, kan het scanproces echter aanzienlijk worden versneld. Afzonderlijke partities, mappen en/of bestanden kunnen eventueel ook handmatig vanuit de Windows Verkenner worden gecontroleerd door er met rechts op te klikken en te kiezen voor Scannen met AVG Free. Handig wanneer nieuw toegevoegde bestanden even snel op virussen en spyware moeten worden gecontroleerd!
Moet de geplande scan worden uitgeschakeld, verwijder dan het vinkje bij de optie Deze taak inschakelen (tab Schema-instellingen) Het is vervolgens wel noodzakelijk met enige regelmaat zelf handmatig een scan uit te voeren! Het handmatig opdracht geven de gehele computer (of een gedeelte daarvan) te scannen kan via het onderdeel Computerscanner (basisscherm), optie De hele computer scannen (of Mappen of bestanden scannen). Hoewel de standaard instellingen voor deze scanopties prima zijn, kunnen ze eventueel met de link Scaninstellingen wijzigen worden aangepast.
In quarantaine geplaatste bestanden
Van virus of spyware verdachte bestanden worden automatisch in quarantaine (onderdeel Computerscanner, knop Quarantaine weergeven) geplaatst. Bestanden die onterecht als virus zijn aangemerkt, kunnen binnen 30 dagen nog worden teruggezet. Na het verstrijken van deze periode worden in quarantaine geplaatste bestanden automatisch van de harde schijf verwijderd. De quarantaine-instellingen kunnen eventueel via Extra, Geavanceerde instellingen, tabblad Quarantaine worden aangepast: zo kan het automatisch verwijderen worden uitgeschakeld door het deactiveren van de optie Bestanden automatisch verwijderen.
Updaten van de AVG virusdefinities
Het updaten van de virusdefinities gaat bij deze gratis virusscanner automatisch. AVG Free controleert hooguit eenmaal per dag, op een vast tijdstip automatisch op nieuwe virusdefinities. Is de computer op dat moment niet actief dan worden de laatste virusdefinities alsnog gedownload zodra de computer weer wordt aangezet of uit de slaapstand ontwaakt (deze instellingen kunnen in het updateschema worden gewijzigd, te bereiken via Extra in de menubalk, Geavanceerde instellingen, tabblad Schema’s, subtab Updateschema virusdatabase). Handmatig updaten van de virusdefinities kan echter ook. De snelste manier is via het AVG-icoontje rechts onderin het systeemvak: klik met rechts op het icoontje en kies voor Nu bijwerken. Het controleren, downloaden en installeren van de updates van de virusscanner is vervolgens vrij eenvoudig.
Het certificeren van e-mail uitschakelen
Volgens de standaard instellingen wordt aan het einde van elk ontvangen e-mailbericht een AVG-mededeling geplaatst, het zogenaamde certificeren. Deze toevoeging lijkt echter meer op reclame en kan net zo goed worden uitgeschakeld: kies in de menubalk voor Extra, Geavanceerde instellingen, tabblad E-mailscanner (links in het venster) en schakel de optie E-mail certificeren uit. Uitgaande e-mail hoeft overigens niet gecontroleerd te worden, dat kan alleen maar voor problemen zorgen, de optie Uitgaande e-mail controleren kan dus uitgeschakeld blijven.
Specifieke mappen of bestanden niet laten scannen
Bestandslocaties die met zekerheid geen onveilige bestanden bevatten, kunnen van het scanproces worden uitgesloten via Extra, Geavanceerde instellingen, tabblad Resident Shield (links in het venster), subtab Uitgesloten mappen, knop Pad toevoegen. Specifieke bestanden kunnen via de subtab Uitgesloten bestanden, knop Toevoegen worden uitgesloten. Deze optie is met name handig wanneer AVG een bestand als false positive bestempelt waardoor deze automatisch in quarantaine wordt geplaatst (een false positive is een bestand dat ten onterechte als virus is bestempeld; dit gebeurt bijvoorbeeld wel eens met tools voor het achterhalen van wachtwoorden).
Een (draadloos) netwerk/internet aanleggen
Steeds meer gezinnen hebben tegenwoordig meerdere computers in huis staan, de oude PC weggooien is immers zonde. Ze met elkaar verbinden wordt echter niet vaak gedaan, terwijl een thuisnetwerk juist erg handig kan zijn. De voordelen: een internetverbinding voor alle PC's, gedeelde printers, de mogelijkheid bestanden uit te wisselen en natuurlijk het spelen van games. Deze pagina gaat over het aanleggen van een goed beveiligd draadloos netwerk met een wireless (=draadloze) router, waarbij de breedband internetverbinding (ADSL of kabel), printers en bestanden kunnen worden gedeeld.
Wat is er nodig voor een (draadloos) netwerk?
Router (bedraad of draadloos)
Er is in grote lijnen keuze uit twee soorten routers: bedrade en draadloze. Het prijsverschil is niet bijzonder groot, met het oog op de extra opties kan daarom wellicht net zo goed een draadloze router worden gekocht (wordt geen gebruik gemaakt van de draadloze functie, schakel deze dan uit zodat onbevoegden er geen gebruik van kunnen maken!). Draadloze routers zijn verkrijbaar in verschillende snelheden, de 54 Mbit-variant (de g-standaard) is de meest gebruikte.
en betrouwbare draadloze router kost nog geen 40 euro. Er is helaas een groot kwaliteitsverschil tussen de diverse in de handel verkrijgbare routers, sommigen veroorzaken onverklaarbare problemen. Koop dus liever niet een van de goedkopere draadloze routers en vraag altijd of deze mag worden teruggebracht indien hij niet naar wens functioneert. In plaats van een draadlozer router kan overigens ook een draadloze HUB/access point worden gebruikt als uitbreiding op het bestaande netwerk.
De meeste routers (bedraad of draadloos) zijn voorzien van 3 of 4 poorten waarop de computers, met gebruik van CAT5- of CAT6-kabels, direct kunnen worden aangesloten. Het is verstandig de computers zo beperkt mogelijk draadloos aan te sluiten, want elke computer die draadloos gaat is een mogelijke probleemveroorzaker. Daarnaast kan het voorkomen dat draadloze computers elkaar storen. Ze maken gebruik van dezelfde draadloze bandbreedte, hetgeen ook nog eens resulteert in een tragere verbinding.
TIP: De internetverbinding kan eventueel ook via een hoofdcomputer worden gedeeld (deze wordt dan als alternatieve router gebruikt), waardoor de router overbodig wordt. Deze methode is echter minder interessant, omdat het bijna zeker voor problemen zal zorgen.
Ethernetmodem
Het ethernetmodem wordt op de WAN-poort van de router aangesloten zodat elke met de router verbonden computer via deze poort toegang krijgt tot het internet. De voorkeur gaat uit naar het door de provider geleverde modem, de provider ondersteunt namelijk doorgaans alleen dit met het abonnement meegeleverde aparaat. Is er toch een probleem, controleer dan eerst of het probleem blijft bestaan wanneer de router uit het netwerk wordt gehaald. Heeft de direct op de modem aangesloten computer nog steeds geen verbinding, dan is dit het moment om de provider te bellen.
Het is aan te raden een oude USB ADSL-modem te vervangen door een ethernetmodem. De USB-modems zijn namelijk erg lastig met een router te gebruiken (er bestaan wel geschikte routers voor, deze zijn echter een stuk duurder en niet bruikbaar voor een ethernetmodem). De Alcatel SpeedTouch ethernetmodem is een goede keuze: deze wordt door de meest providers ondersteund. Koop liever niet het draadloze Alcatel SpeedTouch ethernetmodem omdat deze na het instellen van de maximale beveiliging niet meer naar behoren functioneert! Kabelinternetters hoeven zich geen zorgen te maken: alle verkrijgbare kabelmodems zijn normaal gesproken geschikt voor het aansluiten op een router.
VAN ISDN NAAR ADSL
Let bij de aanschaf van een ADSL-modem op of er een analoge of ISDN-variant nodig is (deze zijn onderling niet uitwisselbaar). Wordt bij de ADSL-aanvraag overgestapt van een ISDN-verbinding naar een analoge telefoonlijn, zeg dan eerst de ISDN-verbinding op. Pas na ontvangst van de nieuwe nota kan de ADSL-aanvraag worden ingediend.
Kabels voor aansluiting op router
Voor een normale aansluiting op de router zijn CAT5-kabels nodig (geen crosskabels, deze zijn alleen geschikt om twee PC's direct aan elkaar te koppelen, zonder tussenkomst van een router). Dit type kabel kost slechts enkele euro's, afhankelijk van de lengte. In de meeste gevallen wordt er een meegeleverd met het ethernetmodem en de router. Ook moet de PC voorzien zijn van een ethernetpoort (standaard aanwezig bij alle nieuwe PC's). Is deze niet aanwezig, dan moet daarvoor nog een PCI-kaartje worden aangeschaft (deze kost ongeveer 10 euro).
GEBRUIK CAT6-KABELS BIJ GIGABIT NETWERK
Gebruik bij een Gigabit-router/switch (1.000 Mbit in plaats van 100 Mbit) liever CAT6-kabels om er zeker van te zijn dat de gewenste snelheid wordt behaald (met name bij het overbruggen van een grote afstand). De maximaal haalbare snelheid is overigens ook afhankelijk van de verwerkingssnelheid van de langzaamste harde schijf.
Voor de draadloze aansluiting van de PC zijn speciale USB-adapters of PCI-kaarten verkrijgbaar, en voor laptops speciale Cardbus-kaarten. De kosten per draadloze adapter bedragen ongeveer 15 euro (ook hier kan het beste worden gekozen voor 54 Mbit, en als het kan van hetzelfde merk als de router. De verschillende merken zouden uitwisselbaar moeten zijn, maar toch...).
Printers in het netwerk
Er zijn twee manieren om printers aan te sluiten in een netwerk: via de computer of via een printerserver. Blijft de printer aan de computer gekoppeld, dan moet deze worden gedeeld om het voor andere computers mogelijk te maken daarop te printen. Wordt er vanaf een andere PC een printopdracht naar de printer gestuurd, dan moet de PC waarop de printer is aangesloten wel aan staan. Bij gebruik van een losse printerserver is dit niet nodig. Printerservers zijn echter niet goedkoop. Sommige fabrikanten leveren tegen een aantrekkelijke prijs een printerserver gecombineerd met de (draadloze) router. Op zich een positieve ontwikkeling, zolang het niet ten koste van de draadloze beveiliging gaat.
Ethernetmodem en (draadloze) router plaatsen
Er zijn verschillende geschikte opties voor het plaatsen van de router en het modem. De beste plaatsing van een kabelmodem en –router is afhankelijk van de plek waar het kabelsignaal het pand binnenkomt. Bij ADSL is de locatie van de telefoonlijnsplitter bepalend voor de plaatsing van het modem en de router: plaats de splitter dus tactisch in de meterkast of bij het telefoonstopcontact dat zich het dichtst bij de werkplek bevindt. Let op: hiermee worden andere, rechtstreeks uit de meterkast getrokken telefoonstopcontacten onbruikbaar! Een DECT-basisstation met bijbehorende draadloze telefoontoestellen kan dit probleem ondervangen.
De beste locatie voor het modem en de router is daar waar de splitter zich bevindt. Zodoende wordt een web aan netwerkkabels voorkomen (het is toch niet voor niets een draadloos netwerk)! Het ethernetmodem moet met de meegeleverde netwerkkabel aan de WAN-poort van de router worden aangesloten. In sommige gevallen (afhankelijk van de locatie van de aansluitpunten) kan niet worden voorkomen dat een kabel door het huis moet worden getrokken. Is dit niet gewenst dan kunnen de splitter, modem én draadloze router altijd nog in of nabij de meterkast worden geplaatst. Bedenk wel dat ze in geval storingen gemakkelijk bereikbaar moeten zijn zodat de router en modem opnieuw kunnen worden opgestart.
TIP BIJ PLAATSING
De signaalontvangst van de draadloze zender is gevoelig voor storingen van DECT-telefoons, magnetrons, meterkast, gewapend betonnen vloeren, etc. Daarnaast kan de ontvangst op sommige locaties tegenvallen waardoor er een centralere plek voor de router in het huis gekozen moet worden. In het ergste geval moet bij een draadloze router dus één kabel worden getrokken.
Modem installeren voor toegang tot internet
Het is verstandig eerst een internetverbinding te realiseren volgens de aanwijzingen van de internetprovider, zonder gebruik te maken van de router. Op het moment dat de internetverbinding werkt, kan het modem worden aangesloten op de WAN-poort van de router. Lukt het de installatiesoftware niet het ADSL-modem te vinden, dan is de kans groot dat deze wordt geblokkeerd door een firewall. Schakel deze daarom tijdelijk uit! Bij kabelinternet moet soms het MAC-adres van de betreffende computer in de router worden gekloond, zodat de provider 'weet' dat het nog steeds dezelfde computer is die online gaat.
TIP BIJ STROOMSTORING
Is er een stroomstoring geweest, dan moet het ADSL-modem veelal opnieuw worden opgestart (met het aan/uit knopje of de stekker even uit het stopcontact halen).
Instellen van de internetverbinding
De computer via een netwerkkabel met de router verbinden, is vrij simpel. Zonodig moet eerst een netwerkkaart (met de bijbehorende drivers) worden geïnstalleerd. Sluit de netwerkkabel vervolgens enerzijds aan op een van de poorten van de router en anderzijds op de ethernetpoort van de PC. Controleer hierna of de instellingen correct zijn en of de netwerkverbinding tot stand is gebracht (XP: bij onderdeel Netwerkverbindingen van het configuratiescherm, Vista: bij onderdeel Netwerkcentrum van het configuratiescherm). De verbinding wordt doorgaans vanzelf opgezet, waarbij automatisch een IP-adres wordt verkregen van de DHCP-server van de router.
Controleer eerst of de LAN-verbinding is ingeschakeld, in Windows Vista en Windows 7 is dat direct duidelijk na een blik op het netwerkcenter. In Windows XP staat de status achter de verbinding: klik met rechts op de verbinding en kies Inschakelen wanneer deze is uitgeschakeld.
Windows XP
Windows 7
De instellingen kunnen ook eenvoudig worden gewijzigd. In Windows 7 gaat dat via de link LAN-verbinding in het Netwerkcentrum, knop Eigenschappen. In Windows Vista gaat dat via de link Status weergeven in het Netwerkcentrum, knop Eigenschappen. In Windows XP moet bij het onderdeel Netwerkverbindingen met rechts op de LAN-verbinding worden geklikt, om vervolgens Eigenschappen te selecteren. Controleer eerst of het Internet-protocol (TCP/IP) is aangevinkt. Controleer tevens via de knop Eigenschappen van het venster van het TCP/IP-protocol of deze staat ingesteld op automatisch toewijzen (dat is voldoende voor een router met een DHCP-server). Naast het standaard TCP/IPv4-protocol (IP-adres bestaande uit 4 delen) wordt vaak ook het nieuwe TCP/IPv6-protocol (IP-adres bestaande uit 6 delen) vermeld. Wordt de v6-variant (nog) niet ondersteund door de internetprovider dan kan deze net zo goed worden uitgeschakeld. De QoS pakketplanner zorgt ervoor dat specifiek internetverkeer (zoals bellen over internet (VoIP)) voorrang krijgt. Deze functie kan eventueel worden uitgeschakeld.
Schakel, wanneer deze niet nodig is, tevens de Bestands- en printerdeling voor Microsoft-netwerken uit zodat het niet meer mogelijk is bestanden cq. printers op de betreffende PC te delen met andere gebruikers van het netwerk. Een onnodig veiligheidsrisico dat beter afgedicht kan worden als er toch geen gebruik van wordt gemaakt. Het blijft vervolgens nog steeds mogelijk toegang te krijgen tot gedeelde bestanden en printers op een andere computer.
Windows XP vs. Windows Vista/Windows 7
In Windows Vista wordt het verbindingsicoontje standaard rechts onderin het systeemvak getoond, zodat de status van de verbinding snel toegankelijk is (in Windows 7 is de status status te achterhalen met de link LAN-verbinding in het Netwerkcentrum). Dit kan ook in Windows XP worden ingesteld door de optie Pictogram in systeemvak weergeven gedurende de verbinding te activeren (zie afbeelding). Vermeldt het statusvenster bij onderdeel Ontvangen 0 bytes (dus geen activiteit), dan is er een probleem met de communicatie met de router. Controleer in dat geval de firewall-instellingen, de kabels en reset eventueel de router.
Het ingestelde IP-adres is te achterhalen via de knop Details (Windows Vista) of via het tabblad Ondersteuning (Windows XP). In onderstaand geval is deze toegekend door de DHCP-server van de router. Het IP-adres wordt gebruikt voor de identificatie van de computer in het netwerk en begint met dezelfde range getallen als het IP-adres van de router. Het IP-adres van de router wordt vermeld bij Standaard-gateway en begint meestal met 10.0.0.xxx of 192.168.x.xxx. (door dit IP-adres in te tikken in de adresbalk van Internet Explorer kan doorgaans worden ingelogd op de modem-router). Begint het getoonde IP-adres met 169, dan is er een communicatieprobleem met de router.
Is er in Windows XP nog steeds geen verbinding met internet, start dan Internet Explorer, ga via Extra, Internetopties naar het tabblad Verbindingen en klik op de knop Instellen. Vervolgens moet de wizard worden doorlopen door achtereenvolgens te kiezen voor Verbinding met het Internet maken, Ik wil handmatig een verbinding instellen en tot slot de optie Verbinding maken via permanente breedbandverbinding te activeren. Activeer in het eerste scherm tevens de optie dat de internetverbinding nooit gekozen moet worden (is niet altijd mogelijk).
NETBIOS VIA TCP/IP UITSCHAKELEN
Hoogstwaarschijnlijk wordt er geen gebruik gemaakt van NetBIOS, deze kan dan beter worden uitgeschakeld om zo tot een hoger beveiligingsniveau te komen. Dit is mogelijk via de instellingen van het TCP/IP-protocol van de netwerkverbinding. Klik op de knop Eigenschappen van de netwerkverbinding, selecteer het TCP/IPv4-protocol en klik op Eigenschappen, knop Geavanceerd, tabblad WINS. Schakel daar de NetBIOS via TCP/IP uit.
LET OP: Het is nu niet meer mogelijk computers in het netwerk op hun computernaam te benaderen, zoals bij het delen van bestanden wordt gedaan (het benaderen van de computers in het netwerk is nog wel mogelijk via het IP-adres).
Router instellen
Vervolgens moet de router worden ingesteld. Geef het IP-adres van de router (bijvoorbeeld 192.168.1.1) op in de adresbalk van Internet Explorer. Log vervolgens in met het standaard wachtwoord (zie de handleiding, meestal admin;.het is verstandig dit wachtwoord direct te wijzigen). Nu kan de internetverbinding tot stand worden gebracht, er is immers een netwerkverbinding met de router aangemaakt. De router zelf moet echter eerst weer met het internet worden verbonden. In de meeste gevallen staat de internetverbinding (ook wel gateway genoemd) al correct ingesteld (zoek naar een term als Obtain IP-address automatically/Dynamic IP-address). Bij kabelinternet moet soms ook het MAC-adres van de computer worden gekloond (te vinden met de knop Details in de hierboven getoonde schermen onder de naam Fysiek adres). Sla de nieuwe instellingen op en herstart de router. Lukt het niet contact te krijgen met internet, neem dan eventueel even contact op met de helpdesk van de betreffende fabrikant om de juistheid van de routerinstellingen te doorlopen.
WACHTWOORD WIJZIGEN
Het is verstandig het toegangswachtwoord van zowel de router als het modem te wijzigen en daar een aantekening van te maken (maak bijvoorbeeld een printcreen van de instelingen en schrijf daar vervolgens het wachtwoord bij). Het is ook handig de inloggegevens van router en/of modem op een klein papiertje te schrijven en deze onderop het betreffende apparaat te plakken.
PLOTSELING GEEN VERBINDING MEER?
Bij plotselinge verbindingsproblemen is het verstandig eerst zowel de computer als de router opnieuw op te starten (bijvoorbeeld door de stroom er even af te halen) voordat er uitgebreid naar een oorzaak wordt gezocht. Met het commando PING (bijvoorbeeld PING xxx.xx.xx, als dat het IP-adres van de router is) kan de verbinding met de router worden getest. Start daarvoor de Opdrachtprompt met het commando CMD in het uitvoer-/zoekvenster van het startmenu. Het commando IPCONFIG /all kan van pas komen bij het achterhalen van het IP-adres.
ROUTER RESETTEN NAAR FABRIEKSINSTELLINGEN
Is het niet meer mogelijk in te loggen op de router of het modem omdat het wachtwoord kwijt is? Reset dan de router naar de fabrieksinstellingen, zie daarvoor de handleiding of de website van de routerfabrikant.
POORTEN VAN DE ROUTER OPENZETTEN
Is het wenselijk poorten voor bepaalde software-toepassingen open te zetten? De pagina over het opzetten van poorten gaat hier uitgebreid op in. Bezoek ook eens de website daar worden de poortinstellingen voor de meeste routers besproken. Worden opengezette poorten niet meer gebruikt, sluit ze dan weer!
Router instellen voor een draadloze verbinding
Het instellen van een draadlozer router is doorgaans niet echt moeilijk, het gaat er echter om dat er een goed beveiligde verbinding wordt gerealiseerd. Start een internetbrowser en log in op de router, ga vervolgens naar het onderdeel wireless/draadloos. Eerst moet het draadloze netwerk een naam (ook wel SSID genoemd) worden geven. Stel de SSID van het netwerk in op een niet zo voor de hand liggende naam en laat de rest van de beveiliging voorlopig achterwege. Het moet nu vrij eenvoudig zijn om een draadloze verbinding te maken. Met een dubbelklik op het draadloze icoontje in het systeemvak rechts onderin het scherm worden de beschikbare draadloze netwerken getoond. Selecteer hier het netwerk met de eerder opgegeven SSID. Er wordt vervolgens automatisch verbinding gemaakt.
Windows XP vs Windows 7
Openzetten van poorten modem/router
Voor sommige software, zoals de op deze website beschreven is het noodzakelijk dat bepaalde poorten in de modem/router worden opengezet. Deze pagina legt in grote lijnen uit hoe dat moet. Daarbij wordt uitgegaan van een computer die met het internet is verbonden door middel van het veel gebruikte Alcatel SpeedTouch ADSL modem. Aangezien er inmiddels ook veel computergebruikers een (draadloze) router aan deze modem (of andere modem) hebben gekoppeld, wordt het voorbeeld uitgebreid met een SMC-router.
LET OP: De Alcatel SpeedTouch ADSL modem bezit tevens routerfunctionaliteit. Zo'n apparaat waarbij het modem en de router worden gecombineerd, wordt in dit verhaal modem-router genoemd. Aangezien de routerfunctionaliteit van de SpeedTouch niet echt bijzonder is, kan dit apparaat liever uitsluitend als modem worden gebruikt om er vervolgens een goed functionerende router aan vast te koppelen. Om verwarring te voorkomen, wordt in een dergelijk geval de benamingen modem en router gebruikt.
Copyright ©2010 Masterofdragon
Het principe van het openzetten van poorten
De computer is via het modem met het internet verbonden. De server van de internetprovider wijst het IP-adres toe waarmee de computer vindbaar is op internet. De communicatie met het internet verloopt via verschillende poorten, waarbij elk soort communicatie weer over een andere poort verloopt.
De meeste modem en routers zijn voorzien van een firewall zodat de niet gebruikte poorten standaard zijn gesloten. Uit oogpunt van veiligheid is dit erg verstandig. Voor sommige programma's is het echter noodzakelijk dat bepaalde poorten worden opengezet worden, wat voorkomt dat gaan conflicteren met het overige dataverkeer. Er wordt daarbij onderscheid gemaakt in twee soorten van communicatie: TCP (Transmission Control Protocol) en het simpelere UDP (User Datagram Protocol). Bij het openzetten van poorten moet hier dus een keuze uit worden gemaakt.
De modem en router moeten zo ingesteld worden dat het op deze poorten binnenkomende verkeer doorgestuurd wordt naar het interne IP-adres van een zelf gekozen computer in het netwerk (dit is de computer met de software die gebruik maakt van deze poorten). Het binnenkomende verkeer wordt zodoende direct de weg gewezen naar de gewenste locatie.
TIP: Het is onmogelijk een bepaalde poort te laten doorverwijzen naar meer dan één computer. Moet hetzelfde programma op meerdere computers worden geïnstalleerd, dan moet de gebruikte poort bij de andere computers in de betreffende software handmatig worden aangepast naar een nog niet gebruikt poortnummer.
LET OP: Wees voorzichtig met het openzetten van poorten, het netwerk wordt daar namelijk een stukje minder veilig van. Zorg in ieder geval voor een softwarematigfirewalle op alle in het netwerk aanwezige computers. Een dergelijke firewall opent alleen de betreffende poorten als dat noodzakelijk is, dus alleen als het bijbehorende programma is opgestart.
IP-adres van de computer achterhalen
Eerst moet het IP-adres worden achterhaald van de computer waarvoor de poorten opengezet moeten worden. Dit kan met het commando IPCONFIG in de Opdrachtprompt. Ga daarvoor naar het zoekvenster in het startmenu, geef het commando CMD en druk op de knop ENTER. Geeft het commando IPCONFIG (gevolgd door ENTER). Het venster ziet er ongeveer als volgt uit:
In dit venster kan het IP-adres van de computer worden achterhaald, in dit voorbeeld is dat 10.0.0.1 (in veel gevallen zal dat 10.0.0.150 zijn). De standaard-gateway staat hier op 10.0.0.138, wat het IP-adres van het modem is. Dit is het standaard IP-adres voor de meeste Alcatel SpeedTouch modems.
IP-ADRES HANDMATIG TOE LATEN WIJZEN
In de meeste gevallen worden de IP-instellingen automatisch toegewezen, in sommige gevallen kan het automatisch toewijzen van een IP-adres echter voor problemen zorgen. Zo zou in de loop van de tijd het IP-adres kunnen wijzigen met het gevolg dat een doorgesluisd poortnummer niet meer bij de juiste PC terechtkomt. De IP-instellingen kunnen daarom eventueel handmatig worden aangepast via de TCP/IP-configuratie (versie 4) van de netwerkverbinding. Dit is mogelijk bij het onderdeel Netwerkverbindingen (XP: klik met rechts op de verbonden LAN-verbinding en kies Eigenschappen)/Netwerkcentrum (Vista: link Status weergeven, knop Eigenschappen; 7: link LAN-verbinding, knop Eigenschappen) van het configuratiescherm. Wijzig de eigenschappen van het Internet-protocol (TCP/IP) door de gegevens handmatig over te nemen (vul bij DNS-serveradres hetzelfde IP-adres in als de standaard-gateway). De PC start nu ook sneller op omdat hij niet meer op zoek gaat naar een server voor het verkrijgen van de IP-instellingen. Onthoud wel dat deze instellingen zijn aangepast voor het geval er in de toekomst een andere modem-router wordt geplaatst!
Inloggen op het Alcatel SpeedTouch modem
Nu zowel het IP-adres van de modem-router als de open te zetten poorten bekend zijn, kan op de modem-router worden ingelogd om de instellingen aan te passen. Start Internet Explorer (of andere browser) en voer in de adresbalk het IP-adres van de standaard-gateway (in dit geval is dat 10.0.0.138). Doe dit zonder www, alleen het IP-adres!
LET OP: De indeling van het geopende venster is afhankelijk van het merk modem/router. Deze pagina bespreekt de instellingen voor het veelgebruikte Alcatel SpeedTouch ADSL modem.
Na het inloggen opent het basisscherm waar de instellingen aangepast kunnen worden. Kies in het menu links voor Advanced (soms worden de menu's niet helemaal correct, dit wordt doorgaans opgelost nadat op Advanced is geklikt). Klik vervolgens op het menu-item NAPT voor het openen van de gewenste poorten.
LET OP: De kans is aanwezig dat een wachtwoord moet worden ingevoerd om te kunnen inloggen (standaard is deze blanco). Dit wachtwoord is tijdens de setup van het modem ingevoerd. Was er geen wachtwoord ingevuld, dan is het verstandig dit nu alsnog te doen zodat geen ongewenste gasten (vanaf het internet) op het modem kunnen inloggen (via Advanced, System Password). Vergeet daarna niet op Save All te klikken. Het wachtwoord natuurlijk goed bewaren en eventueel onder op het modem plakken!
Poorten van Alcatel SpeedTouch modem openzetten
Nadat op NAPT (Network Address Port Translation) is geklikt, wordt het tabblad met de NAPT Entries getoond (deze NAPT entries geven aan welke poorten inmiddels zijn opengezet, oftewel geforward). Als voorbeeld worden de poorten van het eerder genoemde eMule opengezet, klik daarvoor op New (onderaan in het gele gedeelte).
Door het weergegeven scherm met NAPT Entries in te vullen worden poorten opgezet. Kies eerst het protocol (TCP of UDP) in de getoonde combobox. Aan de rechter kant moet bij Inside Port en Outside Port de open te zetten poortnummers worden ingevuld. Dit zijn respectievelijk TCP, 4662 en 4662 voor de eerste poort en UDP, 4672 en 4672 voor de tweede poort (zie de pagina over het Geef bij Inside IP het IP-adres op waar het verkeer op deze poorten binnenkomt naartoe moet worden geleid, in dit geval 10.0.0.1. Klik na het invullen van het scherm voor de eerste en tweede poort op Apply in de gele balk onderin het venster. Na het invoeren van beide poorten moet het venster met de gegevens gelijk zijn aan onderstaand figuur.
Sla deze gegevens definitief op door te klikken op Save All in het linker menugedeelte (ze moeten anders bij een stroomuitval opnieuw worden ingevoerd). Nadat deze gegevens zijn ingevoerd, zijn de poorten opengezet. Het verkeer dat op deze poorten binnenkomt, wordt doorgesluisd naar de computer die met deze modem is verbonden op het IP-adres 10.0.0.1. Het programma eMule zou nu dan ook zonder problemen moeten werken!
LET OP: Bij een automatisch verkregen IP-adres is het zaak af en toe te controleren of dit nog wel overeenkomt met het huidige IP-adres. Vandaar de opmerkingen over het gebruiken van een handmatig ingevoerd statisch IP-adres.
TIP: Wordt de software niet meer gebruikt (en is het dus niet meer nodig dat de poorten openstaan), dan kunnen deze uit veiligheidsoverwegingen beter weer worden gesloten. Selecteer daarvoor de betreffende poort (klik op het blauwe pijltje aan de linker kant) en klik op Delete in de verschenen gele balk. Vergeet ook nu niet op Save All te klikken!
Netwerk uitbreiden met een router
Tot nu toe zijn we ervan uitgegaan dat er alleen het Alcatel SpeedTouch modem-router is geplaatst, maar wanneer de mogelijkheden van het netwerk moeten worden uitgebreid kan beter een meer geavanceerde (draadloze) router worden geïnstalleerd In dat geval moet op zowel het modem als de router dezelfde poort worden geforward!
Portforwarding modem naar router
Wordt het ADSL-modem aangesloten op een router, dan moet de betreffende poort worden doorgelust van modem naar router en van router vervolgens naar de betreffende PC. In het volgende voorbeeld wordt getoond hoe dat moet met een SMC-router. Eerst moet worden uitgezocht welk IP-adres de router heeft en welk IP-adres de PC van de router heeft gekregen. Deze kan op dezelfde wijze worden achterhaald als bij het Alcatel SpeedTouch modem (in dit geval 192.168.2.1 voor de router en 192.16.2.104 voor de eigen PC).
Vervolgens kan worden ingelogd op de router door het gevonden IP-adres (192.168.2.1) in te voeren in de adresbalk van Internet Explorer. Volg hierbij de aanwijzingen in de handleiding van de router. Het is wellicht even zoeken, maar er moet een statusvenster zijn waarin het door het Alcatel SpeedTouch modem uitgedeelde IP-adres van de nieuwe router vermeld staat (dit kan bijvoorbeeld 10.0.0.2 zijn). Dit is het IP-adres waar de poorten van het modem naartoe geforward moeten worden. Met deze informatie moeten eerst de instellingen van het Alcatel SpeedTouch modem worden aangepast (dus weer inloggen op 10.0.0.138 en de vorige procedure doorlopen).
Portforwarding router naar PC
Met de via het commando IPCONFIG gevonden informatie (zie de zwarte schermen) kan nu de router worden ingesteld. In dit voorbeeld is het IP-adres van de router 192.168.2.1 en het IP-adres van de PC 192.168.2.104. Stel vervolgens de router zo in, dat de benodigde poorten geforward worden van de router naar de PC. Bij deze SMC-router gaat dat via Advanced Settings, NAT, Virtual Server:
In dit scherm moeten de portforwarding-gegevens worden ingevuld (in dit geval die van het programma eMule), waarna alles naar behoren zou moeten functioneren.
Trage computer sneller maken door hardware te vervangen
Op deze website wordt uitgebreid gesproken over softwarematige mogelijkheden om de snelheid van de computer te verhogen. Is de computer ondanks deze tips nog steeds traag, dan wordt het tijd eens kritisch naar de hardware te kijken. De zwakste schakels in de hardware met betrekking tot de systeemprestaties zijn doorgaans het RAM-geheugen en de harde schijf. Een relatief trage harde schijf zorgt voor veel oponthoud, en bij onvoldoende RAM-geheugen is er zelfs helemaal niet meer fatsoenlijk met de computer te werken!
Bij onvoldoende RAM-geheugen blijft de harde schijf maar doorratelen...
Nadat de opstartbestanden van Windows (en andere met Windows opstartende programma's) van de harde schijf zijn ingelezen, worden ze in het RAM-geheugen geplaatst. Wordt het beschikbare RAM-geheugen hiermee al grotendeels in beslag genomen, dan blijft er nog maar weinig geheugenruimte over voor andere, nog op te starten programma's. Zodra het RAM-geheugen volledig in gebruik is, wijkt Windows uit naar het wisselbestand pagefile.sys (ook wel het virtuele geheugen genoemd, een speciaal voor dit doel gereserveerde ruimte op de harde schijf). Omdat dit wisselbestand (vanwege de relatief lage snelheid van de harde schijf) beduidend trager werkt dan het RAM-geheugen, gaat het gebruik van het wisselbestand ten koste van de systeemprestaties.
Een tekort aan RAM-geheugen is te herkennen aan het onafgebroken ratelen van de harde schijf (het lampje voor de activiteit van de harde schijf knippert hierbij voortdurend). Heeft het uitschakelen van onodige met windows opstertende sofware, niet genoeg effect op het terugdringen van het gebruik van het RAM-geheugen, dan zit er maar één ding op: RAM-geheugen bijplaatsen. De systeemprestaties kunnen dankzij meer (en wellicht ook sneller) RAM-geheugen miraculeus verbeteren!
Hoeveel RAM-geheugen is wenselijk?
Om fatsoenlijk met Windows te kunnen werken, moet XP met minimaal 1 Gb (bij zwaar gebruik 2 Gb) en Vista/7 met minimaal 2 Gb aan RAM-geheugen zijn uitgerust (Vista/7 Basic kan eventueel met 1 Gb minder af). Voor de gebruikelijke 32-bits versie van zowel Windows XP als Windows Vista is het niet zinvol meer dan 3 Gb aan RAM-geheugen te plaatsen, vanwege de beperkingen van de 32-bits architectuur kan dit toch niet worden aangesproken. De 64-bits versie van Windows draait daarentegen pas optimaal wanneer de computer is voorzien van minimaal 4 Gb aan RAM-geheugen. Beschikt de PC over minder dan 1 Gb aan RAM-geheugen, dan is het sowieso verstandig deze in zijn geheel te vervangen door twee snellere modules van elk 1 Gb.
Let er bij de aanschaf van nieuw RAM-geheugen op dat het type geheugen geschikt is voor het betreffende moederbord (ook het type geheugen is te achterhalen met CPU-Z). RAM-modules zijn overigens verkrijgbaar met verschillende toegangstijden (de toegangstijd is bepalend voor de maximaal haalbare snelheid van het RAM-geheugen). Hierbij is een kanttekening wel op zijn plaats, want niet elk moederbord weet de maximaal haalbare snelheid van snel geheugen daadwerkelijk te benutten (zie de specificaties van het moederbord).
Ook een nieuwe harde schijf kan snelheidswinst opleveren
De lees- en schrijfsnelheid van de harde schijf is medebepalend voor de prestaties van de computer. Alle (systeem)bestanden moeten namelijk eerst vanaf de relatief trage harde schijf worden ingelezen voordat ze in het RAM-geheugen kunnen worden geladen. De opstartsnelheid van Windows en programma's (inclusief het openen van grote bestanden) wordt dus grotendeels bepaald door de snelheid waarmee de harde schijf de bestanden kan inlezen. Elke nieuwe generatie harde schijven is weer sneller dan de voorgaande waardoor een wat oudere computer al snel over een relatief trage harde schijf beschikt. Het is dus interessant te onderzoeken of snelheidswinst kan worden behaald wanneer de verouderde harde schijf wordt vervangen door een nieuwe, snellere harde schijf. Na het vervangen van de harde schijf is het wel noodzakelijk een (tijdrovende) herinstallatie van Windows uit te voeren of de gegevens op de uode harde schijf in zijn geheel over te zetten naar de nieuwe harde schijf
TIP: Omdat het eerder genoemde wisselbestand (het virtuele geheugen) gebruik maakt van de harde schijf, heeft het plaatsen van een snellere harde schijf ook indirect een positief effect op de snelheid.
RAID-opstelling met twee gespiegelde schijven voor nog meer snelheid
Zelf zweer ik al enkele jaren bij een RAID 1-configuratie (RAID betekent Redundant Array of Independent Disks) waarbij twee (identieke) harde schijven met elkaar worden gespiegeld (ook wel mirrored genoemd) zodat beide harde schijven exact dezelfde informatie bevatten. Een wijziging van een bestand wordt dus op beide schijven doorgevoerd. Erg handig wanneer één van de schijven het begeeft want hoewel de spiegeling door het wegvallen van een schijf wordt verbroken, kan er nog steeds worden doorgewerkt op de andere nog functionerende schijf!
Bijkomend voordeel is dat de gespiegelde schijven ook nog eens zorgen voor een veel sneller systeem omdat bestanden (in theorie) tweemaal zo snel kunnen worden ingelezen. Een bestand kan namelijk tegelijkertijd van beide schijven worden gelezen, zodat elk slechts de helft van het bestand hoeft aan te leveren. Bijkomend voordeel is dat de gespiegelde schijven ook nog eens zorgen voor een veel sneller systeem omdat bestanden (in theorie) tweemaal zo snel kunnen worden ingelezen. Een bestand kan namelijk tegelijkertijd van beide schijven worden gelezen, zodat elk slechts de helft van het bestand hoeft aan te leveren. Moet de computer frequent grote hoeveelheden bestanden uitlezen (zoals dat bij het opstarten van Windows en programma's gebeurt), dan is de snelheidswinst duidelijk te merken! Worden regelmatig grote bestanden (zoals videobestanden) bewerkt dan zou een RAID 0-configuratie kunnen worden overwogen (bij RAID 0 wordt de informatie verdeeld over de schijven in plaats van gespiegeld waardoor het opslaan vanzelfsprekend sneller gaat). Besef echter dat wanneer een van de harde schijven van een RAID 0-configuratie defect raakt, de bestanden écht weg zijn waardoor er een groot probleem ontstaat...
Wees er wel bewust van dat er veel fout kan gaan bij een RAID-configuratie en dat problemen soms moeilijk op te lossen zijn! Zo kan bijvoorbeeld de configuratie beschadigd raken wanneer wordt vergeten de RAID-instellingen te herstellen nadat het BIOS is geflashed en/of gereset... Zorg dus voor voldoende kennis over de materie en experimenteer zo nodig met de BIOS- en RAID-instellingen voordat de computer definitief in gebruik wordt genomen!
OP BASIS VAN EIGEN ERVARINGEN
Dat een RAID 1-configuratie daadwerkelijk voor snelheidswinst zorgt, was goed te merken nadat ik direct na het flashen van het BIOS, was vergeten de RAID 1-configuratie opnieuw op te bouwen (ook ik maak nog wel eens een domme fout...). Omdat de spiegeling van de harde schijven hiermee werd verbroken, werden ze bij het opstarten van Windows als twee afzonderlijke harde schijven ingelezen. Doordat elke partitie nu tweemaal werd weergegeven, kon Windows op beide schijven afzonderlijk en onafhankelijk van elkaar wijzigingen doorvoeren. Voordat ik het goed en wel in de gaten had, waren beide schijven degraded waardoor de schijven niet meer bruikbaar waren voor het (met behoud van gegevens) opnieuw opbouwen van de RAID 1-configuratie!
Nu de RAID 1-configuratie niet meer kon worden hersteld, moest ik noodgedwongen met één harde schijf doorwerken (de tweede harde schijf werd daartoe losgekoppeld). Hoewel het een snelle computer betrof, heb ik mij voor het eerst sinds lange tijd weer eens geërgerd aan een zwaar beveiligingspakket... Want terwijl deze in de RAID 1-configuratie nauwelijks voor (merkbare) vertraging zorgde, was de door het beveiligingspakket veroorzaakte vertraging duidelijk te merken bij het opstarten vanaf slechts één harde schijf.
De RAID 1-configuratie heb ik overigens kunnen herstellen door twee nieuwe (snellere) harde schijven te plaatsen. Een van de oude schijven is vervolgens gebruikt om de oorspronkelijke gegevens te imagen naar de nieuw aangemaakte RAID 1-opstelling. Om problemen met het bestandssysteem definitief uit te sluiten, heb ik voor de zekerheid nog een systeemback-up teruggezet. Als gevolg van de nieuw geplaatste hardware was het ook noodzakelijk het opstartproces van Windows Vista (de BCD) met behulp van de installatie-DVD te herstellen. Tot slot is een nieuwe systeemback-up gemaakt.
Zoals uit dit verhaal blijkt, heeft een systeem met gespiegelde harde schijven wat snelheid en veiligheid betreft echt een pre, de complexiteit van de configuratie neemt echter wel toe...
Problemen met de processorkoeling
In warme zomermaanden neemt het aantal meldingen van vage computerproblemen altijd weer hand over hand toe. Veel computers blijken in de zomermaanden last te hebben van koelingsproblemen. De hardware raakt door zomerse temperaturen oververhit met als gevolg vreemde foutmeldingen, een BSOD (Blue Screen Of Death, een blauw scherm dus), een crash, een herstart, gegevensverlies en andere onverklaarbare problemen. In sommige gevallen kunnen de opstartbestanden zelfs beschadigd raken waardoor Windows niet meer kan opstarten! Om verdere schade te voorkomen is het dus van belang koelingsproblemen direct aan te pakken.
Een goede koeling van hardware is noodzakelijk
Zodra de computer wordt gebruikt, wordt door de hardware aanzienlijk wat warmte geproduceerd. Wanneer hardware te warm wordt, kan het voor (vaak onverklaarbare) foutmeldingen of zelfs voor permanente beschadigingen zorgen. Vandaar dat de processor, de grafische chipset, maar ook de computerkast zelf standaard (met behulp van ventilatoren en/of warmtegeleidende materialen) worden gekoeld.
Omdat de temperatuur binnenshuis in de zomer behoorlijk kan oplopen (denk bijvoorbeeld aan een warme zolderkamer), is de door de ventilatoren aangevoerde lucht soms te warm om nog goed te kunnen koelen. Onder die omstandigheden wordt de hardware al snel te warm en ontstaan er geheid koelingsproblemen die soms zelfs uitmonden in permanente schade (verlies van gegevens op een harde schijf komt niet zo vaak voor, maar is wel degelijk mogelijk). Neem deze problemen dus serieus en zorg voor een goede koeling!
Vaststellen van (zomerse) koelingsprobleem?
Is er daadwerkelijk sprake van een koelingsprobleem, of bevat de computer (inmiddels) defecte hardware? Zet de computer een paar uur uit, zodat de hardware kan afkoelen. Treden de problemen na een 'koude' opstart structureel later op dan na een 'warme' herstart? De diagnose is dan snel gemaakt, er is sprake van een koelingsprobleem (het mag duidelijk zijn dat een dergelijke analyse niet meer mogelijk is wanneer de opstartbestanden inmiddels door het koelingsprobleem zijn beschadigd!).
Veel computers beschikken tegenwoordig over temperatuursensoren zodat gemakkelijk kan worden uitgelezen hoe warm de hardware-elementen daadwerkelijk worden. Deze sensoren zitten op een aantal essentiële plekken (zoals bij de processor). De gemeten waarden staan vermeld in het BIOS (bijvoorbeeld onder de naam Power - Hardware Monitor), maar kunnen ook met software zoals CPUID Hardware Monitor worden uitgelezen.
De maximaal acceptabele temperatuur van een processor is afhankelijk van het merk en type, maar voor de meeste processoren kan gesteld worden dat een temperatuur boven de 60 graden Celsius niet wenselijk is. Blijken de waarden te hoog, dan is het verstandig direct maatregelen te treffen (zoals het stofvrij maken van de computerkast en/of het vervangen van een slecht functionerende ventilator) om zodoende verdere schade te voorkomen.
TIP: Schroef de computerkast open en richt een grote huis-, tuin- en keukenventilator op het moederbord. De ventilator zorgt voor een snelle aanvoer van koele lucht, die zorgt voor extra koeling. Is hiermee het probleem opgelost, dan betreft het vermoedelijk een koelingsprobleem en is het dus zaak het functioneren van de ventilatoren te controleren.
Windows opnieuw installeren
Bij vreemde kuren wordt vaak als eerste gedacht aan softwarematige problemen, waardoor menig computergebruiker de oplossing denkt te vinden in het opnieuw installeren van Windows. Zijn er tijdens of na een herinstallatie van Windows (of na het terugplaatsen van een systeemback-up) nog steeds problemen, dan kan met redelijke zekerheid worden gesteld dat het een hardware-probleem betreft, en bij een hoge kamertemperatuur zeer waarschijnlijk een koelingsprobleem. Stel een dergelijke (tijdrovende) herinstallatie echter liever uit todat uit onderzoek is gebleken dat het hier géén koelingsprobleem (en dus hoogstwaarschijnlijk wèl een softwarematig probleem) betreft, dat kan u veel tijd besparen!
De ventilator maakt teveel herrie...
Omdat de ventilator met grote snelheid moet ronddraaien om de warmte te kunnen afvoeren (2.000 RPM is niet ongewoon), wordt er ook veel geluid geproduceerd. Het is echter niet noodzakelijk dat de ventilator permanent op maximale capaciteit draait, zeker niet als de computer (tijdelijk) amper wordt belast. Het aanpassen van de snelheid van de ventilatoren aan de vraag naar koeling scheelt enorm qua de geluidsproductie.
TIP: Wanneer de ventilator aanloopt (en dus herrie maakt), is het verstandig deze te repareren of zelfs te vervangen. Een aanlopende ventilator is te herkennen door een vinger op het centrum van de ventilator te houden waardoor deze stopt met draaien. Verdwijnt hierdoor het geluid, dan loopt de ventilator aan. Wees voorzichtig met uw vingers, er is namelijk geen garantie dat u dit vaker dan tien keer kunt doen ;-).
Het gebruik van geluidsarme koelers
De betere koelers zijn voorzien van een sterk warmtegeleidend materiaal (bijvoorbeeld puur koper) en hebben een zo groot mogelijk koelingsoppervlakte (oppervlakte dat in aanraking komt met de lucht). Het relatief grote koelingsoppervlakte in combinatie met de goede geleidbaarheid van warmte maakt deze koelers ideaal voor de koeling van een processor.
De ventilator kan door deze eigenschappen beduidend langzamer draaien (en in sommige gevallen zelfs worden uitgezet). Daarnaast maken de grote schoepen van de ventilator een lager toerental mogelijk. Hoe groter de schoepen, hoe minder toeren nodig zijn om dezelfde hoeveelheid lucht te verplaatsen. Voor relatief weinig geld heeft u daarom een stille koeler.
Waterkoeling maakt nog minder geluid
Watergekoelde systemen zijn geluidsarmer, omdat rondcirculerend water geen geluid maakt. Waterkoeling is echter niet geruisloos; in plaats van een ventilator om de lucht te verplaatsen wordt bij waterkoeling gebruik gemaakt van een pompje om het water te verplaatsen. Een dergelijk pompje produceert echter wel veel minder geluid dan een ventilator.
SCHOONMAKEN VAN DE VENTILATOREN
Een vuile ventilator kan minder goed koelen. Maak de ventilator eventueel (voorzichtig) schoon met perslucht of liever nog met een stofzuiger. Naast een ventilator voor de processor zijn de meeste computers ook voorzien van een ventilator voor de grafische kaart (de grafische kaart staat meestal loodrecht op het moederbord, de stekker van het beeldscherm is erin gestoken). Zorg ervoor dat deze allebei goed schoon zijn zodat ze goed kunnen draaien.
Naast de ventilatoren bij de processor en de grafische kaart is er ook een bij de voeding te vinden. De ventilator van de voeding is vaak wat lastiger te bereiken, maar zeker niet minder belangrijk. Zorg ervoor dat de luchtstroom niet belemmerd wordt door vastzittend stof in de gaatjes van de computerkast.
Temperatuur en ventilatoren van het moederbord, CPU en harde schijven onder controle met SpeedFan
Irriteert u zich aan het geluid van de ventilator? Dat is wellicht niet meer nodig. Met SpeedFan is de snelheid van de ventilatoren te reguleren zodat zowel de temperatuur als de geluidsoverlast onder controle blijft. Het programma laat de ventilator harder draaien op het moment dat de temperatuur gaat oplopen (bij een hoge processoractiviteit of een relatief hoge omgevingstemperatuur). De snelheid van de ventilator (fanspeed) kan omlaag worden gebracht op het moment dat koeling minder belangrijk wordt, bijvoorbeeld bij inactiviteit van het systeem.
LET OP: Niet alle moederborden worden door SpeedFan ondersteund. Er zijn ook moederborden die niet toelaten dat de ventilatorsnelheid wordt gemanipuleerd. Het is dus niet altijd mogelijk de snelheid van de ventilatoren door SpeedFan te laten reguleren. In sommige gevallen laten moederborden ook niet toe dat de temperaturen worden uitgelezen.
PAS OP: SpeedFan kan de ventilatoren langzamer laten draaien, dit gaat echter ten koste van de koeling. Bij verkeerd gebruik van het programma kunnen onderdelen van het systeem te warm worden en permanente schade oplopen!
Gegevens uitlezen met SpeedFan
Nadat het programma is opgestart, worden de verschillende waardes uitgelezen. In het linker gedeelte van het scherm staan de huidige snelheden van de gemeten ventilatoren en in het rechter gedeelte staan de gemeten temperaturen. In onderstaande voorbeeld blijkt (volgens de weergegeven waarden in het BIOS) dat de 39 graden Celsius bij het moederbord en de 44 graden Celsius bij de CPU behoort. De derde (onwaarschijnlijk hoge) temperatuur is een niet aangesloten warmtesensor. Verder blijkt dat de ventilator van de CPU 1671 RPM (rondjes per minuut) draait.
Identificatie van de ventilatoren
Wanneer het onduidelijk is welke temperatuur en/of ventilator waarbij hoort, kunnen de sensoren waar mogelijk loskoppelen worden losgekoppeld om te controleren wat er met de waardes gebeurt (het duurt enkele seconden voordat de waardes aangepast zijn). Bij het uitzetten van een van de ventilatoren zal de snelheid naar 0 RPM gaan. Verdere identificatie is in dit voorbeeld niet meer nodig omdat SpeedFan ze herkend heeft. Het kan zijn dat er ook ventilatorwaardes worden weergegeven van de voeding en de computerkast.
Temperatuur CPU/processor
De temperatuursensor van de CPU/processor kan worden achterhaald door de processor tijdelijk zwaar te belasten (een dual-core processor heeft twee kernen welke afzonderlijk kunnen worden belast en uitgemeten). De tweede waarde is de gemeten temperatuur van het moederbord (waarschijnlijk de chipset). In dit voorbeeld was het duidelijk omdat de gemeten waardes ongeveer overeenkomen met de waardes zoals ze in het BIOS te vinden zijn.
Temperatuur harde schijf
In veel gevallen wordt tevens de temperatuur van de harde schijf weergegeven (HD0). Dit geldt echter niet voor de meeste RAID-controllers; zie ook het voorbeeld waar sprake is van een RAID-configuratie (twee gespiegelde harde schijven). Op het tabblad SMART staat meer informatie over de aangesloten (IDE) harde schijven.
Labels van ventilatoren en temperatuursensors hernoemen
Zijn de weergegeven labels nog niet gedefinieerd (zoals in het voorbeeld bij de gemeten temperaturen) of onduidelijk (zie de benaming van de ventilatoren), dan kunnen deze naar wens worden aangepast. Klik daarvoor op de knop Configure, selecteer een label en druk op F2 om deze aan te passen. Is de meetwaarde overbodig (zoals de hoge temperatuur bij de variabele Temp3), dan kan deze worden uitgevinkt. Doe hetzelfde op de tabbladen Fans en Speeds voor de aanwezige ventilatoren.
Temperatuur en ventilator koppelen
Klik wederom op de knop Configure, tabblad Temperatures. Selecteer nu een voor een de afzonderlijke regels en bepaal welke ventilator daarbij hoort. Zo behoort de ventilator van de CPU bij de CPU, enzovoorts. Klik op het + teken aan het begin van de regel en schakel de onnodige ventilatoren uit.
SpeedFan de ventilator laten regelen
Nu duidelijk is waar de verschillende temperatuursensoren en ventilatoren bij horen, is het zaak deze op elkaar af te stemmen. Uiteindelijk is het mogelijk de ventilator met het programma SpeedFan op de hoogst noodzakelijke snelheid te laten draaien.
De basissnelheid van de ventilatoren kunt u in het hoofdvenster aanpassen (als percentage van de maximale snelheid) zodat de ventilator minder geluid produceert (ga hierin niet te ver, want voldoende koeling is noodzakelijk). De basissnelheid van de ventilatoren kan in het hoofdvenster worden aangepast (als percentage van de maximale snelheid) zodat er minder geluid door de ventilatoren wordt geproduceerd. Ga hierin niet te ver, want voldoende koeling is noodzakelijk. Vervolgens kan SpeedFan de temperatuur automatisch in de gaten houden. Selecteer wederom een van de temperatuursensoren in het configuratiescherm van SpeedFan en kies onderin het scherm het gewenste niveau (desired) en waarschuwingsniveau (warning) van de betreffende temperatuursensor. In het volgende voorbeeld zijn deze ingesteld op 40 respectievelijk 50 graden Celsius.
SpeedFan zal nu automatisch de ventilatorsnelheid verhogen of verlagen aan de hand van de gemeten temperatuur en de ingestelde minimale en maximale ventilatorsnelheid. De actuele temperatuur wordt rechts onderin het systeemvak weergegeven. Op het tabblad Speeds kan op dezelfde manier de maximale en minimale ventilatorsnelheid worden ingesteld. Vergeet dan niet per ventilator de optie Automatically variated aan te vinken en in het hoofdvenster de optie Automatic fan speed te activeren.
Optimaliseren van de ventilatorinstellingen
Met dit programma is het dus mogelijk de ventilator in de meest optimale stand te laten draaien, in plaats van permanent in de maximale stand. De optimale stand wordt gevonden door te testen wat de minimaal en maximaal noodzakelijke snelheid van de ventilator is.
PAS OP: Laat bij het testen de temperatuur niet teveel oplopen. Te hoge temperaturen kunnen permanente schade tot gevolg hebben. De temperatuur kan met SpeedFan gelukkig goed in de gaten worden gehouden.
LET OP: Nogmaals voor de duidelijkheid: de verschillende functies van het programma SpeedFan werken alleen wanneer deze door het moederbord worden ondersteund.
Een schermafdruk (PrintScreen) en PDF-bestanden maken
Op deze pagina worden extra afdrukmogelijkheden besproken, waaronder het maken van een PDF-bestand. Daarbij komen programma's als HoverSnap, PDFCreator en FinePrint aan bod, wellicht dat u er een toepassing voor kunt verzinnen in uw eigen situatie!
Schermafdruk maken met de PrintScreen-toets
Met de PrtScr-toets (op de meeste toetsenborden rechts naast de F12-toets) kan een schermafdruk (ook wel screendump) van het gehele scherm worden gemaakt (gebruik de combinatie ALT-PrtScr voor een schermafdruk van het actieve venster in plaats van van het gehele scherm). De schermafdruk wordt dan als afbeelding op het klembord geplaatst en kan met de plakfunctie (de toetscombinatie CTRL-V) eenvoudig in een willekeurig document worden geplaatst.
Deze functie is vooral handig wanneer een afbeelding van (een deel van) het beeldscherm moet worden vastgelegd om te bewaren of aan derden te overleggen (bijvoorbeeld voor het maken van een computermanual in een tekstverwerker als Word, voor het maken van een print van het bureaublad zodat de indeling van snelkoppelingen na herinstallatie van Windows gemakkelijk kan worden hersteld of om foutmeldingen per e-mail naar een kennis te sturen).
LET OP: Een afbeelding (schermafdruk) kan alleen in een e-mail worden geplakt wanneer als opmaak HTML wordt gebruikt. Niet alle e-mailprogramma’s ondersteunen het plakken van een afbeelding in een e-mailbericht: bij oulook expr en win mails is het alleen mogelijk een schermafdruk mee te sturen wanneer deze eerst als plaatje is opgeslagen (bijvoorbeeld door deze eerst in Paint te plakken en vervolgens als afbeelding op te slaan). De schermafdruk kan vervolgens via Invoegen, Afbeelding aan het e-mailbericht worden toegevoegd (en dus niet met de plakfunctie CTRL-V)..
Een schermafdruk als bestand opslaan
Het maken van een schermafdruk hoeft dus nu geen problemen meer te geven. Het zou echter gemakkelijk zijn als je een schermafdruk zou kunnen vastleggen in een bestand. U kunt natuurlijk de schermafdrukken in een Word-bestand bewaren, maar daarmee worden de bestanden niet opgeslagen in het gangbare formaat voor afbeeldingen. Er zijn ook programma’s waarmee een schermafdruk als bestand kan worden opgeslagen, dit biedt verschillende voordelen:
Een afdruk maken met HoverSnap
Nadat het programma is geïnstalleerd, verschijnt rechts onderin het systeemvak een icoontje van HoverSnap. Klik hierop met rechts om de instellingen aan te passen:
Onder het kopje Snapshot Format kan het gewenste bestandsformaat worden toegewezen. De meest gebruikelijke bestandsformaten zijn GIF (voor plaatjes tot maximaal 256 kleuren) en JPG voor foto's. Een foto opgeslagen in het GIF-formaat geeft een plaatje met te weinig kleuren om het nog een foto te noemen en een simpel plaatje opgeslagen in het formaat JPG heeft kwaliteitsverlies en neemt doorgaans ook nog eens meer ruimte in beslag. In sommige gevallen kan ook worden gekozen voor het formaat BMP, doe dit alleen als er sprake is van meer dan 256 kleuren maar waarbij het niet om een foto gaat (dit is meestal het geval bij een afdruk van het gehele scherm inclusief de Windows-menu's). Er zijn nog andere bestandsformaten voor foto's en plaatjes, maar die zijn voor dit verhaal niet relevant.
TIP: De bestandsextensies worden in de Windows Verkenner standaard verborgen. De optie Extensies voor bekende bestandstypen verbergen kan via Extra, Mapopties, tabblad Weergave worden uitgezet. Dat maakt het een stuk gemakkelijker het bestandsformaat te bepalen.
Onder het kopje Files Storage kan worden aangegeven waar het bestand opgeslagen moet worden (in dit geval D:\) en onder welke naam dat zal moeten gebeuren (in dit geval schermafdruk). Wijzig deze instelling zodat de bestanden straks gemakkelijk terug te vinden zijn. Als geheugensteuntje staan bovenin de gebruikelijke snelkoppelingen naar het maken van een schermafdruk. Er zijn drie mogelijkheden:
Afdrukken naar een PDF-bestand met PDFCreator
Een document kan zowel op papier als ‘digitaal’ worden afgedrukt, bijvoorbeeld als een PDF-bestand. Het algemene kenmerk van een PDF-bestand is dat de lay-out van het document wordt weergegeven zoals dat bedoeld was door de maker (de meeste handleidingen en brochures op internet zijn dan ook in het PDF-formaat). Bijkomend voordeel is dat een beveiligd PDF-bestand niet zomaar kan worden aangepast! Dit maakt het PDF-formaat ideaal voor het versturen van een sollicitatiebrief, een factuur of een ander persoonlijk document waarvan het niet wenselijk is dat er wijzigingen in worden aangebracht. PDF-bestanden zijn te lezen met een van de vele gratis readers, bijvoorbeeld het programma Adobe Reader Er zijn verschillende gratis programma’s beschikbaar om zelf PDF-bestanden te maken, een van de betere is PDFCreator
PDFCreator installeren
Tijdens de installatie kan de optie PDFCreator Werkbalk desgewenst worden uitgeschakeld. Na afloop van de installatie is er een extra (virtuele) PDF-printer toegevoegd aan de lijst met beschikbare printers. In eerste instantie lijkt het alsof PDFCreator geen ondersteuning biedt voor de Nederlandse taal, maar het is wel degelijk mogelijk de Nederlandse taal als weergavetaal in te stellen: start PDFCreator en ga via Printer, Options naar het onderdeel Languages. Ververs met de knop Refresh List de lijst met beschikbare talen. Selecteer dutch.ini, klik op de knop Install, selecteer bij Current language de optie Nederlands en sluit af met de knop Opslaan.
Een PDF-bestand maken met PDFCreator
Het maken van een PDF-bestand is vrij simpel: druk het geopende document op de reguliere wijze af en selecteer bij de printerkeuze de PDFCreator-printer (in plaats van de normale printer). Het programma vraagt vervolgens naar de diverse kenmerken van het bestand, zoals de titel, datum, auteur, onderwerp en eventueel wat trefwoorden (u bent niet verplicht deze waarden te wijzigen en/of in te vullen). Nadat er op de knop Opslaan is geklikt, wordt de gewenste opslaglocatie gevraagd (de laatst gebruikte locatie wordt onthouden voor de volgende sessie). Is er gekozen voor een beveiliging van het PDF-bestand, dan wordt in het daaropvolgende scherm gevraagd naar het wachtwoord waarna het PDF-bestand wordt aangemaakt.
Kies eventueel bij het invullen van de kenmerken van het PDF-bestand de knop Opties om de standaardinstellingen aan te passen. Zo is het bijvoorbeeld mogelijk via PDF, tabblad Beveiliging extra beveiligingen in het PDF-bestand aan te brengen zoals de mate van encryptie en het vastleggen van beperkingen voor de lezer (de mogelijkheid te printen, teksten te kopiëren of wijzigen aan te brengen). Via het menuonderdeel Opslaan kan de standaard auteur worden aangepast.
LET OP: PDFCreator werkt prima onder Windows Vista, mits het programma op de achtergrond actief is (dit is te controleren aan de aanwezigheid van het icoontje van PDFCreator in het systeemvak).
TIP: Ook met PrimoPDF CutePDF Writer en PDF995 kunnen gratis PDF-bestanden worden gemaakt. Deze programma's werken nagenoeg op gelijke wijze, u kunt zelf uitproberen welke u het prettigst vindt werken.
2 pagina's op 1 A4-tje afdrukken
Het programma FinePrint print op eenvoudige wijze 2 (of meer) pagina's op één A4-tje. Het programma FinePrint installeert zich ook als virtuele printer (net als bij PDFCreator). Bij de installatie wordt gevraagd FinePrint als standaard printer te installeren: doe dit niet (deze printer wordt namelijk alleen gebruikt bij het afdrukken van meerdere pagina's op één A4-tje). Door nu meerdere afdrukken te sturen naar de printer FinePrint (in plaats van naar de standaard printer), is er de mogelijkheid twee pagina's naast elkaar op één A4-tje af te drukken op een van de vaste printers. Kies daarvoor onderaan de gewenste printer en klik op Print & Close. Helaas wordt bij de gratis versie een reclameboodschap onderaan elke pagina afgedrukt, waardoor de gratis versie wellicht alleen geschikt is voor privégebruik. Desondanks is dit programma goed te gebruiken om papier en inkt te besparen bij het afdrukken van bijvoorbeeld een handleiding.
Een overzicht van Google-producten
De zoekmachine Google is in rap tempo uitgegroeid tot verreweg de meest gebruikte zoekmachine. Het succes zit hem in de eenvoud, de snelheid en de relevantie van de zoekresultaten. Simpel maar doeltreffend! In de 'Google-Labs' worden echter nog veel meer producten ontwikkeld. En als een ander bedrijf het beter kan, dan wordt zo'n bedrijf gewoon overgenomen (zoals de overname van het video-portal YouTube). Op deze pagina wordt aandacht besteed aan de historie van Google en aan (een selectie uit) het grote aantal producten dat onder de Google-vlag te gebruiken is.
Ruim 10 jaar geleden (januari 1996) begonnen de studenten Larry Page en Sergey Brin met het ontwikkelen van een snelle zoekmachine, toen nog onder de naam BackRub. In 1998 kreeg de zoekmachine meer gestalte en bezat een voor die tijd al aanzienlijke opslagcapaciteit van 1 terabyte (aan elkaar gekoppelde harde schijven, voor een prikkie gekocht). Dit betrof het allereerste datacenter wereldwijd, en dat allemaal vanuit Larry's studentenkamertje!
Backlinks waren toen al belangrijk
De basis van BackRub was het analyseren van backlinks naar websites om zodoende tot bevredigende zoekresultaten te komen. Een backlink is een verwijzing naar een website vanaf een andere website. Hoe meer backlinks er naar een internetpagina zijn geplaatst, hoe belangrijker die webpagina is. Deze techniek zijn ze blijven perfectioneren en is tot op de dag van vandaag zeer belangrijk bij het bepalen van de zoekmachineresultaten. De zoekmachine Google is dankzij deze techniek uitgegroeid tot de grootste zoekmachine.
De oorsprong van het Google-logo
Google is een woordspeling op het woord googol, een verwijzing naar het getal 1 met 100 nullen. De missie van het bedrijf om de ogenschijnlijk oneindige hoeveelheid informatie op internet in kaart te brengen, wordt met deze verwijzing gestalte gegeven. Moet u zich eens voorstellen hoe dat internet er 10 jaar geleden uitzag in vergelijking met nu! Om het saaie uiterlijk van de server wat op te vrolijken, werd deze voorzien van gekleurde Lego-blokjes. Deze Lego-blokjes waren uiteindelijk bepalend voor de kleuren van het logo.
Oprichting Google Inc.
In het begin was het moeizaam potentiële investeerders te overtuigen. Hier kwam verandering in toen, op basis van een korte demo, de eerste cheque van $100.000 werd uitgeschreven door een van de oprichters van Sun Microsystems. Vanwege tijdsdruk was deze cheque in de haast uitgeschreven aan Google Inc., destijds nog niet eens geregistreerd onder die bedrijfsnaam!
Verder werken vanuit een garagebox
Meer investeerders volgden, en met het uiteindelijke startkapitaal van bijna $1.000.000 werd een garagebox gehuurd in Menlo Park, Californië. Deze garagebox was van alle gemakken voorzien (waaronder een bad). Dit soort omstandigheden zijn nog steeds bepalend voor de werksfeer bij Google. Ondanks het feit dat de zoekmachine zich nog steeds in een bètafase bevond, werden vanuit deze garage dagelijks zo'n 10.000 zoekopdrachten verwerkt.
Na 5 maanden was de garagebox alweer te klein
Positieve berichten in de media zorgden voor een dusdanige groei dat na 5 maanden de garagebox alweer te klein bleek! Februari 1999 werd er verhuisd naar een grotere kantoorlocatie en werd er extra personeel aangenomen. De bezoekersaantallen raakten in een stroomversnelling. Er werd daarom hetzelfde jaar wederom verhuisd, en wel naar het huidige hoofdkantoor in Mountain View, Californië. De oorspronkelijke garagebox (met het bijbehorende huis) is recent voor een onbekend bedrag door Google opgekocht als bedrijfserfgoed.
Met de zoektechnologie is veel geld te verdienen
Naast de verkoop van de snelle, efficiënte zoektechnologie aan veel bedrijven, heeft Google in het jaar 2000 een nieuw idee ontwikkeld: adwords Met AdWords kunnen bedrijven zoekwoord-gerelateerd adverteren op de Google-pagina's met zoekresultaten. Dit bleek een schot in de roos! Het adverteren op internet kreeg hiermee een geheel nieuwe dimensie.
Om nog meer bekendheid te geven aan de zoekmachine, werd in datzelfde jaar de inmiddels populair geworden Google-toolbar gelanceerd. Met AdWords kon meer verkocht worden dan dat er aan advertentieruimte beschikbaar was. Daarom werd in 2003 gestart met adsense om gerelateerde advertenties ook op websites van derden konden worden vertoond. De concurrentie doet inmiddels verwoede pogingen de achterstand in te halen.
De stroom aan nieuwe producten houdt niet op
Google blijft maar doorgaan met het verbeteren van bestaande producten en het ontwikkelen van nieuwe producten. Waar dat nodig wordt geacht, worden zelfs producten van andere bedrijven overgenomen. De steeds langer wordende lijst met Google-producten is nauwelijks meer bij te houden. De bekendste (zoals gebruikelijk zijn de meesten nog in bètafase):
Google is inmiddels uitgegroeid tot het grootste internetbedrijf, met een marktwaarde van $125 miljard (eind 2006) en een oorlogskas gevuld met miljarden dollars. Met een grote zak geld en de informele gezellige sfeer binnen het bedrijf trekt Google de beste specialisten aan, terwijl de concurrentie het nakijken heeft. Het is dan ook te verwachten dat de macht van Google op een aantal punten door menig organisatie kritisch wordt bekeken.
Audio - Hoe maak ik zelf MP3's ?
Stap 1: Stop de muziek CD in de CD-/DVD-Rom speler
Begin met de muziek CD in de CD-speler te doen. Dit maakt het voor jou en voor Nero gemakkelijker om de CD te herkennen als je voor de eerste keer muziek gaat kopieren (ook wel "rippen" genoemd).
Stap 2: Installeer (indien nodig) en start Nero
Als je Nero net hebt gedownload, moet je deze eerst installeren door het gedownloade bestand te dubbel klikken. Het bestand heet vaak "NEROabcd.EXE" waarbij "abcd" het versie nummer weergeeft van Nero.
Voor Windows XP gebruikers: je moet minimaal versie 5.5.5.1 hebben! Eerdere versie werken niet correct.
Na de installatie van Nero, starten we Nero. Nero is terug te vinden in het start menu onder "Ahead Nero". Klik daarvoor op de Windows "START" knop, selecteer "Programma's", selecteer "Ahead Nero" en klik uiteindelijk op "Nero - Burning Rom".
Nero zal nu starten en, indien je een CD of DVD brander hebt, aangeven welke CD brander ter beschikking staan (rechts onderin het beeld - zie tweede afbeelding hieronder).
Nero laat nu of de Wizard zien (afbeelding 1) of het "New Compilation" (afbeelding 2) venster. Sluit dit venster door bij zowel de Wizard als bij het "New Compilation" venster op de knop "Cancel" te klikken.
Afbeelding 2: "New Compilation" venster van Nero
Stap 3: Selecteer de gewenste CD-speler in Nero
Ga nu naar het menu "Recorder" en kies daar de optie "Save Track...".
Er verschijnt nu een venster die je de vraag stelt welke CD speler je wenst te gebruiken (als je er meerdere hebt). In het geval van mijn PC:
Hier zien we o.a. dat mijn PC 3 CD spelers heeft. De "V386 Stealth DVD" (een virtuele CD rom speler die je gratis kunt downloaden bij CD Daemon), een "Plextor CD-R PX-W1610A" (de CD brander - herkenbaar aan de term "CD-R") en een "Hitachi DVD-ROM GD-5000" (mijn DVD speler).
Klik nu 1x op de CD-speler die je wenst te gebruiken voor het LEZEN van de CD, dus waar je de muziek CD in hebt gedaan, en klik op "OK".
Stap 4: De CD (Internet) Database
Er verschijnt nu eerst een melding dat Nero de CD aan het bestuderen is:
Al snel weet Nero wat er op de CD staat en verschijnt er het venster van de CD-Database. Dit venster biedt je de mogelijkheid zelf een database te maken voor jouw muziek CD's, of om gegevens van een CD van het Internet te halen. Informatie van de CD kunnen uit een CDDB gehaald worden - een grote database met alle gegevens van muziek CD's. Dit kan je een hoop werk besparen met het intypen van de namen van de nummers van jouw CD. Deze gegevens worden namelijk gebruikt - indien beschikbaar - om automatisch de bestandsnamen van jouw MP3's in te vullen in het formaat "groepsnaam - titel.mp3" in plaats van "Track01.mp3". Dus stel je hebt een CD van "Anne Clark" en het nummer wat je gaat rippen heet "Shades", dan wordt de title van jouw MP3 bestand "Anne Clark - Shades.mp3". Een stuk duidelijker dus als je later tussen je MP3's aan het zoeken bent naar een specifiek nummer.
Let op: dit venster blijft maar een bepaalde tijd zichtbaar! Nero sluit het venster automatisch als je niks doet!
Er moet dus nu een keuze gemaakt worden. Wil ik deze gegevens van het Internet halen ?
Zo JA, klik dan op "Access Internet Database". Er wordt dan verbinding gemaakt met het Internet om de gegevens te achter halen. Als de CD bekend is, zie je in de bovenste helft van het venster de titel. Klik deze dan 1x aan en klik op de knop "Selected CD" om aan te geven dat je die CD wenst te gebruiken.
Zo NEE, klik dan op "Cancel" (of wacht tot Nero het venster zelf sluit) en ga verder met Stap 5.
De Onbekende CD - OPTIONEEL!
DIT ONDERDEEL IS DUS ALLEEN RELEVANT ALS DE CD NIET IN DE INTERNET DATABASE VOORKOMT!
Nu kan het zijn dat het een onbekende CD is voor deze database. De volgende meldingen kunnen dan verschijnen:
Je kunt er dan voor kiezen het aanmaken van een eigen database. Zeker als dit een originele CD betreft, is het misschien aardig om deze gegevens naar de Internet Database te sturen. Duizenden anderen hebben dit ook gedaan - waardoor deze database bestaat. Een bijdrage is daar altijd welkom. Het hoeft echter niet maar mag wel.
Het vereist wel het e.e.a. aan extra handelingen en zoals het de meeste gebruikers betaamt is dat weer te veel moeite (jammer genoeg).
Om de gegevens naar de database te kunnen sturen moet je eerst al de vensters sluiten zodat je alleen nog maar het basis venster van Nero ziet. Kies dan "File" - "Preferences" en klik op de tab "Database". Je ziet dan het volgende venster:
De volgende velden dienen te worden ingevuld:
Veld
Wat?
Your E_Mail address:
Vul hier jouw e-mail adres in
SMTP Server:
De naam van de uitgaande post server voor jouw e-mail (zogenaamde SMTP server)
Klik nu op "Apply' gevolgd door een klik op "OK". Ga nu terug naar Stap 3. Als je weer bij Stap 4 bent, vul dan de gegevens van de CD in. Ben dan wel zorgvuldig en vul zo veel mogelijk gegevens in. Type-fouten en titels als "Unknown" of "CD nummer 10 van Hans" zijn voor niemand zinvol.
Stap 5: Selecteer de gewenste nummers
In het voorbeeld van "Deaf Dog Blues Band" (Hi Ton!), de CD die ik in de CD-speler gedaan heb, zien we na het klikken van "Selected CD", zoals in Stap 4 beschreven staat, het volgende scherm. In dit scherm vind je alle nummers van de CD. Nero heeft ze allemaal al geselecteerd.
Selecteer nu met de linker muisknop, de gewenste nummers (of klik "Select All" als je ze allemaal wilt). Bij de selectie van een 2de (of meer) nummer, is het handig eerst de CTRL toets ingedrukt te houden en dan pas de tweede, derde etc nummer te kiezen. Dit werkt hetzelfde als in de Windows verkenner.
Stap 6: Instellen van de MP3 eigenschappen
Bij het veld "Output file format:" kun je het gewenste formaat opgeven. Er staat nu al "mp3PRO (*.mp3)", dit is de optie die we willen gebruiken voor het maken van MP3 bestanden. Klik op de knop "Settings..." voor gedetailleerde instellingen - de standaard instellingen voldoen immers niet voor onze wensen.
Stap 7: Waar moeten de MP3's heen?
We komen nu weer terug in het "Save Track" venster.
Hier kunnen we instellen waar we de MP3's willen opslaan.
Bij de optie "Path" kun je het pad intypen waar de MP3-bestanden heen moeten, je kunt natuurlijk (en dat is ook gemakkelijker) op het knopje "..." klikken waardoor je kunt kiezen uit de beschikbare directories op jouw harde schijf.
Als je denkt alles ingesteld te hebben klik dan op de "GO" knop. Nero zal beginnen en de voortgang weergeven:
De bovenste balk geeft aan hoever Nero is met het huidige nummer, de onderste balk geeft aan hoelang het gehele proces duurt.
De snelheid voor jouw PC, de hoeveelheid geheugen en de snelheid van de gebruikte CD-speler zijn van groot belang. Om een indicatie te geven: mijn PC (AMD Athlon 1300 Mhz met daarin een 40 speed CD speler en 1 Gb aan geheugen) deed er ongeveer 4 minuten over (de gebruikte CD was niet helemaal vol). Maar ja ... zoals gezegd: per PC is dit verschillend....
Als het venster "Progress" is verdwenen kun je op "Close" klikken om te stoppen. Wil je verder gaan, doe dan het volgende:
Gratis virusscanner AVG
Wie niet wil betalen voor een commerciële virusscanner kan altijd nog gebruik maken van een van de vele gratis virusscanners. Een van de betere voor thuisgebruik gratis programma’s is AVG Anti-Virus Free Edition (download:. AVG scant niet alleen op virussen maar is tevens een anti-spywaretool en biedt basisbescherming tegen rootkits. Nadat de setup met slechts enkele muisklikken is doorlopen en de updatebestanden zijn bijgewerkt, is de virusscanner klaar voor gebruik. AVG is eenvoudig in het gebruik en de virusdefinities zijn in een handomdraai te updaten. Zie de pagina's over AntiVir en Avast voor andere gratis virusscanners.
LET OP: Gratis virusscanners zijn niet voor niets gratis: geen winst betekent minder onderzoek, minder onderzoek betekent een lagere kwaliteit, een lagere kwaliteit betekent... De gratis virusscanner is alleen bedoeld voor thuisgebruik. Wordt deze voor zakelijke doeleinden aangewend dan zal daarvoor betaald moeten worden.
Copyright ©2010 thedragonfamilie
Gratis virusscanner: avast! Free Antivirus
Wilt u niet betalen voor een jaarlijks abonnement voor het verkrijgen van de laatste virusdefinities, dan is er altijd nog gratis antivirussoftware waar u op terug kunt vallen! avast! Free Antivirus (download: www.avast.com/free-antivirus-download, kies de Nederlandse versie) is een van die gratis antivirus pakketten (zie de pagina's Free AntiVir en AVG voor andere gratis virusscanners). avast! is beschikbaar in verschillende talen, waaronder Nederlands. De setup van avast! Antivirus is vrij eenvoudig: na enkele muisklikken en het updaten van de virusdefinities is het programma klaar voor gebruik. Wil je gebruik blijven maken van de gratis versie dan moet avast! Antivirus wel binnen 30 dagen worden geregistreerd.
LET OP: Deze gratis antivirussoftware is alleen bedoeld voor thuisgebruik. Wordt de antivirussoftware voor zakelijke doeleinden aangewend dan zal daarvoor betaald moeten worden. Gratis antivirussoftware is niet voor niets gratis: geen winst betekent minder onderzoek, minder onderzoek betekent een lagere kwaliteit, een lagere kwaliteit betekent...
Copyright ©2010 thedragonfamilie
avast
Het eerste scherm van de setup wordt aangedrongen lid te worden van de avast! community zodat anoniem veiligheidsgerelateerde informatie naar avast! kan worden doorgestuurd. Vindt u dit uit privacyoverwegingen minder wenselijk, deactiveer dan de optie Word lid van de avast! community. De standaard setup is eenvoudig maar doeltreffend (wilt u meer afstelmogelijkheden, doorloop dan de geavanceerde setup via de optie Aangepaste installatie). In het volgende scherm wordt geadviseerd de webbrowser Google Chrome te installeren, maar deze is voor de werking van de virusscanner niet relevant en hoeft dus niet te worden geïnstalleerd (activeer de optie Nee, installeer Google Chrome webbrowser niet).
Basisscherm avast!
Nadat de setup is afgerond wordt avast! direct opgestart en de virusdefinities bijgewerkt. Het basisscherm van avast! kan worden geopend door te dubbelklikken op het avast!-icoon in het systeemvak. Direct in het oog springt de mededeling dat het programma binnen 30 dagen moet worden geregistreerd. Met een klik op de knop Registreer nu opent een nieuw venster waar de gratis versie kan worden geregistreerd (vul eventueel uit privacyoverwegingen een nep e-mailadres in).
Via de knop INSTELLINGEN (rechts bovenin het venster) opent het venster waar de programma-instellingen kunnen worden gewijzigd. Hecht u weinig waarde aan de grafische vormgeving dan kan de optie Gebruik speciale grafische effecten (bij onderdeel Basis) worden gedeactiveerd; dit komt ten goede aan de systeemprestaties. Bij onderdeel Uitsluitingen kunnen mappen worden aangewezen die bij het scannen moeten worden overgeslagen (deze mappen worden zowel bij het handmatig als bij het real-time scannen overgeslagen). De geluiden die het programma produceert, kunnen eventueel (al dan niet gedeeltelijk) via het onderdeel Geluiden worden uitgeschakeld.
Omdat het scannen van uitgaande e-mailberichten wel eens problemen geeft bij het verzenden van e-mail (terwijl het nauwelijks extra veiligheid oplevert...) kan deze optie net zo goed worden uitgeschakeld (via de taak REAL-TIME SCHILDEN links in het basisvenster, sub Mail Schild). Via de knop Expert Instellingen kunnen nog meer e-mailinstellingen worden aangepast. Zo kan het markeren van de onderwerpregel van een verdacht (suspicious) e-mailbericht worden uitgeschakeld en wordt met het deactiveren van de optie Toon splash screen voorkomen dat avast! een schermpje toont bij het opstarten van het e-mailprogramma.
Beveilig de PC met een gratis firewall
Firewall-software wordt gebruikt om het (internet)verkeer tussen de computer en het netwerk/internet in de gaten te houden en waar nodig onbekend verkeer te blokkeren. Daarnaast zorgt de firewall ervoor dat de computer onzichtbaar is in het netwerk of op internet, zodat wordt voorkomen dat onbevoegden toegang tot persoonlijke gegevens krijgen. Elk programma dat het internet op wil, krijgt te maken met de firewall en moet daarvoor eerst specifiek toestemming verkrijgen. De firewall maakt de internetverbinding een stuk veiliger. Een goede firewall is zelfs belangrijker dan een virusscanner, mits gebruik wordt gemaakt van systeemback up
Maar wat is nu een goede firewall? Van een goede firewall mag je verwachten dat deze naast het inkomende verkeer óók het uitgaande verkeer controleert. Zo kan worden bepaald welke programma's online mogen en welke liever de internettoegang worden ontzegd. Een met een trojan of virus besmette PC zal proberen informatie (zoals gevonden wachtwoorden) het internet op te sturen, hij moet dus voorbij de firewall zien te komen. Een betrouwbare firewall blokkeert alle toegang totdat de programma’s specifiek toestemming tot het internet hebben gekregen.
Ad-aware en Windows Defender tegen malware en spyware
Normaal gesproken is de opnieuw geïnstalleerde computer schoon van adware, spyware, dialers, keyloggers, Trojans, scumware, malware, toolbars en andere rotzooi. Wordt alleen betrouwbare software geïnstalleerd, dan mag verwacht worden dat het systeem geen problemen vertoont. Gebeurt er toch wat vreemds, bijvoorbeeld een onbekend programma dat door de firewall wordt tegengehouden, dan is het verstandig hier onderzoek naar te doen. Voor dit doel geschikte, gratis tools zijn Ad-Aware,Windows Defender en/ofcomando internet security defender. Omdat dergelijke tools met verschillende resultaten komen, is het verstandig het systeem met meerdere tools te scannen.
TIP: Met het gebruik van systeeback ups maakt dit soort software eigenlijk overbodig. Na het terugzetten van een (schone) systeemback-up bij een vermoedelijke besmetting is de PC altijd weer virus-, dialer- en trojanvrij.
Menu Start, taakbalk, snelstartmenu, sidebar, bureaublad
Deze pagina behandelt alle onderdelen die te maken hebben met de gebruikersinterface van Windows Vista. De instellingen van de verschillende (soms nieuwe) elementen kunnen naar wens worden aangepast waardoor het gebruiksgemak van Windows aanzienlijk verbetert.
Menu Start
Het menu Start (of startmenu) wordt gebruikt om geïnstalleerde programma's snel op te kunnen starten. De lijst programma's in het startmenu is opgedeeld in twee secties: de aan het startmenu vastgemaakte programma's (bovenin) en de recent geopende programma's (onder de horizontale streep). Direct na installatie is het startmenu nog niet echt praktisch ingedeeld: volgens de standaard instellingen wordt het startmenu gevuld met minder relevante programma's terwijl de belangrijkste tools zijn weggestopt in het menuonderdeel Alle programma's. De indeling van het startmenu kan echter naar eigen smaak worden aangepast door programma's aan het startmenu vast te maken (klik met rechts op het programma-icoontje en selecteer Aan het menu Start vastmaken, zoals dat in de afbeelding met Windows Update wordt gedaan).
Standaard programma's vs. Alle programma's
Elk nieuw geïnstalleerd programma voegt in het menuonderdeel Alle programma's een snelkoppeling toe (tenzij daar tijdens de setup niet voor wordt gekozen), zodat het betreffende programma eenvoudig te vinden is. Deze lijst met software kan rommelig overkomen, zeker wanneer er veel programma's zijn geïnstalleerd. Een logische mappenstructuur (zoals verderop wordt beschreven) kan hier orde in aanbrengen.
HET ZOEKVELD GEBRUIKEN OM EEN PROGRAMMA TE VINDEN
De niet aan het startmenu vastgemaakte programma's kunnen snel worden gevonden door in het zoekveld Zoekopdracht starten (onderin het startmenu) de eerste letters van het gewenste programma in te tikken. De zoekresultaten worden in het startmenu getoond, het gewenste programma kan op deze manier snel worden gevonden.
De eigenschappen van het startmenu wijzigen
Klik met rechts op een leeg gedeelte van het startmenu om de Eigenschappen te bewerken. De onderdelen aan de rechterkant van het startmenu kunnen via het tabblad Menu Start, knop Aanpassen naar wens worden toegevoegd of verwijderd. Zo kunnen de onderdelen Help, Netwerk, Ontspanning, Standaardprogramma's en Verbinden maken eventueel uit het startmenu worden verwijderd en het onderdeel Favorieten worden toegevoegd. Door het alfabetisch ordenen uit te schakelen (optie Menu Alle Programma's op naam sorteren), kan de volgorde van de mappen en programma's in het startmenu naar eigen smaak worden ingedeeld. De volgorde van de snelkoppelingen kan hierna handmatig worden aangepast door de pictogrammen onderling te verslepen. Is het startmenu te klein om alle programma's te tonen, dan kan het formaat van de pictogrammen worden aangepast door de optie Grote pictogrammen gebruiken uit te schakelen. Ook de optie Nieuw geïnstalleerde programma's markeren kan worden uitgezet zodat recent geïnstalleerde programma's niet meer geel worden gemarkeerd in het menuonderdeel Alle Programma's.
Minimaliseer het aantal items in de map Opstarten
Alle in de map Opstarten vermelde items (in het menuonderdeel Alle Programma's) worden automatisch tegelijk met Windows opgestart, zorg er dus voor dat in deze map geen snelkoppelingen naar programma's staan die niet (meer) worden gebruikt. Sommige programma's plaatsen hier bij installatie automatisch een verwijzing naar een klein, aanverwant programmaatje (dat vervolgens dus tegelijk met Windows opstart). Deze zijn zelden zinvol, ze nemen echter wél systeembronnen in beslag en zorgen daarmee voor onnodige vertragingen. Verwijderen dus!
HANDMATIG AANPASSEN VAN HET STARTMENU
De snelkoppelingen in het menuonderdeel Alle Programma's worden op twee verschillende locaties bewaard: één map voor de snelkoppelingen die beschikbaar zijn voor alle gebruikers (C:\ProgramData\Microsoft\Windows\Menu Start) en één map voor de gebruikersspecifieke snelkoppelingen (C:\Gebruikers\inlognaam\AppData\Roaming\Microsoft\Windows\Menu Start). Met behulp van de Windows Verkenner kunnen snelkoppelingen en submappen naar believen aan deze mappen worden toegevoegd of verwijderd.
Standaard map van de Windows Verkenner wijzigen
Via de knop Computer (onderdeel van het startmenu) wordt de Windows Verkenner geopend, standaard in de map Computer. Hoewel deze opstartlocatie best nuttig kan zijn, is het niet altijd de meest praktische opstartmap. Gelukkig is het mogelijk een snelkoppeling naar een voorkeursmap aan het startmenu toe te voegen. Open hiervoor de Windows Verkenner (bijvoorbeeld via Alle Programma's, Bureau-accessoires), blader naar de betreffende voorkeursmap, klik daar met rechts op en kies voor Kopiëren naar, Bureaublad (snelkoppeling maken). Klik vervolgens met rechts op de zojuist aangemaakte snelkoppeling en kies voor Eigenschappen. De weergave van de Windows Verkenner kan via de opdrachtregel bij Doel worden aangepast, zo laat opdracht "D:\" de Windows Verkenner bijvoorbeeld in de root van de D:-schijf uitkomen (tip: kies bij Uitvoeren voor Gemaximaliseerd zodat de Windows Verkenner bij het openen standaard het gehele scherm gebruikt). Nadat de naam van de snelkoppeling is gewijzigd, kan deze naar het startmenu worden gesleept.
De taakbalk
Door met rechts op een leeg gedeelte van de taakbalk te klikken, kunnen de Eigenschappen ervan worden bewerkt. De optie Taakbalk automatisch verbergen kan in Windows Vista beter niet worden gebruikt omdat Windows belangrijke administratormeldingen op die taakbalk toont. Wanneer deze meldingen niet zichtbaar zijn voor de gebruiker, blijft het onduidelijk waarom de gevraagde handeling niet door Windows wordt uitgevoerd. Een verdubbeling van de hoogte van de taakbalk (door de bovenkant van de taakbalk met de muis omhoog te slepen) creëert meer ruimte voor het snelstartmenu en de actieve vensters. Tevens ontstaat er zo meer ruimte om de dag en datum onder de tijd te tonen. Hiervoor moet de taakbalk wel eerst (tijdelijk) worden ontgrendeld (klik met rechts op de taakbalk en deactiveer de optie Taakbalk vergrendelen).
Snelstartmenu (Quick Launch)
Zijn er inmiddels een groot aantal programma's aan het startmenu vastgemaakt, dan blijft er weinig ruimte over voor nieuwe programma's. Ook het onderdeel Alle Programma's wordt al snel rommelig vanwege het grote aantal geïnstalleerde programma's. Er is gelukkig nog een andere oplossing die zowel overzichtelijk als snel werkt: de snelkoppelingen kunnen namelijk ook via het snelstartmenu (ook wel Quick Launch genoemd) worden geactiveerd. Het snelstartmenu staat rechts naast de startknop van Windows. Het menu wordt standaard gevuld met snelkoppelingen naar programma's, en kan eventueel nog worden aangevuld met zelfgekozen programma's en mappen. Afhankelijk van de ingestelde grootte van het menu worden snelkoppelingen onder het »-teken geplaatst (zie afbeelding). Mocht het snelstartmenu niet zichtbaar zijn, dan kan deze worden geactiveerd door met rechts op de taakbalk te klikken en te kiezen voor Werkbalken, Snel starten.
De snelkoppelingen zijn met behulp van de Windows-toets in combinatie met een numerieke toets ook zonder gebruik te maken van de muis snel toegankelijk. Zo opent in dit voorbeeld de Windows-toets in combinatie met 3 Internet Explorer (het IE-icoontje staat als derde in de rij op de taakbalk). Voor deze functionaliteit is het wellicht praktisch de hoogte van de taakbalk te verdubbelen zodat er meer snelkoppelingen (maximaal tien) worden getoond. Het is eventueel mogelijk het snelstartmenu te verbreden, dit gaat echter ten koste van de beschikbare ruimte op de taakbalk. Voor beide wijzigingen moet eerst de taakbalk worden ontgrendeld.
Bureaublad tonen, Flip 3D en het bladeren door programma's
Het snelstartmenu is volgens de Windows-instellingen uitgerust met een aantal standaard snelkoppelingen. De eerste snelkoppeling wordt gebruikt om alle geopende vensters te minimaliseren en direct naar het bureaublad te gaan. Dit is handig wanneer de snelkoppelingen op het bureaublad regelmatig worden gebruikt. De tweede snelkoppeling opent een 3D-omgeving (Flip 3D genoemd) waarin met het scrollwiel van de muis door de openstaande vensters kan worden gebladerd, zodat snel naar een ander programma kan worden overgestapt. Het scrollen door de openstaande vensters kan ook worden aangestuurd door de Windows-toets te combineren met het herhaaldelijk drukken op de TAB-toets. Ook nu kan met de muis door de openstaande vensters worden gebladerd (houd daarbij de Windows-toets ingedrukt). Deze bladerfunctie is een alternatief voor de toetscombinatie ALT-TAB.
Het snelstartmenu aanpassen
Het snelstartmenu kan gemakkelijk worden uitgebreid door snelkoppelingen naar het snelstartmenu te slepen en los te laten op het moment dat een vertikaal streepje verschijnt. Toevoegen kan ook door met rechts op een programma of icoontje te klikken en vervolgens te kiezen voor Aan Snel starten toevoegen. Met een klik op het »-teken worden de overige, 'verborgen' items in het snelstartmenu zichtbaar. In het voorbeeld is het snelstartmenu uitgebreid met overzichtelijke mapjes met daarin snelkoppelingen naar alle denkbare programma's. Verwijderen van items uit het snelstartmenu gaat eenvoudig met een rechter muisklik op het betreffende item, kies vervolgens Verwijderen.
Het toevoegen van mappen aan het snelstartmenu
De mappen in het snelstartmenu kunnen handmatig worden aangemaakt, en wel via de Windows Verkenner op de volgende locatie:
C:\Gebruikers\inlognaam\AppData\Roaming\Microsoft\Internet Explorer\Quick Launch
Nieuwe mappen worden aangemaakt door in de verkenner met rechts op een leeg gedeelte onder de bestaande icoontjes te klikken en te kiezen voor Nieuw, Map. Vervolgens kunnen bestaande snelkoppelingen naar de betreffende mapjes worden gekopieerd, bijvoorbeeld vanuit de eerder genoemde mappen van het onderdeel Alle Programma's uit het startmenu.
Extra werkbalk toevoegen
De taakbalk kan worden uitgebreid met extra, aan bestaande mappen gekoppelde werkbalken waarmee snel toegang tot veelgebruikte bestanden kan worden verkregen. Een snelmenu naar de map Documenten kan bijvoorbeeld worden toegevoegd door met rechts op de taakbalk te klikken en te kiezen voor Werkbalken, Nieuwe werkbalk... Selecteer vervolgens een map (bijvoorbeeld de map Documenten). Deze extra werkbalken worden rechts op de taakbalk geplaatst, de onderliggende mappen en bestanden zijn te bereiken via het »-teken. In het voorbeeld is de map SchoonePC toegevoegd, voortaan zijn de documenten in deze map dus snel toegankelijk via de taakbalk!
DE TAALBALK VERBERGEN
De Taalbalk (in de menubalk, links naast het systeemvak) bevat informatie over taalinstellingen (invoertaal en toetsenbordindeling). Deze optie kan handig zijn wanneer een tweede taal of toetsenbordindeling is toegevoegd zodat er snel kan worden geswitcht. Is hier echter geen behoefte aan, dan kan de taalbalk worden verborgen door in het configuratiescherm bij het onderdeel Landinstellingen, tabblad Toetsenborden en talen, knop Toetsenborden wijzigen, tabblad Taalbalk de optie Verbergen te activeren. Soms biedt ook dit geen oplossing en moeten de niet gebruikte toetsenbordindelingen op het tabblad Algemeen worden verwijderd (dit voorkomt tevens dat de toetsenbordindeling met de toetscombinatie linker ALT- en rechter SHIFT-toets per ongeluk wordt gewijzigd).
Systeemvak
Ook het systeemvak (rechts in de taakbalk) kan naar wens worden aangepast. Standaard wordt het systeemvak met veel icoontjes gevuld, gebruiken doen we er echter maar weinig: aanpassen dus! Klik met rechts op de klok of een ander ongebruikt gedeelte van het systeemvak en kies Eigenschappen, tabblad Systeemvak. Hier kan via de knop Aanpassen worden aangegeven welke pictogrammen standaard zichtbaar moeten zijn en welke achter het pijltje verborgen worden. De ingebouwde Windows-functies zoals de klok, de icoontjes voor het geluidsvolume, de netwerkverbinding en het energieniveau voor een laptop kunnen ook op dit tabblad worden verborgen.
Datum in het systeemvak tonen
Het systeemvak is standaard voorzien van een klok. Door de taakbalk in hoogte te verdubbelen, kan ook de dag van de week en de datum worden toegevoegd. Door te klikken op de datum/tijd opent het venster Eigenschappen voor Datum en tijd. Via het tabblad Extra klokken kunnen eventueel twee extra klokken (met verschillende tijdzones) aan het pop-upvenster worden toegevoegd.
Sidebar
Windows Vista introduceert een nieuw onderdeel op het bureaublad: de Sidebar, een verticale kolom die naar eigen smaak met diverse gadgets ingericht kan worden. In Windows Vista staan al enkele standaard gadgets klaar om direct te installeren (zoals klokken in diverse smaken, een kalender, snel zoeken in de contactpersonen, een miniatuur diavoorstelling van persoonlijke foto's, aandelenkoersen, notities, RSS-feeds en actuele weerberichten). Gadgets kunnen worden toegevoegd door met rechts op de sidebar te klikken en te kiezen voor Gadgets toevoegen. Met de optie Meer gadgets downloaden (rechtsonder) zijn nog veel meer handige gadgets beschikbaar.
Het is jammer dat de ruimte voor de sidebar beperkt is. Gelukkig kunnen gadgets ook naar het bureaublad worden versleept zodat ze alsnog (eventueel vergroot) weergegeven kunnen worden. Wordt de sidebar veel gebruikt, dan is het wellicht prettiger deze continu op de voorgrond te laten staan: klik hiervoor met rechts op de sidebar en kies voor Eigenschappen en activeer de optie Sidebar bevindt zich altijd op de voorgrond van andere vensters. Het maximaliseren van programmavensters wordt hiermee beperkt tot het resterende bureaubladoppervlak (de naar het bureaublad verplaatste gadgets blijven op de achtergrond). Gebruikers van een breed beeldscherm zullen deze ruimte niet eens missen, voor de beeldschermen met een lage resolutie is het wellicht minder handig. Gebruikers van twee of meer schermen kunnen bij de Eigenschappen instellen op welk beeldscherm de sidebar moet worden getoond.
TIP: De gadgets op de sidebar kunnen voor een aanzienlijk trager systeem zorgen. Is de vertraging erg hinderlijk, dan is het verstandiger de sidebar standaard uit te schakelen. Dat kan bij de Eigenschappen van de sidebar door de optie Sidebar starten als Windows wordt opgestart uit te vinken.
Het bureaublad
Door snelkoppelingen op het bureaublad aan te maken, kunnen veelgebruikte mappen, bestanden, programma's etc in een handomdraai worden geopend. Om het overzicht te behouden, is het wel raadzaam het aantal beperkt te houden (een overzichtelijke indeling van het start- en snelstartmenu maakt de snelkoppelingen naar programma's op het bureaublad eigenlijk overbodig). Plaats persoonlijke bestanden liever niet direct op het bureaublad maar in de map Documenten, daarmee wordt voorkomen dat ze onbedoeld worden verwijderd! Moet een bestand toch via het bureaublad bereikbaar zijn, maak er dan een snelkoppeling voor aan (klik met rechts op het bestand en kies Kopiëren naar -> Bureaublad (snelkoppeling maken)).
Pictogrammen ordenen
De pictogrammen van de snelkoppelingen kunnen netjes worden geordend door met rechts op een leeg gedeelte van het bureaublad te klikken en vervolgens te kiezen voor Beeld, Automatisch schikken. Als de optie Uitlijnen op raster nog niet aan staat, kan deze hier ook worden geactiveerd. De pictogrammen worden standaard vrij groot weergegeven, maar kunnen eenvoudig worden verkleind door de CTRL-toets in te drukken in combinatie met het scrollwiel van de muis.
POSITIE BUREAUBLADPICTOGRAMMEN BEWAREN
Staan de icoontjes op het bureaublad weer eens door elkaar, bijvoorbeeld nadat het systeem in veilige modus is opgestart? Met het programma IconRestorer kunnen de locaties van de pictogrammen worden opgeslagen (optie Bewaar huidige bureaublad indeling) en op elk gewenst moment weer worden teruggezet (optie Herstel laatst opgeslagen bureaublad indeling).
Bureaublad aanpassen
Via het onderdeel Persoonlijke instellingen van het configuratiescherm (tevens bereikbaar met een rechter muisklik op het bureaublad), optie Bureaubladpictogrammen wijzigen (links in het taakvenster) kunnen standaard snelkoppelingen zoals de prullenbak worden toegevoegd of verwijderd. De achtergrondafbeelding van het bureaublad kan bij het onderdeel Bureaubladachtergrond worden gewijzigd, met de knop Bladeren kan eventueel een plaatje uit een map met persoonlijke foto's worden geselecteerd.
Schermresolutie en beeldscherminstellingen
Het beeldscherm is het belangrijkste element bij de interactie met de computer, zorg er dus voor dat deze goed is afgesteld! Met een rechter muisklik op het bureaublad, optie Aan persoonlijke voorkeuren aanpassen, onderdeel Beeldscherminstellingen kan de resolutie worden gecontroleerd (deze moet bij voorkeur overeenkomen met de technische specificaties van de aangesloten monitor). Elk scherm heeft weer andere optimale instellingen: voor een 17 inch- of kleiner beeldscherm is een resolutie van 1024*768 pixels veelal prima geschikt, voor grotere schermen kom je al snel uit op 1280*1024 pixels (of zelfs 1600*1200 pixels), en voor breedbeeldschermen zijn de verhoudingen wéér anders...Platte schermen hebben één specifieke optimale resolutie, elke andere instelling geeft een slechtere beeldkwaliteit (dit wordt veroorzaakt doordat er bij een 'verkeerd' gekozen schermresolutie tussen de pixels moet worden geïnterpoleerd/geëxtrapoleerd). Raadpleeg daarom de technische specificaties in de meegeleverde handleiding voordat de resolutie wordt aangepast. Verhoog (indien mogelijk) tevens de hoeveelheid getoonde kleuren naar 32-bits voor de maximaal haalbare kleurdiepte. Gelukkig kiest Windows Vista in de meeste gevallen automatisch de juiste resolutie en de optimale hoeveelheid kleuren zodat deze doorgaans niet meer handmatig aangepast hoeven te worden. Klik vervolgens op de knop Geavanceerde instellingen en open het tabblad Beeldscherm om desgewenst de verversingsfrequentie te verhogen naar minimaal 75 Hertz zodat het beeld rustiger wordt (let op: een te hoge verversingsfrequentie verkort de levensduur).
LET OP: Een te hoge verversingsfrequentie verkort de levensduur!
Bureaubladachtergrond stretchen over meerdere beeldschermen
Ook het gebruik van een aparte bureaubladachtergrond per beeldscherm wordt niet door Windows 7 ondersteund. Met behulp van fotobewerkingssoftware is het gelukkig redelijk eenvoudig een dergelijke dubbele (of zelfs driedubbele) bureaubladachtergrond zelf te maken. Zo'n achtergrond wordt gemaakt door de gewenste afbeeldingen in een nieuwe, brede afbeelding aan elkaar te plakken. De grootte van de te gebruiken afbeeldingen is gelijk aan de ingestelde resolutie van de beeldschermen. Bijvoorbeeld: voor twee beeldschermen met elk een resolutie van 1280*1024 pixels moet de totale bureaubladachtergrond 2560*1024 pixels groot worden. Pas de resolutie van de foto's aan (in dit voorbeeld moet elke afbeelding dus 1280*1024 groot zijn), plak ze vervolgens aan elkaar en sla het geheel op als een nieuwe afbeelding (die uiteindelijk weer 2560*1024 pixels groot is). Wijzig vervolgens op normale wijze de bureaubladachtergrond: klik daarvoor met rechts op het bureaublad en blader naar de nieuwe afbeelding via Aan persoonlijke voorkeuren aanpassen, optie Bureaubladachtergrond en kies onderin bij Hoe moet de afbeelding worden weergegeven? voor de middelste optie (Naast elkaar).
Aero Glass-interface
Beschikt de grafische kaart over voldoende capaciteiten, dan start Windows Vista automatisch op in de geavanceerde Aero Glass-interface. Deze kenmerkt zich door transparantie van de geopende vensters. Deze interface belast de processor van de grafische kaart (GPU) aanzienlijk waardoor de hardware-vereisten vrij hoog zijn. Windows Vista maakt gebruik van het nieuwe Windows Device Driver Model (WDDM), de grafische kaart moet daarom minimaal ondersteuning bieden voor DirectX 9. Is de Aero Glass-interface te zwaar voor de grafische kaart, dan wordt automatisch teruggevallen op een wat minder veeleisende weergave. De Aero Glass-interface kan geheel naar eigen wens worden aangepast bij het onderdeel Persoonlijke instellingen van het configuratiescherm, optie Kleur en vormgeving van vensters (een wijziging wordt direct toegepast in het openstaande venster).
Visuele effecten minder veeleisend instellen
Treden er aanzienlijke vertragingen op bij het openen, minimaliseren, maximaliseren, verplaatsen en sluiten van vensters, dan kunnen de visuele effecten beter minder veeleisend worden ingesteld. Hierdoor wordt de grafische kaart minder belast, waardoor deze geen vertragingen meer veroorzaakt. Het uitschakelen van de doorzichtigheid (zie afbeelding) kan aanzienlijk schelen, met name wanneer er sprake is van een oudere grafische kaart of wanneer de grafische berekeningen door de processor zelf worden uitgevoerd omdat een grafische kaart ontbreekt. Er zijn meer opties, te vinden via de link Eigenschappen van klassieke vormgeving openen voor meer kleuropties onderaan het venster Kleur en vormgeving van vensters. Hier kan eventueel worden teruggeschakeld naar het Windows Vista Basic kleurenschema (of zelfs naar de klassieke weergave). Onderstaande afbeelding laat rechts een fragment van een venster in Aero Glass-interface zien en links een venster in Basic-interface.
Door bij de knop Effecten (in hetzelfde venster) enkele effecten uit te schakelen, kan extra prestatiewinst worden behaald (met name de optie De inhoud van het venster tijdens het slepen weergeven is belastend voor het systeem). Het is overigens aan te raden de optie ClearType actief te houden omdat deze het lezen van teksten vanaf het beeldscherm aanzienlijk veraangenaamt.
Geavanceerde systeeminstellingen aanpassen
De geavanceerde systeeminstellingen bieden nog veel meer mogelijkheden voor het aanpassen van de visuele effecten. Ga hiervoor naar het onderdeel Systeem van het configuratiescherm, Geavanceerde systeeminstellingen (links in het taakvenster), tabblad Geavanceerd, knop Instellingen bij het onderdeel Prestaties. Door visuele effecten uit te schakelen, kunnen de systeemprestaties worden geoptimaliseerd. Optimale systeeminstellingen (met behoud van enkele visuele effecten) worden verkregen door alle opties uit te schakelen, met uitzondering van Bureaubladsamenstelling inschakelen, Doorzichtig glas inschakelen (indien gewenst), Miniatuurweergaven in plaats van pictogrammen weergeven (toont de verkleinde foto's), Vallende schaduw voor namen van pictogrammen op bureaublad gebruiken (oftewel de transparantie van de achtergrond van de pictogrammen op het bureaublad), Visuele stijlen op vensters en knoppen toepassen en Zachte randen rond schermlettertypen weergeven (de functie ClearType).
Gratis beveiliging: ZoneAlarm firewall
Hoewel ZoneAlarm beduidend minder goed functioneert als de firewale comande is het wel de populairste gratis firewall kies voor Download Basic Firewall). ZoneAlarm kan elk programma afzonderlijk blokkeren dan wel toestaan te communiceren met het netwerk en/of het internet. Wanneer een onbekend programma probeert contact te leggen met het netwerk of het internet, vraagt ZoneAlarm om een bevestiging. Deze firewall schakelt overigens automatisch de Windows firewall uit.
ZoneAlarm setup en instellingen
Tijdens het downloaden van free ZoneAlarm Firewall wordt gevraagd of de 15-dagen probeerversie van de ZoneAlarm Internet Security Suite moet worden geïnstalleerd. Kies hier voor ZoneAlarm Free Firewall en ga verder met het downloaden en het uitvoeren van de setup. In het volgende scherm kan de optie voor het installeren van de toolbar ZoneAlarm Spy Blocker desgewenst worden gedeactiveerd. Het is niet noodzakelijk te registreren, deze optie kan dus ook worden uitgevinkt, net als de opties voor de update-informatie en beveiligingsnieuws. Ga akkoord met de licentievoorwaarden, laat ZoneAlarm eventueel (zoals aanbevolen) de computer scannen op programma's die als betrouwbaar bekend staan en dus toegang tot het internet mogen hebben. Start tot slot de computer opnieuw op.
De volgende stap is het doorlopen van het configuratiescherm van ZoneAlarm, het ZoneAlarm Control Center. Als u deze tijdens de installatieprocedure heeft gemist dan kan deze altijd nog achteraf worden geopend via het ZoneAlarm-icoontje rechts onderin het systeemvak (zie afbeelding, hier kan overigens ook alle internetactiviteit worden geblokkeerd door te kiezen voor Stop all Internet activity).
Op het subtabblad Main van het onderdeel Firewall (links in in het taakvenster) staan nu de volgende standaardinstellingen: Internet Zone Security = High, en Trusted Zone Security = Medium. De Trusted Zone Security kan eventueel ook op High worden gezet mits er geen bestanden of printers op de betreffende computer worden gedeeld.
Op het tabblad Program Control staan de volgende instellingen (worden de pop-ups als irritant ervaren, dan kan de beveiliging iets worden teruggedraaid door Program Control op Low te zetten):
Bij elk (voor ZoneAlarm nog onbekend) programma dat contact probeert te leggen met het internet en/of netwerk vraagt ZoneAlarm om toestemming. Elk onbekend programma moet tweemaal worden bevestigd, zoals in het voorbeeld is weergegeven voor enternet explorer (vergeet niet de optie Remember this setting aan te vinken, anders blijft de vraag terugkomen!).
Geef een programma bij twijfel liever geen toestemming tot het internet, dat kan in een later stadium altijd nog via het subtabblad Programs van het tabblad Program Control.
Heeft een programma toestemming gekregen het internet (Internet Zone) en/of het netwerk (Trusted Zone) op te gaan, dan staat er een groen vinkje in de betreffende kolom. Wordt de toegang geweigerd dan staat er een rood kruis. Een gemaakt fout kan hier altijd nog worden gecorrigeerd!
e AVG Free virusscanner installeren en afstellen
De installatieprocedure van AVG Anti-Virus Free Edition is eenvoudig te doorlopen. Kies in het welkomstscherm van de setup voor de Nederlandse taal (meestal wordt deze standaard al geselecteerd) en kies vervolgens de gratis versie AVG Anti-Virus Free. Nadat de benodigde bestanden zijn gedownload, akkoord is gegaan met de voorwaarden en voor de standaardinstallatie is gekozen, kan in het volgende venster de licentie worden geactiveerd. Voor de gratis versie is de licentiecode standaard al ingevuld en een gebruikersnaam is niet nodig, dit venster kan dus direct met de knop Volgende worden bevestigd. Schakel in het volgende scherm eventueel de optie AVG Werkbalk Beveiliging installeren (ook wel de AVG Security Toolbar genoemd) uit.
TIP: Is de AVG Security Toolbar toch geïnstalleerd en wilt u deze achteraf alsnog uitschakelen? Doe dat dan niet vanuit AVG zelf maarvanuit de browser (Internet Explorer: via Extra, Invoegtoepassingen beheren, schakel alle invoegtoepassingen van AVG uit; Firefox: via Extra, Add-ons, schakel de invoegtoepassingen AVG Safe Search en AVG Security Toolbar uit). Het uitschakelen van deze invoegtoepassingen heeft tevens tot gevolg dat de irritante veiligheidswaarschuwingen van het AVG Search-Shield niet meer worden getoond bij de zoekresultaten van de verschillende zoekmachines (waaronder Google)!
De installatie van deze gratis virusscanner wordt automatisch afgerond met een controle of de virusdefinities up-to-date zijn. Tevens wordt verzocht toestemming te geven anoniem gegevens aan te leveren over gedetecteerde bedreigingen, schakel deze optie bij voorkeur uit.
Tot slot wordt gevraagd of de scanprestaties nu alvast moeten worden geoptimaliseerd. Dit moet sowieso gebeuren en kan dus net zo goed gelijk worden uitgevoerd (klik op de knop Scannen nu optimaliseren). Dit optimalisatieproces neemt enige tijd in beslag, in de tussentijd kan echter gewoon met de computer worden gewerkt.
De instellingen optimaliseren
Het basisscherm opent met een dubbelklik op het AVG-icoontje in het systeemvak (de pop-ups over een nieuwe betaalde versie onderin het basisscherm kunnen worden genegeerd):
De harde schijf scannen op virussen
Naast een real-time scan van de lopende processen worden alle op de computer aanwezige bestanden standaard wekelijks (op een vooraf ingesteld tijdstip) gecontroleerd op virussen (een dagelijkse scan van de bestanden is bij normaal gebruik van de computer niet echt nodig). Deze standaard scaninstellingen kunnen worden gewijzigd via de menubalk in het basisscherm van AVG: Extra, Geavanceerde instellingen, tabblad Schema’s (links in het venster), subtab Geplande scan. Hier kan de scan naar een gunstiger tijdstip worden gewijzigd, bijvoorbeeld een moment van de dag waarop de computer doorgaans aan staat maar niet wordt gebruikt.
Staat de computer op het ingestelde tijdstip uit, dan wordt de scan uitgevoerd zodra de computer weer wordt opgestart (optie Uitvoeren bij het opstarten van de computer als taak is overgeslagen). Activeer eventueel ook de optie Uitvoeren zelfs als de computer in energiebesparingsmodus is zodat de computer automatisch op het geplande tijdstip uit de slaapstand ontwaakt (afhankelijk van de instellingen gaat Windows daarna vanzelf weer in de energiebesparende modus).
TIP: Omdat volgens de standaard instellingen de gehele harde schijf wordt gescand, kan dit behoorlijk wat tijd kosten. Door op het tabblad Wat er gescand moet worden een selectie van te scannen partities en mappen te maken, kan het scanproces echter aanzienlijk worden versneld. Afzonderlijke partities, mappen en/of bestanden kunnen eventueel ook handmatig vanuit de Windows Verkenner worden gecontroleerd door er met rechts op te klikken en te kiezen voor Scannen met AVG Free. Handig wanneer nieuw toegevoegde bestanden even snel op virussen en spyware moeten worden gecontroleerd!
Moet de geplande scan worden uitgeschakeld, verwijder dan het vinkje bij de optie Deze taak inschakelen (tab Schema-instellingen) Het is vervolgens wel noodzakelijk met enige regelmaat zelf handmatig een scan uit te voeren! Het handmatig opdracht geven de gehele computer (of een gedeelte daarvan) te scannen kan via het onderdeel Computerscanner (basisscherm), optie De hele computer scannen (of Mappen of bestanden scannen). Hoewel de standaard instellingen voor deze scanopties prima zijn, kunnen ze eventueel met de link Scaninstellingen wijzigen worden aangepast.
In quarantaine geplaatste bestanden
Van virus of spyware verdachte bestanden worden automatisch in quarantaine (onderdeel Computerscanner, knop Quarantaine weergeven) geplaatst. Bestanden die onterecht als virus zijn aangemerkt, kunnen binnen 30 dagen nog worden teruggezet. Na het verstrijken van deze periode worden in quarantaine geplaatste bestanden automatisch van de harde schijf verwijderd. De quarantaine-instellingen kunnen eventueel via Extra, Geavanceerde instellingen, tabblad Quarantaine worden aangepast: zo kan het automatisch verwijderen worden uitgeschakeld door het deactiveren van de optie Bestanden automatisch verwijderen.
Updaten van de AVG virusdefinities
Het updaten van de virusdefinities gaat bij deze gratis virusscanner automatisch. AVG Free controleert hooguit eenmaal per dag, op een vast tijdstip automatisch op nieuwe virusdefinities. Is de computer op dat moment niet actief dan worden de laatste virusdefinities alsnog gedownload zodra de computer weer wordt aangezet of uit de slaapstand ontwaakt (deze instellingen kunnen in het updateschema worden gewijzigd, te bereiken via Extra in de menubalk, Geavanceerde instellingen, tabblad Schema’s, subtab Updateschema virusdatabase). Handmatig updaten van de virusdefinities kan echter ook. De snelste manier is via het AVG-icoontje rechts onderin het systeemvak: klik met rechts op het icoontje en kies voor Nu bijwerken. Het controleren, downloaden en installeren van de updates van de virusscanner is vervolgens vrij eenvoudig.
Het certificeren van e-mail uitschakelen
Volgens de standaard instellingen wordt aan het einde van elk ontvangen e-mailbericht een AVG-mededeling geplaatst, het zogenaamde certificeren. Deze toevoeging lijkt echter meer op reclame en kan net zo goed worden uitgeschakeld: kies in de menubalk voor Extra, Geavanceerde instellingen, tabblad E-mailscanner (links in het venster) en schakel de optie E-mail certificeren uit. Uitgaande e-mail hoeft overigens niet gecontroleerd te worden, dat kan alleen maar voor problemen zorgen, de optie Uitgaande e-mail controleren kan dus uitgeschakeld blijven.
Specifieke mappen of bestanden niet laten scannen
Bestandslocaties die met zekerheid geen onveilige bestanden bevatten, kunnen van het scanproces worden uitgesloten via Extra, Geavanceerde instellingen, tabblad Resident Shield (links in het venster), subtab Uitgesloten mappen, knop Pad toevoegen. Specifieke bestanden kunnen via de subtab Uitgesloten bestanden, knop Toevoegen worden uitgesloten. Deze optie is met name handig wanneer AVG een bestand als false positive bestempelt waardoor deze automatisch in quarantaine wordt geplaatst (een false positive is een bestand dat ten onterechte als virus is bestempeld; dit gebeurt bijvoorbeeld wel eens met tools voor het achterhalen van wachtwoorden).
Een (draadloos) netwerk/internet aanleggen
Steeds meer gezinnen hebben tegenwoordig meerdere computers in huis staan, de oude PC weggooien is immers zonde. Ze met elkaar verbinden wordt echter niet vaak gedaan, terwijl een thuisnetwerk juist erg handig kan zijn. De voordelen: een internetverbinding voor alle PC's, gedeelde printers, de mogelijkheid bestanden uit te wisselen en natuurlijk het spelen van games. Deze pagina gaat over het aanleggen van een goed beveiligd draadloos netwerk met een wireless (=draadloze) router, waarbij de breedband internetverbinding (ADSL of kabel), printers en bestanden kunnen worden gedeeld.
Wat is er nodig voor een (draadloos) netwerk?
Router (bedraad of draadloos)
Er is in grote lijnen keuze uit twee soorten routers: bedrade en draadloze. Het prijsverschil is niet bijzonder groot, met het oog op de extra opties kan daarom wellicht net zo goed een draadloze router worden gekocht (wordt geen gebruik gemaakt van de draadloze functie, schakel deze dan uit zodat onbevoegden er geen gebruik van kunnen maken!). Draadloze routers zijn verkrijbaar in verschillende snelheden, de 54 Mbit-variant (de g-standaard) is de meest gebruikte.
en betrouwbare draadloze router kost nog geen 40 euro. Er is helaas een groot kwaliteitsverschil tussen de diverse in de handel verkrijgbare routers, sommigen veroorzaken onverklaarbare problemen. Koop dus liever niet een van de goedkopere draadloze routers en vraag altijd of deze mag worden teruggebracht indien hij niet naar wens functioneert. In plaats van een draadlozer router kan overigens ook een draadloze HUB/access point worden gebruikt als uitbreiding op het bestaande netwerk.
De meeste routers (bedraad of draadloos) zijn voorzien van 3 of 4 poorten waarop de computers, met gebruik van CAT5- of CAT6-kabels, direct kunnen worden aangesloten. Het is verstandig de computers zo beperkt mogelijk draadloos aan te sluiten, want elke computer die draadloos gaat is een mogelijke probleemveroorzaker. Daarnaast kan het voorkomen dat draadloze computers elkaar storen. Ze maken gebruik van dezelfde draadloze bandbreedte, hetgeen ook nog eens resulteert in een tragere verbinding.
TIP: De internetverbinding kan eventueel ook via een hoofdcomputer worden gedeeld (deze wordt dan als alternatieve router gebruikt), waardoor de router overbodig wordt. Deze methode is echter minder interessant, omdat het bijna zeker voor problemen zal zorgen.
Ethernetmodem
Het ethernetmodem wordt op de WAN-poort van de router aangesloten zodat elke met de router verbonden computer via deze poort toegang krijgt tot het internet. De voorkeur gaat uit naar het door de provider geleverde modem, de provider ondersteunt namelijk doorgaans alleen dit met het abonnement meegeleverde aparaat. Is er toch een probleem, controleer dan eerst of het probleem blijft bestaan wanneer de router uit het netwerk wordt gehaald. Heeft de direct op de modem aangesloten computer nog steeds geen verbinding, dan is dit het moment om de provider te bellen.
Het is aan te raden een oude USB ADSL-modem te vervangen door een ethernetmodem. De USB-modems zijn namelijk erg lastig met een router te gebruiken (er bestaan wel geschikte routers voor, deze zijn echter een stuk duurder en niet bruikbaar voor een ethernetmodem). De Alcatel SpeedTouch ethernetmodem is een goede keuze: deze wordt door de meest providers ondersteund. Koop liever niet het draadloze Alcatel SpeedTouch ethernetmodem omdat deze na het instellen van de maximale beveiliging niet meer naar behoren functioneert! Kabelinternetters hoeven zich geen zorgen te maken: alle verkrijgbare kabelmodems zijn normaal gesproken geschikt voor het aansluiten op een router.
VAN ISDN NAAR ADSL
Let bij de aanschaf van een ADSL-modem op of er een analoge of ISDN-variant nodig is (deze zijn onderling niet uitwisselbaar). Wordt bij de ADSL-aanvraag overgestapt van een ISDN-verbinding naar een analoge telefoonlijn, zeg dan eerst de ISDN-verbinding op. Pas na ontvangst van de nieuwe nota kan de ADSL-aanvraag worden ingediend.
Kabels voor aansluiting op router
Voor een normale aansluiting op de router zijn CAT5-kabels nodig (geen crosskabels, deze zijn alleen geschikt om twee PC's direct aan elkaar te koppelen, zonder tussenkomst van een router). Dit type kabel kost slechts enkele euro's, afhankelijk van de lengte. In de meeste gevallen wordt er een meegeleverd met het ethernetmodem en de router. Ook moet de PC voorzien zijn van een ethernetpoort (standaard aanwezig bij alle nieuwe PC's). Is deze niet aanwezig, dan moet daarvoor nog een PCI-kaartje worden aangeschaft (deze kost ongeveer 10 euro).
GEBRUIK CAT6-KABELS BIJ GIGABIT NETWERK
Gebruik bij een Gigabit-router/switch (1.000 Mbit in plaats van 100 Mbit) liever CAT6-kabels om er zeker van te zijn dat de gewenste snelheid wordt behaald (met name bij het overbruggen van een grote afstand). De maximaal haalbare snelheid is overigens ook afhankelijk van de verwerkingssnelheid van de langzaamste harde schijf.
Voor de draadloze aansluiting van de PC zijn speciale USB-adapters of PCI-kaarten verkrijgbaar, en voor laptops speciale Cardbus-kaarten. De kosten per draadloze adapter bedragen ongeveer 15 euro (ook hier kan het beste worden gekozen voor 54 Mbit, en als het kan van hetzelfde merk als de router. De verschillende merken zouden uitwisselbaar moeten zijn, maar toch...).
Printers in het netwerk
Er zijn twee manieren om printers aan te sluiten in een netwerk: via de computer of via een printerserver. Blijft de printer aan de computer gekoppeld, dan moet deze worden gedeeld om het voor andere computers mogelijk te maken daarop te printen. Wordt er vanaf een andere PC een printopdracht naar de printer gestuurd, dan moet de PC waarop de printer is aangesloten wel aan staan. Bij gebruik van een losse printerserver is dit niet nodig. Printerservers zijn echter niet goedkoop. Sommige fabrikanten leveren tegen een aantrekkelijke prijs een printerserver gecombineerd met de (draadloze) router. Op zich een positieve ontwikkeling, zolang het niet ten koste van de draadloze beveiliging gaat.
Ethernetmodem en (draadloze) router plaatsen
Er zijn verschillende geschikte opties voor het plaatsen van de router en het modem. De beste plaatsing van een kabelmodem en –router is afhankelijk van de plek waar het kabelsignaal het pand binnenkomt. Bij ADSL is de locatie van de telefoonlijnsplitter bepalend voor de plaatsing van het modem en de router: plaats de splitter dus tactisch in de meterkast of bij het telefoonstopcontact dat zich het dichtst bij de werkplek bevindt. Let op: hiermee worden andere, rechtstreeks uit de meterkast getrokken telefoonstopcontacten onbruikbaar! Een DECT-basisstation met bijbehorende draadloze telefoontoestellen kan dit probleem ondervangen.
De beste locatie voor het modem en de router is daar waar de splitter zich bevindt. Zodoende wordt een web aan netwerkkabels voorkomen (het is toch niet voor niets een draadloos netwerk)! Het ethernetmodem moet met de meegeleverde netwerkkabel aan de WAN-poort van de router worden aangesloten. In sommige gevallen (afhankelijk van de locatie van de aansluitpunten) kan niet worden voorkomen dat een kabel door het huis moet worden getrokken. Is dit niet gewenst dan kunnen de splitter, modem én draadloze router altijd nog in of nabij de meterkast worden geplaatst. Bedenk wel dat ze in geval storingen gemakkelijk bereikbaar moeten zijn zodat de router en modem opnieuw kunnen worden opgestart.
TIP BIJ PLAATSING
De signaalontvangst van de draadloze zender is gevoelig voor storingen van DECT-telefoons, magnetrons, meterkast, gewapend betonnen vloeren, etc. Daarnaast kan de ontvangst op sommige locaties tegenvallen waardoor er een centralere plek voor de router in het huis gekozen moet worden. In het ergste geval moet bij een draadloze router dus één kabel worden getrokken.
Modem installeren voor toegang tot internet
Het is verstandig eerst een internetverbinding te realiseren volgens de aanwijzingen van de internetprovider, zonder gebruik te maken van de router. Op het moment dat de internetverbinding werkt, kan het modem worden aangesloten op de WAN-poort van de router. Lukt het de installatiesoftware niet het ADSL-modem te vinden, dan is de kans groot dat deze wordt geblokkeerd door een firewall. Schakel deze daarom tijdelijk uit! Bij kabelinternet moet soms het MAC-adres van de betreffende computer in de router worden gekloond, zodat de provider 'weet' dat het nog steeds dezelfde computer is die online gaat.
TIP BIJ STROOMSTORING
Is er een stroomstoring geweest, dan moet het ADSL-modem veelal opnieuw worden opgestart (met het aan/uit knopje of de stekker even uit het stopcontact halen).
Instellen van de internetverbinding
De computer via een netwerkkabel met de router verbinden, is vrij simpel. Zonodig moet eerst een netwerkkaart (met de bijbehorende drivers) worden geïnstalleerd. Sluit de netwerkkabel vervolgens enerzijds aan op een van de poorten van de router en anderzijds op de ethernetpoort van de PC. Controleer hierna of de instellingen correct zijn en of de netwerkverbinding tot stand is gebracht (XP: bij onderdeel Netwerkverbindingen van het configuratiescherm, Vista: bij onderdeel Netwerkcentrum van het configuratiescherm). De verbinding wordt doorgaans vanzelf opgezet, waarbij automatisch een IP-adres wordt verkregen van de DHCP-server van de router.
Controleer eerst of de LAN-verbinding is ingeschakeld, in Windows Vista en Windows 7 is dat direct duidelijk na een blik op het netwerkcenter. In Windows XP staat de status achter de verbinding: klik met rechts op de verbinding en kies Inschakelen wanneer deze is uitgeschakeld.
Windows XP
Windows 7
De instellingen kunnen ook eenvoudig worden gewijzigd. In Windows 7 gaat dat via de link LAN-verbinding in het Netwerkcentrum, knop Eigenschappen. In Windows Vista gaat dat via de link Status weergeven in het Netwerkcentrum, knop Eigenschappen. In Windows XP moet bij het onderdeel Netwerkverbindingen met rechts op de LAN-verbinding worden geklikt, om vervolgens Eigenschappen te selecteren. Controleer eerst of het Internet-protocol (TCP/IP) is aangevinkt. Controleer tevens via de knop Eigenschappen van het venster van het TCP/IP-protocol of deze staat ingesteld op automatisch toewijzen (dat is voldoende voor een router met een DHCP-server). Naast het standaard TCP/IPv4-protocol (IP-adres bestaande uit 4 delen) wordt vaak ook het nieuwe TCP/IPv6-protocol (IP-adres bestaande uit 6 delen) vermeld. Wordt de v6-variant (nog) niet ondersteund door de internetprovider dan kan deze net zo goed worden uitgeschakeld. De QoS pakketplanner zorgt ervoor dat specifiek internetverkeer (zoals bellen over internet (VoIP)) voorrang krijgt. Deze functie kan eventueel worden uitgeschakeld.
Schakel, wanneer deze niet nodig is, tevens de Bestands- en printerdeling voor Microsoft-netwerken uit zodat het niet meer mogelijk is bestanden cq. printers op de betreffende PC te delen met andere gebruikers van het netwerk. Een onnodig veiligheidsrisico dat beter afgedicht kan worden als er toch geen gebruik van wordt gemaakt. Het blijft vervolgens nog steeds mogelijk toegang te krijgen tot gedeelde bestanden en printers op een andere computer.
Windows XP vs. Windows Vista/Windows 7
In Windows Vista wordt het verbindingsicoontje standaard rechts onderin het systeemvak getoond, zodat de status van de verbinding snel toegankelijk is (in Windows 7 is de status status te achterhalen met de link LAN-verbinding in het Netwerkcentrum). Dit kan ook in Windows XP worden ingesteld door de optie Pictogram in systeemvak weergeven gedurende de verbinding te activeren (zie afbeelding). Vermeldt het statusvenster bij onderdeel Ontvangen 0 bytes (dus geen activiteit), dan is er een probleem met de communicatie met de router. Controleer in dat geval de firewall-instellingen, de kabels en reset eventueel de router.
Het ingestelde IP-adres is te achterhalen via de knop Details (Windows Vista) of via het tabblad Ondersteuning (Windows XP). In onderstaand geval is deze toegekend door de DHCP-server van de router. Het IP-adres wordt gebruikt voor de identificatie van de computer in het netwerk en begint met dezelfde range getallen als het IP-adres van de router. Het IP-adres van de router wordt vermeld bij Standaard-gateway en begint meestal met 10.0.0.xxx of 192.168.x.xxx. (door dit IP-adres in te tikken in de adresbalk van Internet Explorer kan doorgaans worden ingelogd op de modem-router). Begint het getoonde IP-adres met 169, dan is er een communicatieprobleem met de router.
Is er in Windows XP nog steeds geen verbinding met internet, start dan Internet Explorer, ga via Extra, Internetopties naar het tabblad Verbindingen en klik op de knop Instellen. Vervolgens moet de wizard worden doorlopen door achtereenvolgens te kiezen voor Verbinding met het Internet maken, Ik wil handmatig een verbinding instellen en tot slot de optie Verbinding maken via permanente breedbandverbinding te activeren. Activeer in het eerste scherm tevens de optie dat de internetverbinding nooit gekozen moet worden (is niet altijd mogelijk).
NETBIOS VIA TCP/IP UITSCHAKELEN
Hoogstwaarschijnlijk wordt er geen gebruik gemaakt van NetBIOS, deze kan dan beter worden uitgeschakeld om zo tot een hoger beveiligingsniveau te komen. Dit is mogelijk via de instellingen van het TCP/IP-protocol van de netwerkverbinding. Klik op de knop Eigenschappen van de netwerkverbinding, selecteer het TCP/IPv4-protocol en klik op Eigenschappen, knop Geavanceerd, tabblad WINS. Schakel daar de NetBIOS via TCP/IP uit.
LET OP: Het is nu niet meer mogelijk computers in het netwerk op hun computernaam te benaderen, zoals bij het delen van bestanden wordt gedaan (het benaderen van de computers in het netwerk is nog wel mogelijk via het IP-adres).
Router instellen
Vervolgens moet de router worden ingesteld. Geef het IP-adres van de router (bijvoorbeeld 192.168.1.1) op in de adresbalk van Internet Explorer. Log vervolgens in met het standaard wachtwoord (zie de handleiding, meestal admin;.het is verstandig dit wachtwoord direct te wijzigen). Nu kan de internetverbinding tot stand worden gebracht, er is immers een netwerkverbinding met de router aangemaakt. De router zelf moet echter eerst weer met het internet worden verbonden. In de meeste gevallen staat de internetverbinding (ook wel gateway genoemd) al correct ingesteld (zoek naar een term als Obtain IP-address automatically/Dynamic IP-address). Bij kabelinternet moet soms ook het MAC-adres van de computer worden gekloond (te vinden met de knop Details in de hierboven getoonde schermen onder de naam Fysiek adres). Sla de nieuwe instellingen op en herstart de router. Lukt het niet contact te krijgen met internet, neem dan eventueel even contact op met de helpdesk van de betreffende fabrikant om de juistheid van de routerinstellingen te doorlopen.
WACHTWOORD WIJZIGEN
Het is verstandig het toegangswachtwoord van zowel de router als het modem te wijzigen en daar een aantekening van te maken (maak bijvoorbeeld een printcreen van de instelingen en schrijf daar vervolgens het wachtwoord bij). Het is ook handig de inloggegevens van router en/of modem op een klein papiertje te schrijven en deze onderop het betreffende apparaat te plakken.
PLOTSELING GEEN VERBINDING MEER?
Bij plotselinge verbindingsproblemen is het verstandig eerst zowel de computer als de router opnieuw op te starten (bijvoorbeeld door de stroom er even af te halen) voordat er uitgebreid naar een oorzaak wordt gezocht. Met het commando PING (bijvoorbeeld PING xxx.xx.xx, als dat het IP-adres van de router is) kan de verbinding met de router worden getest. Start daarvoor de Opdrachtprompt met het commando CMD in het uitvoer-/zoekvenster van het startmenu. Het commando IPCONFIG /all kan van pas komen bij het achterhalen van het IP-adres.
ROUTER RESETTEN NAAR FABRIEKSINSTELLINGEN
Is het niet meer mogelijk in te loggen op de router of het modem omdat het wachtwoord kwijt is? Reset dan de router naar de fabrieksinstellingen, zie daarvoor de handleiding of de website van de routerfabrikant.
POORTEN VAN DE ROUTER OPENZETTEN
Is het wenselijk poorten voor bepaalde software-toepassingen open te zetten? De pagina over het opzetten van poorten gaat hier uitgebreid op in. Bezoek ook eens de website daar worden de poortinstellingen voor de meeste routers besproken. Worden opengezette poorten niet meer gebruikt, sluit ze dan weer!
Router instellen voor een draadloze verbinding
Het instellen van een draadlozer router is doorgaans niet echt moeilijk, het gaat er echter om dat er een goed beveiligde verbinding wordt gerealiseerd. Start een internetbrowser en log in op de router, ga vervolgens naar het onderdeel wireless/draadloos. Eerst moet het draadloze netwerk een naam (ook wel SSID genoemd) worden geven. Stel de SSID van het netwerk in op een niet zo voor de hand liggende naam en laat de rest van de beveiliging voorlopig achterwege. Het moet nu vrij eenvoudig zijn om een draadloze verbinding te maken. Met een dubbelklik op het draadloze icoontje in het systeemvak rechts onderin het scherm worden de beschikbare draadloze netwerken getoond. Selecteer hier het netwerk met de eerder opgegeven SSID. Er wordt vervolgens automatisch verbinding gemaakt.
Windows XP vs Windows 7
Openzetten van poorten modem/router
Voor sommige software, zoals de op deze website beschreven is het noodzakelijk dat bepaalde poorten in de modem/router worden opengezet. Deze pagina legt in grote lijnen uit hoe dat moet. Daarbij wordt uitgegaan van een computer die met het internet is verbonden door middel van het veel gebruikte Alcatel SpeedTouch ADSL modem. Aangezien er inmiddels ook veel computergebruikers een (draadloze) router aan deze modem (of andere modem) hebben gekoppeld, wordt het voorbeeld uitgebreid met een SMC-router.
LET OP: De Alcatel SpeedTouch ADSL modem bezit tevens routerfunctionaliteit. Zo'n apparaat waarbij het modem en de router worden gecombineerd, wordt in dit verhaal modem-router genoemd. Aangezien de routerfunctionaliteit van de SpeedTouch niet echt bijzonder is, kan dit apparaat liever uitsluitend als modem worden gebruikt om er vervolgens een goed functionerende router aan vast te koppelen. Om verwarring te voorkomen, wordt in een dergelijk geval de benamingen modem en router gebruikt.
Copyright ©2010 Masterofdragon
Het principe van het openzetten van poorten
De computer is via het modem met het internet verbonden. De server van de internetprovider wijst het IP-adres toe waarmee de computer vindbaar is op internet. De communicatie met het internet verloopt via verschillende poorten, waarbij elk soort communicatie weer over een andere poort verloopt.
De meeste modem en routers zijn voorzien van een firewall zodat de niet gebruikte poorten standaard zijn gesloten. Uit oogpunt van veiligheid is dit erg verstandig. Voor sommige programma's is het echter noodzakelijk dat bepaalde poorten worden opengezet worden, wat voorkomt dat gaan conflicteren met het overige dataverkeer. Er wordt daarbij onderscheid gemaakt in twee soorten van communicatie: TCP (Transmission Control Protocol) en het simpelere UDP (User Datagram Protocol). Bij het openzetten van poorten moet hier dus een keuze uit worden gemaakt.
De modem en router moeten zo ingesteld worden dat het op deze poorten binnenkomende verkeer doorgestuurd wordt naar het interne IP-adres van een zelf gekozen computer in het netwerk (dit is de computer met de software die gebruik maakt van deze poorten). Het binnenkomende verkeer wordt zodoende direct de weg gewezen naar de gewenste locatie.
TIP: Het is onmogelijk een bepaalde poort te laten doorverwijzen naar meer dan één computer. Moet hetzelfde programma op meerdere computers worden geïnstalleerd, dan moet de gebruikte poort bij de andere computers in de betreffende software handmatig worden aangepast naar een nog niet gebruikt poortnummer.
LET OP: Wees voorzichtig met het openzetten van poorten, het netwerk wordt daar namelijk een stukje minder veilig van. Zorg in ieder geval voor een softwarematigfirewalle op alle in het netwerk aanwezige computers. Een dergelijke firewall opent alleen de betreffende poorten als dat noodzakelijk is, dus alleen als het bijbehorende programma is opgestart.
IP-adres van de computer achterhalen
Eerst moet het IP-adres worden achterhaald van de computer waarvoor de poorten opengezet moeten worden. Dit kan met het commando IPCONFIG in de Opdrachtprompt. Ga daarvoor naar het zoekvenster in het startmenu, geef het commando CMD en druk op de knop ENTER. Geeft het commando IPCONFIG (gevolgd door ENTER). Het venster ziet er ongeveer als volgt uit:
In dit venster kan het IP-adres van de computer worden achterhaald, in dit voorbeeld is dat 10.0.0.1 (in veel gevallen zal dat 10.0.0.150 zijn). De standaard-gateway staat hier op 10.0.0.138, wat het IP-adres van het modem is. Dit is het standaard IP-adres voor de meeste Alcatel SpeedTouch modems.
IP-ADRES HANDMATIG TOE LATEN WIJZEN
In de meeste gevallen worden de IP-instellingen automatisch toegewezen, in sommige gevallen kan het automatisch toewijzen van een IP-adres echter voor problemen zorgen. Zo zou in de loop van de tijd het IP-adres kunnen wijzigen met het gevolg dat een doorgesluisd poortnummer niet meer bij de juiste PC terechtkomt. De IP-instellingen kunnen daarom eventueel handmatig worden aangepast via de TCP/IP-configuratie (versie 4) van de netwerkverbinding. Dit is mogelijk bij het onderdeel Netwerkverbindingen (XP: klik met rechts op de verbonden LAN-verbinding en kies Eigenschappen)/Netwerkcentrum (Vista: link Status weergeven, knop Eigenschappen; 7: link LAN-verbinding, knop Eigenschappen) van het configuratiescherm. Wijzig de eigenschappen van het Internet-protocol (TCP/IP) door de gegevens handmatig over te nemen (vul bij DNS-serveradres hetzelfde IP-adres in als de standaard-gateway). De PC start nu ook sneller op omdat hij niet meer op zoek gaat naar een server voor het verkrijgen van de IP-instellingen. Onthoud wel dat deze instellingen zijn aangepast voor het geval er in de toekomst een andere modem-router wordt geplaatst!
Inloggen op het Alcatel SpeedTouch modem
Nu zowel het IP-adres van de modem-router als de open te zetten poorten bekend zijn, kan op de modem-router worden ingelogd om de instellingen aan te passen. Start Internet Explorer (of andere browser) en voer in de adresbalk het IP-adres van de standaard-gateway (in dit geval is dat 10.0.0.138). Doe dit zonder www, alleen het IP-adres!
LET OP: De indeling van het geopende venster is afhankelijk van het merk modem/router. Deze pagina bespreekt de instellingen voor het veelgebruikte Alcatel SpeedTouch ADSL modem.
Na het inloggen opent het basisscherm waar de instellingen aangepast kunnen worden. Kies in het menu links voor Advanced (soms worden de menu's niet helemaal correct, dit wordt doorgaans opgelost nadat op Advanced is geklikt). Klik vervolgens op het menu-item NAPT voor het openen van de gewenste poorten.
LET OP: De kans is aanwezig dat een wachtwoord moet worden ingevoerd om te kunnen inloggen (standaard is deze blanco). Dit wachtwoord is tijdens de setup van het modem ingevoerd. Was er geen wachtwoord ingevuld, dan is het verstandig dit nu alsnog te doen zodat geen ongewenste gasten (vanaf het internet) op het modem kunnen inloggen (via Advanced, System Password). Vergeet daarna niet op Save All te klikken. Het wachtwoord natuurlijk goed bewaren en eventueel onder op het modem plakken!
Poorten van Alcatel SpeedTouch modem openzetten
Nadat op NAPT (Network Address Port Translation) is geklikt, wordt het tabblad met de NAPT Entries getoond (deze NAPT entries geven aan welke poorten inmiddels zijn opengezet, oftewel geforward). Als voorbeeld worden de poorten van het eerder genoemde eMule opengezet, klik daarvoor op New (onderaan in het gele gedeelte).
Door het weergegeven scherm met NAPT Entries in te vullen worden poorten opgezet. Kies eerst het protocol (TCP of UDP) in de getoonde combobox. Aan de rechter kant moet bij Inside Port en Outside Port de open te zetten poortnummers worden ingevuld. Dit zijn respectievelijk TCP, 4662 en 4662 voor de eerste poort en UDP, 4672 en 4672 voor de tweede poort (zie de pagina over het Geef bij Inside IP het IP-adres op waar het verkeer op deze poorten binnenkomt naartoe moet worden geleid, in dit geval 10.0.0.1. Klik na het invullen van het scherm voor de eerste en tweede poort op Apply in de gele balk onderin het venster. Na het invoeren van beide poorten moet het venster met de gegevens gelijk zijn aan onderstaand figuur.
Sla deze gegevens definitief op door te klikken op Save All in het linker menugedeelte (ze moeten anders bij een stroomuitval opnieuw worden ingevoerd). Nadat deze gegevens zijn ingevoerd, zijn de poorten opengezet. Het verkeer dat op deze poorten binnenkomt, wordt doorgesluisd naar de computer die met deze modem is verbonden op het IP-adres 10.0.0.1. Het programma eMule zou nu dan ook zonder problemen moeten werken!
LET OP: Bij een automatisch verkregen IP-adres is het zaak af en toe te controleren of dit nog wel overeenkomt met het huidige IP-adres. Vandaar de opmerkingen over het gebruiken van een handmatig ingevoerd statisch IP-adres.
TIP: Wordt de software niet meer gebruikt (en is het dus niet meer nodig dat de poorten openstaan), dan kunnen deze uit veiligheidsoverwegingen beter weer worden gesloten. Selecteer daarvoor de betreffende poort (klik op het blauwe pijltje aan de linker kant) en klik op Delete in de verschenen gele balk. Vergeet ook nu niet op Save All te klikken!
Netwerk uitbreiden met een router
Tot nu toe zijn we ervan uitgegaan dat er alleen het Alcatel SpeedTouch modem-router is geplaatst, maar wanneer de mogelijkheden van het netwerk moeten worden uitgebreid kan beter een meer geavanceerde (draadloze) router worden geïnstalleerd In dat geval moet op zowel het modem als de router dezelfde poort worden geforward!
Portforwarding modem naar router
Wordt het ADSL-modem aangesloten op een router, dan moet de betreffende poort worden doorgelust van modem naar router en van router vervolgens naar de betreffende PC. In het volgende voorbeeld wordt getoond hoe dat moet met een SMC-router. Eerst moet worden uitgezocht welk IP-adres de router heeft en welk IP-adres de PC van de router heeft gekregen. Deze kan op dezelfde wijze worden achterhaald als bij het Alcatel SpeedTouch modem (in dit geval 192.168.2.1 voor de router en 192.16.2.104 voor de eigen PC).
Vervolgens kan worden ingelogd op de router door het gevonden IP-adres (192.168.2.1) in te voeren in de adresbalk van Internet Explorer. Volg hierbij de aanwijzingen in de handleiding van de router. Het is wellicht even zoeken, maar er moet een statusvenster zijn waarin het door het Alcatel SpeedTouch modem uitgedeelde IP-adres van de nieuwe router vermeld staat (dit kan bijvoorbeeld 10.0.0.2 zijn). Dit is het IP-adres waar de poorten van het modem naartoe geforward moeten worden. Met deze informatie moeten eerst de instellingen van het Alcatel SpeedTouch modem worden aangepast (dus weer inloggen op 10.0.0.138 en de vorige procedure doorlopen).
Portforwarding router naar PC
Met de via het commando IPCONFIG gevonden informatie (zie de zwarte schermen) kan nu de router worden ingesteld. In dit voorbeeld is het IP-adres van de router 192.168.2.1 en het IP-adres van de PC 192.168.2.104. Stel vervolgens de router zo in, dat de benodigde poorten geforward worden van de router naar de PC. Bij deze SMC-router gaat dat via Advanced Settings, NAT, Virtual Server:
In dit scherm moeten de portforwarding-gegevens worden ingevuld (in dit geval die van het programma eMule), waarna alles naar behoren zou moeten functioneren.
Trage computer sneller maken door hardware te vervangen
Op deze website wordt uitgebreid gesproken over softwarematige mogelijkheden om de snelheid van de computer te verhogen. Is de computer ondanks deze tips nog steeds traag, dan wordt het tijd eens kritisch naar de hardware te kijken. De zwakste schakels in de hardware met betrekking tot de systeemprestaties zijn doorgaans het RAM-geheugen en de harde schijf. Een relatief trage harde schijf zorgt voor veel oponthoud, en bij onvoldoende RAM-geheugen is er zelfs helemaal niet meer fatsoenlijk met de computer te werken!
Bij onvoldoende RAM-geheugen blijft de harde schijf maar doorratelen...
Nadat de opstartbestanden van Windows (en andere met Windows opstartende programma's) van de harde schijf zijn ingelezen, worden ze in het RAM-geheugen geplaatst. Wordt het beschikbare RAM-geheugen hiermee al grotendeels in beslag genomen, dan blijft er nog maar weinig geheugenruimte over voor andere, nog op te starten programma's. Zodra het RAM-geheugen volledig in gebruik is, wijkt Windows uit naar het wisselbestand pagefile.sys (ook wel het virtuele geheugen genoemd, een speciaal voor dit doel gereserveerde ruimte op de harde schijf). Omdat dit wisselbestand (vanwege de relatief lage snelheid van de harde schijf) beduidend trager werkt dan het RAM-geheugen, gaat het gebruik van het wisselbestand ten koste van de systeemprestaties.
Een tekort aan RAM-geheugen is te herkennen aan het onafgebroken ratelen van de harde schijf (het lampje voor de activiteit van de harde schijf knippert hierbij voortdurend). Heeft het uitschakelen van onodige met windows opstertende sofware, niet genoeg effect op het terugdringen van het gebruik van het RAM-geheugen, dan zit er maar één ding op: RAM-geheugen bijplaatsen. De systeemprestaties kunnen dankzij meer (en wellicht ook sneller) RAM-geheugen miraculeus verbeteren!
Hoeveel RAM-geheugen is wenselijk?
Om fatsoenlijk met Windows te kunnen werken, moet XP met minimaal 1 Gb (bij zwaar gebruik 2 Gb) en Vista/7 met minimaal 2 Gb aan RAM-geheugen zijn uitgerust (Vista/7 Basic kan eventueel met 1 Gb minder af). Voor de gebruikelijke 32-bits versie van zowel Windows XP als Windows Vista is het niet zinvol meer dan 3 Gb aan RAM-geheugen te plaatsen, vanwege de beperkingen van de 32-bits architectuur kan dit toch niet worden aangesproken. De 64-bits versie van Windows draait daarentegen pas optimaal wanneer de computer is voorzien van minimaal 4 Gb aan RAM-geheugen. Beschikt de PC over minder dan 1 Gb aan RAM-geheugen, dan is het sowieso verstandig deze in zijn geheel te vervangen door twee snellere modules van elk 1 Gb.
Let er bij de aanschaf van nieuw RAM-geheugen op dat het type geheugen geschikt is voor het betreffende moederbord (ook het type geheugen is te achterhalen met CPU-Z). RAM-modules zijn overigens verkrijgbaar met verschillende toegangstijden (de toegangstijd is bepalend voor de maximaal haalbare snelheid van het RAM-geheugen). Hierbij is een kanttekening wel op zijn plaats, want niet elk moederbord weet de maximaal haalbare snelheid van snel geheugen daadwerkelijk te benutten (zie de specificaties van het moederbord).
Ook een nieuwe harde schijf kan snelheidswinst opleveren
De lees- en schrijfsnelheid van de harde schijf is medebepalend voor de prestaties van de computer. Alle (systeem)bestanden moeten namelijk eerst vanaf de relatief trage harde schijf worden ingelezen voordat ze in het RAM-geheugen kunnen worden geladen. De opstartsnelheid van Windows en programma's (inclusief het openen van grote bestanden) wordt dus grotendeels bepaald door de snelheid waarmee de harde schijf de bestanden kan inlezen. Elke nieuwe generatie harde schijven is weer sneller dan de voorgaande waardoor een wat oudere computer al snel over een relatief trage harde schijf beschikt. Het is dus interessant te onderzoeken of snelheidswinst kan worden behaald wanneer de verouderde harde schijf wordt vervangen door een nieuwe, snellere harde schijf. Na het vervangen van de harde schijf is het wel noodzakelijk een (tijdrovende) herinstallatie van Windows uit te voeren of de gegevens op de uode harde schijf in zijn geheel over te zetten naar de nieuwe harde schijf
TIP: Omdat het eerder genoemde wisselbestand (het virtuele geheugen) gebruik maakt van de harde schijf, heeft het plaatsen van een snellere harde schijf ook indirect een positief effect op de snelheid.
RAID-opstelling met twee gespiegelde schijven voor nog meer snelheid
Zelf zweer ik al enkele jaren bij een RAID 1-configuratie (RAID betekent Redundant Array of Independent Disks) waarbij twee (identieke) harde schijven met elkaar worden gespiegeld (ook wel mirrored genoemd) zodat beide harde schijven exact dezelfde informatie bevatten. Een wijziging van een bestand wordt dus op beide schijven doorgevoerd. Erg handig wanneer één van de schijven het begeeft want hoewel de spiegeling door het wegvallen van een schijf wordt verbroken, kan er nog steeds worden doorgewerkt op de andere nog functionerende schijf!
Bijkomend voordeel is dat de gespiegelde schijven ook nog eens zorgen voor een veel sneller systeem omdat bestanden (in theorie) tweemaal zo snel kunnen worden ingelezen. Een bestand kan namelijk tegelijkertijd van beide schijven worden gelezen, zodat elk slechts de helft van het bestand hoeft aan te leveren. Bijkomend voordeel is dat de gespiegelde schijven ook nog eens zorgen voor een veel sneller systeem omdat bestanden (in theorie) tweemaal zo snel kunnen worden ingelezen. Een bestand kan namelijk tegelijkertijd van beide schijven worden gelezen, zodat elk slechts de helft van het bestand hoeft aan te leveren. Moet de computer frequent grote hoeveelheden bestanden uitlezen (zoals dat bij het opstarten van Windows en programma's gebeurt), dan is de snelheidswinst duidelijk te merken! Worden regelmatig grote bestanden (zoals videobestanden) bewerkt dan zou een RAID 0-configuratie kunnen worden overwogen (bij RAID 0 wordt de informatie verdeeld over de schijven in plaats van gespiegeld waardoor het opslaan vanzelfsprekend sneller gaat). Besef echter dat wanneer een van de harde schijven van een RAID 0-configuratie defect raakt, de bestanden écht weg zijn waardoor er een groot probleem ontstaat...
Wees er wel bewust van dat er veel fout kan gaan bij een RAID-configuratie en dat problemen soms moeilijk op te lossen zijn! Zo kan bijvoorbeeld de configuratie beschadigd raken wanneer wordt vergeten de RAID-instellingen te herstellen nadat het BIOS is geflashed en/of gereset... Zorg dus voor voldoende kennis over de materie en experimenteer zo nodig met de BIOS- en RAID-instellingen voordat de computer definitief in gebruik wordt genomen!
OP BASIS VAN EIGEN ERVARINGEN
Dat een RAID 1-configuratie daadwerkelijk voor snelheidswinst zorgt, was goed te merken nadat ik direct na het flashen van het BIOS, was vergeten de RAID 1-configuratie opnieuw op te bouwen (ook ik maak nog wel eens een domme fout...). Omdat de spiegeling van de harde schijven hiermee werd verbroken, werden ze bij het opstarten van Windows als twee afzonderlijke harde schijven ingelezen. Doordat elke partitie nu tweemaal werd weergegeven, kon Windows op beide schijven afzonderlijk en onafhankelijk van elkaar wijzigingen doorvoeren. Voordat ik het goed en wel in de gaten had, waren beide schijven degraded waardoor de schijven niet meer bruikbaar waren voor het (met behoud van gegevens) opnieuw opbouwen van de RAID 1-configuratie!
Nu de RAID 1-configuratie niet meer kon worden hersteld, moest ik noodgedwongen met één harde schijf doorwerken (de tweede harde schijf werd daartoe losgekoppeld). Hoewel het een snelle computer betrof, heb ik mij voor het eerst sinds lange tijd weer eens geërgerd aan een zwaar beveiligingspakket... Want terwijl deze in de RAID 1-configuratie nauwelijks voor (merkbare) vertraging zorgde, was de door het beveiligingspakket veroorzaakte vertraging duidelijk te merken bij het opstarten vanaf slechts één harde schijf.
De RAID 1-configuratie heb ik overigens kunnen herstellen door twee nieuwe (snellere) harde schijven te plaatsen. Een van de oude schijven is vervolgens gebruikt om de oorspronkelijke gegevens te imagen naar de nieuw aangemaakte RAID 1-opstelling. Om problemen met het bestandssysteem definitief uit te sluiten, heb ik voor de zekerheid nog een systeemback-up teruggezet. Als gevolg van de nieuw geplaatste hardware was het ook noodzakelijk het opstartproces van Windows Vista (de BCD) met behulp van de installatie-DVD te herstellen. Tot slot is een nieuwe systeemback-up gemaakt.
Zoals uit dit verhaal blijkt, heeft een systeem met gespiegelde harde schijven wat snelheid en veiligheid betreft echt een pre, de complexiteit van de configuratie neemt echter wel toe...
Problemen met de processorkoeling
In warme zomermaanden neemt het aantal meldingen van vage computerproblemen altijd weer hand over hand toe. Veel computers blijken in de zomermaanden last te hebben van koelingsproblemen. De hardware raakt door zomerse temperaturen oververhit met als gevolg vreemde foutmeldingen, een BSOD (Blue Screen Of Death, een blauw scherm dus), een crash, een herstart, gegevensverlies en andere onverklaarbare problemen. In sommige gevallen kunnen de opstartbestanden zelfs beschadigd raken waardoor Windows niet meer kan opstarten! Om verdere schade te voorkomen is het dus van belang koelingsproblemen direct aan te pakken.
Een goede koeling van hardware is noodzakelijk
Zodra de computer wordt gebruikt, wordt door de hardware aanzienlijk wat warmte geproduceerd. Wanneer hardware te warm wordt, kan het voor (vaak onverklaarbare) foutmeldingen of zelfs voor permanente beschadigingen zorgen. Vandaar dat de processor, de grafische chipset, maar ook de computerkast zelf standaard (met behulp van ventilatoren en/of warmtegeleidende materialen) worden gekoeld.
Omdat de temperatuur binnenshuis in de zomer behoorlijk kan oplopen (denk bijvoorbeeld aan een warme zolderkamer), is de door de ventilatoren aangevoerde lucht soms te warm om nog goed te kunnen koelen. Onder die omstandigheden wordt de hardware al snel te warm en ontstaan er geheid koelingsproblemen die soms zelfs uitmonden in permanente schade (verlies van gegevens op een harde schijf komt niet zo vaak voor, maar is wel degelijk mogelijk). Neem deze problemen dus serieus en zorg voor een goede koeling!
Vaststellen van (zomerse) koelingsprobleem?
Is er daadwerkelijk sprake van een koelingsprobleem, of bevat de computer (inmiddels) defecte hardware? Zet de computer een paar uur uit, zodat de hardware kan afkoelen. Treden de problemen na een 'koude' opstart structureel later op dan na een 'warme' herstart? De diagnose is dan snel gemaakt, er is sprake van een koelingsprobleem (het mag duidelijk zijn dat een dergelijke analyse niet meer mogelijk is wanneer de opstartbestanden inmiddels door het koelingsprobleem zijn beschadigd!).
Veel computers beschikken tegenwoordig over temperatuursensoren zodat gemakkelijk kan worden uitgelezen hoe warm de hardware-elementen daadwerkelijk worden. Deze sensoren zitten op een aantal essentiële plekken (zoals bij de processor). De gemeten waarden staan vermeld in het BIOS (bijvoorbeeld onder de naam Power - Hardware Monitor), maar kunnen ook met software zoals CPUID Hardware Monitor worden uitgelezen.
De maximaal acceptabele temperatuur van een processor is afhankelijk van het merk en type, maar voor de meeste processoren kan gesteld worden dat een temperatuur boven de 60 graden Celsius niet wenselijk is. Blijken de waarden te hoog, dan is het verstandig direct maatregelen te treffen (zoals het stofvrij maken van de computerkast en/of het vervangen van een slecht functionerende ventilator) om zodoende verdere schade te voorkomen.
TIP: Schroef de computerkast open en richt een grote huis-, tuin- en keukenventilator op het moederbord. De ventilator zorgt voor een snelle aanvoer van koele lucht, die zorgt voor extra koeling. Is hiermee het probleem opgelost, dan betreft het vermoedelijk een koelingsprobleem en is het dus zaak het functioneren van de ventilatoren te controleren.
Windows opnieuw installeren
Bij vreemde kuren wordt vaak als eerste gedacht aan softwarematige problemen, waardoor menig computergebruiker de oplossing denkt te vinden in het opnieuw installeren van Windows. Zijn er tijdens of na een herinstallatie van Windows (of na het terugplaatsen van een systeemback-up) nog steeds problemen, dan kan met redelijke zekerheid worden gesteld dat het een hardware-probleem betreft, en bij een hoge kamertemperatuur zeer waarschijnlijk een koelingsprobleem. Stel een dergelijke (tijdrovende) herinstallatie echter liever uit todat uit onderzoek is gebleken dat het hier géén koelingsprobleem (en dus hoogstwaarschijnlijk wèl een softwarematig probleem) betreft, dat kan u veel tijd besparen!
De ventilator maakt teveel herrie...
Omdat de ventilator met grote snelheid moet ronddraaien om de warmte te kunnen afvoeren (2.000 RPM is niet ongewoon), wordt er ook veel geluid geproduceerd. Het is echter niet noodzakelijk dat de ventilator permanent op maximale capaciteit draait, zeker niet als de computer (tijdelijk) amper wordt belast. Het aanpassen van de snelheid van de ventilatoren aan de vraag naar koeling scheelt enorm qua de geluidsproductie.
TIP: Wanneer de ventilator aanloopt (en dus herrie maakt), is het verstandig deze te repareren of zelfs te vervangen. Een aanlopende ventilator is te herkennen door een vinger op het centrum van de ventilator te houden waardoor deze stopt met draaien. Verdwijnt hierdoor het geluid, dan loopt de ventilator aan. Wees voorzichtig met uw vingers, er is namelijk geen garantie dat u dit vaker dan tien keer kunt doen ;-).
Het gebruik van geluidsarme koelers
De betere koelers zijn voorzien van een sterk warmtegeleidend materiaal (bijvoorbeeld puur koper) en hebben een zo groot mogelijk koelingsoppervlakte (oppervlakte dat in aanraking komt met de lucht). Het relatief grote koelingsoppervlakte in combinatie met de goede geleidbaarheid van warmte maakt deze koelers ideaal voor de koeling van een processor.
De ventilator kan door deze eigenschappen beduidend langzamer draaien (en in sommige gevallen zelfs worden uitgezet). Daarnaast maken de grote schoepen van de ventilator een lager toerental mogelijk. Hoe groter de schoepen, hoe minder toeren nodig zijn om dezelfde hoeveelheid lucht te verplaatsen. Voor relatief weinig geld heeft u daarom een stille koeler.
Waterkoeling maakt nog minder geluid
Watergekoelde systemen zijn geluidsarmer, omdat rondcirculerend water geen geluid maakt. Waterkoeling is echter niet geruisloos; in plaats van een ventilator om de lucht te verplaatsen wordt bij waterkoeling gebruik gemaakt van een pompje om het water te verplaatsen. Een dergelijk pompje produceert echter wel veel minder geluid dan een ventilator.
SCHOONMAKEN VAN DE VENTILATOREN
Een vuile ventilator kan minder goed koelen. Maak de ventilator eventueel (voorzichtig) schoon met perslucht of liever nog met een stofzuiger. Naast een ventilator voor de processor zijn de meeste computers ook voorzien van een ventilator voor de grafische kaart (de grafische kaart staat meestal loodrecht op het moederbord, de stekker van het beeldscherm is erin gestoken). Zorg ervoor dat deze allebei goed schoon zijn zodat ze goed kunnen draaien.
Naast de ventilatoren bij de processor en de grafische kaart is er ook een bij de voeding te vinden. De ventilator van de voeding is vaak wat lastiger te bereiken, maar zeker niet minder belangrijk. Zorg ervoor dat de luchtstroom niet belemmerd wordt door vastzittend stof in de gaatjes van de computerkast.
Temperatuur en ventilatoren van het moederbord, CPU en harde schijven onder controle met SpeedFan
Irriteert u zich aan het geluid van de ventilator? Dat is wellicht niet meer nodig. Met SpeedFan is de snelheid van de ventilatoren te reguleren zodat zowel de temperatuur als de geluidsoverlast onder controle blijft. Het programma laat de ventilator harder draaien op het moment dat de temperatuur gaat oplopen (bij een hoge processoractiviteit of een relatief hoge omgevingstemperatuur). De snelheid van de ventilator (fanspeed) kan omlaag worden gebracht op het moment dat koeling minder belangrijk wordt, bijvoorbeeld bij inactiviteit van het systeem.
LET OP: Niet alle moederborden worden door SpeedFan ondersteund. Er zijn ook moederborden die niet toelaten dat de ventilatorsnelheid wordt gemanipuleerd. Het is dus niet altijd mogelijk de snelheid van de ventilatoren door SpeedFan te laten reguleren. In sommige gevallen laten moederborden ook niet toe dat de temperaturen worden uitgelezen.
PAS OP: SpeedFan kan de ventilatoren langzamer laten draaien, dit gaat echter ten koste van de koeling. Bij verkeerd gebruik van het programma kunnen onderdelen van het systeem te warm worden en permanente schade oplopen!
Gegevens uitlezen met SpeedFan
Nadat het programma is opgestart, worden de verschillende waardes uitgelezen. In het linker gedeelte van het scherm staan de huidige snelheden van de gemeten ventilatoren en in het rechter gedeelte staan de gemeten temperaturen. In onderstaande voorbeeld blijkt (volgens de weergegeven waarden in het BIOS) dat de 39 graden Celsius bij het moederbord en de 44 graden Celsius bij de CPU behoort. De derde (onwaarschijnlijk hoge) temperatuur is een niet aangesloten warmtesensor. Verder blijkt dat de ventilator van de CPU 1671 RPM (rondjes per minuut) draait.
Identificatie van de ventilatoren
Wanneer het onduidelijk is welke temperatuur en/of ventilator waarbij hoort, kunnen de sensoren waar mogelijk loskoppelen worden losgekoppeld om te controleren wat er met de waardes gebeurt (het duurt enkele seconden voordat de waardes aangepast zijn). Bij het uitzetten van een van de ventilatoren zal de snelheid naar 0 RPM gaan. Verdere identificatie is in dit voorbeeld niet meer nodig omdat SpeedFan ze herkend heeft. Het kan zijn dat er ook ventilatorwaardes worden weergegeven van de voeding en de computerkast.
Temperatuur CPU/processor
De temperatuursensor van de CPU/processor kan worden achterhaald door de processor tijdelijk zwaar te belasten (een dual-core processor heeft twee kernen welke afzonderlijk kunnen worden belast en uitgemeten). De tweede waarde is de gemeten temperatuur van het moederbord (waarschijnlijk de chipset). In dit voorbeeld was het duidelijk omdat de gemeten waardes ongeveer overeenkomen met de waardes zoals ze in het BIOS te vinden zijn.
Temperatuur harde schijf
In veel gevallen wordt tevens de temperatuur van de harde schijf weergegeven (HD0). Dit geldt echter niet voor de meeste RAID-controllers; zie ook het voorbeeld waar sprake is van een RAID-configuratie (twee gespiegelde harde schijven). Op het tabblad SMART staat meer informatie over de aangesloten (IDE) harde schijven.
Labels van ventilatoren en temperatuursensors hernoemen
Zijn de weergegeven labels nog niet gedefinieerd (zoals in het voorbeeld bij de gemeten temperaturen) of onduidelijk (zie de benaming van de ventilatoren), dan kunnen deze naar wens worden aangepast. Klik daarvoor op de knop Configure, selecteer een label en druk op F2 om deze aan te passen. Is de meetwaarde overbodig (zoals de hoge temperatuur bij de variabele Temp3), dan kan deze worden uitgevinkt. Doe hetzelfde op de tabbladen Fans en Speeds voor de aanwezige ventilatoren.
Temperatuur en ventilator koppelen
Klik wederom op de knop Configure, tabblad Temperatures. Selecteer nu een voor een de afzonderlijke regels en bepaal welke ventilator daarbij hoort. Zo behoort de ventilator van de CPU bij de CPU, enzovoorts. Klik op het + teken aan het begin van de regel en schakel de onnodige ventilatoren uit.
SpeedFan de ventilator laten regelen
Nu duidelijk is waar de verschillende temperatuursensoren en ventilatoren bij horen, is het zaak deze op elkaar af te stemmen. Uiteindelijk is het mogelijk de ventilator met het programma SpeedFan op de hoogst noodzakelijke snelheid te laten draaien.
De basissnelheid van de ventilatoren kunt u in het hoofdvenster aanpassen (als percentage van de maximale snelheid) zodat de ventilator minder geluid produceert (ga hierin niet te ver, want voldoende koeling is noodzakelijk). De basissnelheid van de ventilatoren kan in het hoofdvenster worden aangepast (als percentage van de maximale snelheid) zodat er minder geluid door de ventilatoren wordt geproduceerd. Ga hierin niet te ver, want voldoende koeling is noodzakelijk. Vervolgens kan SpeedFan de temperatuur automatisch in de gaten houden. Selecteer wederom een van de temperatuursensoren in het configuratiescherm van SpeedFan en kies onderin het scherm het gewenste niveau (desired) en waarschuwingsniveau (warning) van de betreffende temperatuursensor. In het volgende voorbeeld zijn deze ingesteld op 40 respectievelijk 50 graden Celsius.
SpeedFan zal nu automatisch de ventilatorsnelheid verhogen of verlagen aan de hand van de gemeten temperatuur en de ingestelde minimale en maximale ventilatorsnelheid. De actuele temperatuur wordt rechts onderin het systeemvak weergegeven. Op het tabblad Speeds kan op dezelfde manier de maximale en minimale ventilatorsnelheid worden ingesteld. Vergeet dan niet per ventilator de optie Automatically variated aan te vinken en in het hoofdvenster de optie Automatic fan speed te activeren.
Optimaliseren van de ventilatorinstellingen
Met dit programma is het dus mogelijk de ventilator in de meest optimale stand te laten draaien, in plaats van permanent in de maximale stand. De optimale stand wordt gevonden door te testen wat de minimaal en maximaal noodzakelijke snelheid van de ventilator is.
PAS OP: Laat bij het testen de temperatuur niet teveel oplopen. Te hoge temperaturen kunnen permanente schade tot gevolg hebben. De temperatuur kan met SpeedFan gelukkig goed in de gaten worden gehouden.
LET OP: Nogmaals voor de duidelijkheid: de verschillende functies van het programma SpeedFan werken alleen wanneer deze door het moederbord worden ondersteund.
Een schermafdruk (PrintScreen) en PDF-bestanden maken
Op deze pagina worden extra afdrukmogelijkheden besproken, waaronder het maken van een PDF-bestand. Daarbij komen programma's als HoverSnap, PDFCreator en FinePrint aan bod, wellicht dat u er een toepassing voor kunt verzinnen in uw eigen situatie!
Schermafdruk maken met de PrintScreen-toets
Met de PrtScr-toets (op de meeste toetsenborden rechts naast de F12-toets) kan een schermafdruk (ook wel screendump) van het gehele scherm worden gemaakt (gebruik de combinatie ALT-PrtScr voor een schermafdruk van het actieve venster in plaats van van het gehele scherm). De schermafdruk wordt dan als afbeelding op het klembord geplaatst en kan met de plakfunctie (de toetscombinatie CTRL-V) eenvoudig in een willekeurig document worden geplaatst.
Deze functie is vooral handig wanneer een afbeelding van (een deel van) het beeldscherm moet worden vastgelegd om te bewaren of aan derden te overleggen (bijvoorbeeld voor het maken van een computermanual in een tekstverwerker als Word, voor het maken van een print van het bureaublad zodat de indeling van snelkoppelingen na herinstallatie van Windows gemakkelijk kan worden hersteld of om foutmeldingen per e-mail naar een kennis te sturen).
LET OP: Een afbeelding (schermafdruk) kan alleen in een e-mail worden geplakt wanneer als opmaak HTML wordt gebruikt. Niet alle e-mailprogramma’s ondersteunen het plakken van een afbeelding in een e-mailbericht: bij oulook expr en win mails is het alleen mogelijk een schermafdruk mee te sturen wanneer deze eerst als plaatje is opgeslagen (bijvoorbeeld door deze eerst in Paint te plakken en vervolgens als afbeelding op te slaan). De schermafdruk kan vervolgens via Invoegen, Afbeelding aan het e-mailbericht worden toegevoegd (en dus niet met de plakfunctie CTRL-V)..
Een schermafdruk als bestand opslaan
Het maken van een schermafdruk hoeft dus nu geen problemen meer te geven. Het zou echter gemakkelijk zijn als je een schermafdruk zou kunnen vastleggen in een bestand. U kunt natuurlijk de schermafdrukken in een Word-bestand bewaren, maar daarmee worden de bestanden niet opgeslagen in het gangbare formaat voor afbeeldingen. Er zijn ook programma’s waarmee een schermafdruk als bestand kan worden opgeslagen, dit biedt verschillende voordelen:
- Een schermafdruk maken van iets belangrijks en deze vervolgens bewaren.
- Een schermafdruk maken van iets belangrijks en deze vervolgens als bijlage per e-mail verzenden.
- Een schermafdruk maken en het plaatje vervolgens in een website verwerken.
- Een schermafdruk maken van een bestelling, geldoverboeking of andere transactie als bewijs.
- De mogelijkheid het bestand alsnog op papier af te drukken.
- Etc., etc.
Een afdruk maken met HoverSnap
Nadat het programma is geïnstalleerd, verschijnt rechts onderin het systeemvak een icoontje van HoverSnap. Klik hierop met rechts om de instellingen aan te passen:
Onder het kopje Snapshot Format kan het gewenste bestandsformaat worden toegewezen. De meest gebruikelijke bestandsformaten zijn GIF (voor plaatjes tot maximaal 256 kleuren) en JPG voor foto's. Een foto opgeslagen in het GIF-formaat geeft een plaatje met te weinig kleuren om het nog een foto te noemen en een simpel plaatje opgeslagen in het formaat JPG heeft kwaliteitsverlies en neemt doorgaans ook nog eens meer ruimte in beslag. In sommige gevallen kan ook worden gekozen voor het formaat BMP, doe dit alleen als er sprake is van meer dan 256 kleuren maar waarbij het niet om een foto gaat (dit is meestal het geval bij een afdruk van het gehele scherm inclusief de Windows-menu's). Er zijn nog andere bestandsformaten voor foto's en plaatjes, maar die zijn voor dit verhaal niet relevant.
TIP: De bestandsextensies worden in de Windows Verkenner standaard verborgen. De optie Extensies voor bekende bestandstypen verbergen kan via Extra, Mapopties, tabblad Weergave worden uitgezet. Dat maakt het een stuk gemakkelijker het bestandsformaat te bepalen.
Onder het kopje Files Storage kan worden aangegeven waar het bestand opgeslagen moet worden (in dit geval D:\) en onder welke naam dat zal moeten gebeuren (in dit geval schermafdruk). Wijzig deze instelling zodat de bestanden straks gemakkelijk terug te vinden zijn. Als geheugensteuntje staan bovenin de gebruikelijke snelkoppelingen naar het maken van een schermafdruk. Er zijn drie mogelijkheden:
- Alleen de PrtScr-toets: hiermee wordt het gehele scherm afgedrukt
- De PrtScr-toets in combinatie met de ALT-toets: hiermee wordt het actieve scherm/programma afgedrukt
- De PrtScr-toets in combinatie met de CTRL-toets: hiermee wordt een afdruk van een geselecteerd gebied gemaakt.
Afdrukken naar een PDF-bestand met PDFCreator
Een document kan zowel op papier als ‘digitaal’ worden afgedrukt, bijvoorbeeld als een PDF-bestand. Het algemene kenmerk van een PDF-bestand is dat de lay-out van het document wordt weergegeven zoals dat bedoeld was door de maker (de meeste handleidingen en brochures op internet zijn dan ook in het PDF-formaat). Bijkomend voordeel is dat een beveiligd PDF-bestand niet zomaar kan worden aangepast! Dit maakt het PDF-formaat ideaal voor het versturen van een sollicitatiebrief, een factuur of een ander persoonlijk document waarvan het niet wenselijk is dat er wijzigingen in worden aangebracht. PDF-bestanden zijn te lezen met een van de vele gratis readers, bijvoorbeeld het programma Adobe Reader Er zijn verschillende gratis programma’s beschikbaar om zelf PDF-bestanden te maken, een van de betere is PDFCreator
PDFCreator installeren
Tijdens de installatie kan de optie PDFCreator Werkbalk desgewenst worden uitgeschakeld. Na afloop van de installatie is er een extra (virtuele) PDF-printer toegevoegd aan de lijst met beschikbare printers. In eerste instantie lijkt het alsof PDFCreator geen ondersteuning biedt voor de Nederlandse taal, maar het is wel degelijk mogelijk de Nederlandse taal als weergavetaal in te stellen: start PDFCreator en ga via Printer, Options naar het onderdeel Languages. Ververs met de knop Refresh List de lijst met beschikbare talen. Selecteer dutch.ini, klik op de knop Install, selecteer bij Current language de optie Nederlands en sluit af met de knop Opslaan.
Een PDF-bestand maken met PDFCreator
Het maken van een PDF-bestand is vrij simpel: druk het geopende document op de reguliere wijze af en selecteer bij de printerkeuze de PDFCreator-printer (in plaats van de normale printer). Het programma vraagt vervolgens naar de diverse kenmerken van het bestand, zoals de titel, datum, auteur, onderwerp en eventueel wat trefwoorden (u bent niet verplicht deze waarden te wijzigen en/of in te vullen). Nadat er op de knop Opslaan is geklikt, wordt de gewenste opslaglocatie gevraagd (de laatst gebruikte locatie wordt onthouden voor de volgende sessie). Is er gekozen voor een beveiliging van het PDF-bestand, dan wordt in het daaropvolgende scherm gevraagd naar het wachtwoord waarna het PDF-bestand wordt aangemaakt.
Kies eventueel bij het invullen van de kenmerken van het PDF-bestand de knop Opties om de standaardinstellingen aan te passen. Zo is het bijvoorbeeld mogelijk via PDF, tabblad Beveiliging extra beveiligingen in het PDF-bestand aan te brengen zoals de mate van encryptie en het vastleggen van beperkingen voor de lezer (de mogelijkheid te printen, teksten te kopiëren of wijzigen aan te brengen). Via het menuonderdeel Opslaan kan de standaard auteur worden aangepast.
LET OP: PDFCreator werkt prima onder Windows Vista, mits het programma op de achtergrond actief is (dit is te controleren aan de aanwezigheid van het icoontje van PDFCreator in het systeemvak).
TIP: Ook met PrimoPDF CutePDF Writer en PDF995 kunnen gratis PDF-bestanden worden gemaakt. Deze programma's werken nagenoeg op gelijke wijze, u kunt zelf uitproberen welke u het prettigst vindt werken.
2 pagina's op 1 A4-tje afdrukken
Het programma FinePrint print op eenvoudige wijze 2 (of meer) pagina's op één A4-tje. Het programma FinePrint installeert zich ook als virtuele printer (net als bij PDFCreator). Bij de installatie wordt gevraagd FinePrint als standaard printer te installeren: doe dit niet (deze printer wordt namelijk alleen gebruikt bij het afdrukken van meerdere pagina's op één A4-tje). Door nu meerdere afdrukken te sturen naar de printer FinePrint (in plaats van naar de standaard printer), is er de mogelijkheid twee pagina's naast elkaar op één A4-tje af te drukken op een van de vaste printers. Kies daarvoor onderaan de gewenste printer en klik op Print & Close. Helaas wordt bij de gratis versie een reclameboodschap onderaan elke pagina afgedrukt, waardoor de gratis versie wellicht alleen geschikt is voor privégebruik. Desondanks is dit programma goed te gebruiken om papier en inkt te besparen bij het afdrukken van bijvoorbeeld een handleiding.
Een overzicht van Google-producten
De zoekmachine Google is in rap tempo uitgegroeid tot verreweg de meest gebruikte zoekmachine. Het succes zit hem in de eenvoud, de snelheid en de relevantie van de zoekresultaten. Simpel maar doeltreffend! In de 'Google-Labs' worden echter nog veel meer producten ontwikkeld. En als een ander bedrijf het beter kan, dan wordt zo'n bedrijf gewoon overgenomen (zoals de overname van het video-portal YouTube). Op deze pagina wordt aandacht besteed aan de historie van Google en aan (een selectie uit) het grote aantal producten dat onder de Google-vlag te gebruiken is.
Ruim 10 jaar geleden (januari 1996) begonnen de studenten Larry Page en Sergey Brin met het ontwikkelen van een snelle zoekmachine, toen nog onder de naam BackRub. In 1998 kreeg de zoekmachine meer gestalte en bezat een voor die tijd al aanzienlijke opslagcapaciteit van 1 terabyte (aan elkaar gekoppelde harde schijven, voor een prikkie gekocht). Dit betrof het allereerste datacenter wereldwijd, en dat allemaal vanuit Larry's studentenkamertje!
Backlinks waren toen al belangrijk
De basis van BackRub was het analyseren van backlinks naar websites om zodoende tot bevredigende zoekresultaten te komen. Een backlink is een verwijzing naar een website vanaf een andere website. Hoe meer backlinks er naar een internetpagina zijn geplaatst, hoe belangrijker die webpagina is. Deze techniek zijn ze blijven perfectioneren en is tot op de dag van vandaag zeer belangrijk bij het bepalen van de zoekmachineresultaten. De zoekmachine Google is dankzij deze techniek uitgegroeid tot de grootste zoekmachine.
De oorsprong van het Google-logo
Google is een woordspeling op het woord googol, een verwijzing naar het getal 1 met 100 nullen. De missie van het bedrijf om de ogenschijnlijk oneindige hoeveelheid informatie op internet in kaart te brengen, wordt met deze verwijzing gestalte gegeven. Moet u zich eens voorstellen hoe dat internet er 10 jaar geleden uitzag in vergelijking met nu! Om het saaie uiterlijk van de server wat op te vrolijken, werd deze voorzien van gekleurde Lego-blokjes. Deze Lego-blokjes waren uiteindelijk bepalend voor de kleuren van het logo.
Oprichting Google Inc.
In het begin was het moeizaam potentiële investeerders te overtuigen. Hier kwam verandering in toen, op basis van een korte demo, de eerste cheque van $100.000 werd uitgeschreven door een van de oprichters van Sun Microsystems. Vanwege tijdsdruk was deze cheque in de haast uitgeschreven aan Google Inc., destijds nog niet eens geregistreerd onder die bedrijfsnaam!
Verder werken vanuit een garagebox
Meer investeerders volgden, en met het uiteindelijke startkapitaal van bijna $1.000.000 werd een garagebox gehuurd in Menlo Park, Californië. Deze garagebox was van alle gemakken voorzien (waaronder een bad). Dit soort omstandigheden zijn nog steeds bepalend voor de werksfeer bij Google. Ondanks het feit dat de zoekmachine zich nog steeds in een bètafase bevond, werden vanuit deze garage dagelijks zo'n 10.000 zoekopdrachten verwerkt.
Na 5 maanden was de garagebox alweer te klein
Positieve berichten in de media zorgden voor een dusdanige groei dat na 5 maanden de garagebox alweer te klein bleek! Februari 1999 werd er verhuisd naar een grotere kantoorlocatie en werd er extra personeel aangenomen. De bezoekersaantallen raakten in een stroomversnelling. Er werd daarom hetzelfde jaar wederom verhuisd, en wel naar het huidige hoofdkantoor in Mountain View, Californië. De oorspronkelijke garagebox (met het bijbehorende huis) is recent voor een onbekend bedrag door Google opgekocht als bedrijfserfgoed.
Met de zoektechnologie is veel geld te verdienen
Naast de verkoop van de snelle, efficiënte zoektechnologie aan veel bedrijven, heeft Google in het jaar 2000 een nieuw idee ontwikkeld: adwords Met AdWords kunnen bedrijven zoekwoord-gerelateerd adverteren op de Google-pagina's met zoekresultaten. Dit bleek een schot in de roos! Het adverteren op internet kreeg hiermee een geheel nieuwe dimensie.
Om nog meer bekendheid te geven aan de zoekmachine, werd in datzelfde jaar de inmiddels populair geworden Google-toolbar gelanceerd. Met AdWords kon meer verkocht worden dan dat er aan advertentieruimte beschikbaar was. Daarom werd in 2003 gestart met adsense om gerelateerde advertenties ook op websites van derden konden worden vertoond. De concurrentie doet inmiddels verwoede pogingen de achterstand in te halen.
De stroom aan nieuwe producten houdt niet op
Google blijft maar doorgaan met het verbeteren van bestaande producten en het ontwikkelen van nieuwe producten. Waar dat nodig wordt geacht, worden zelfs producten van andere bedrijven overgenomen. De steeds langer wordende lijst met Google-producten is nauwelijks meer bij te houden. De bekendste (zoals gebruikelijk zijn de meesten nog in bètafase):
- Google homepage (www.google.nl/ig): Persoonlijk aan te passen zoekpagina.
- Blogger (www.blogger.com): Eigen gedachtegoed op internet publiceren.
- Google Desktop search (desktop.google.nl): Makkelijk zoeken in persoonlijke gegevens op de eigen computer.
- Google Toolbar (toolbar.google.nl): Deze toolbar is erg populair omdat het de browser uitbreidt met extra functionaliteit. Met name de mogelijkheid om de door Google gehanteerde pagerank van een webpagina te achterhalen, is zeer interessant. Er is ook een geavanceerde toolbar voor bedrijven (www.google.nl/tools/toolbar/T4/enterprise).
- Google Chrome (www.google.com/chrome): Een geavanceerde webbrowser.
- Google AdWords en AdSense (www.google.nl/intl/nl/ads): Zoekwoordgericht adverteren en gerelateerde advertenties plaatsen op een website.
- Google Sitemaps (www.google.nl/webmasters/sitemaps): Website beheertool met uiteenlopende mogelijkheden.
- Google Analytics (www.google.nl/analytics): Statistieken van websites.
- Google Code Search (www.google.com/codesearch): Zoekmachine speciaal voor programmeurs.
- Google Alerts (www.google.nl/alerts): Blijf per e-mail op de hoogte van recente publicaties, gebaseerd op zoekopdrachten.
- YouTube (www.youtube.com): Eigen video's delen, maar vooral lachwekkende video's van anderen bekijken. Goed voor een avondvullend programma!
- Google Store (www.googlestore.com): Google-gadgets aanschaffen.
- Gmail (www.gmail.com): Gratis webbased e-mailadres (met forwarding/POP3-toegang!) met inmiddels 3 Gb opslagruimte. Gmail is zeer populair maar ook omstreden omdat de e-mail wordt gescand voor het tonen van gerelateerde advertenties.
- Picasa (picasa.google.nl): Een van de beste gratis fotobeheerprogramma's.
- Google Earth (earth.google.com): Satellietbeelden met ongekende mogelijkheden.
- Google Maps (maps.google.nl): Een bijzonder snelle, wereldwijde wegenkaart. Deze kaart is bijzonder omdat je satellietbeelden over de kaart heen kunt projecteren. Daarnaast kunnen Points of Interest (POI) worden achterhaald. De berekende routes zijn echter niet de meest efficiënte, wellicht dat dit opgelost is wanneer Google Maps uit de bètafase komt.
- Google SketchUp (sketchup.google.com): Een eenvoudige maar krachtige tool voor het maken van 3D-modellen.
- Google Talk (www.google.nl/talk): Instant messaging en bellen over internet (tegenhanger van MSN).
- Google News (news.google.nl): Verzameling van het laatste nieuws van verschillende nieuwsbronnen.
- Google Writely en Spreadsheets (writely.google.com): Webapplicaties om Office-toepassingen te kunnen gebruiken en online documenten op te kunnen slaan. Hoewel Microsoft op dit moment met het MS-Office-pakket een monopolypositie heeft (en daar veel winst mee maakt), komt daar met deze ontwikkeling wellicht verandering in.
- Google Labs (labs.google.nl): Nog veel meer nieuwe ideeën waaraan wordt gewerkt en wellicht voor verassingen kan zorgen.
Google is inmiddels uitgegroeid tot het grootste internetbedrijf, met een marktwaarde van $125 miljard (eind 2006) en een oorlogskas gevuld met miljarden dollars. Met een grote zak geld en de informele gezellige sfeer binnen het bedrijf trekt Google de beste specialisten aan, terwijl de concurrentie het nakijken heeft. Het is dan ook te verwachten dat de macht van Google op een aantal punten door menig organisatie kritisch wordt bekeken.
Audio - Hoe maak ik zelf MP3's ?
Stap 1: Stop de muziek CD in de CD-/DVD-Rom speler
Begin met de muziek CD in de CD-speler te doen. Dit maakt het voor jou en voor Nero gemakkelijker om de CD te herkennen als je voor de eerste keer muziek gaat kopieren (ook wel "rippen" genoemd).
Stap 2: Installeer (indien nodig) en start Nero
Als je Nero net hebt gedownload, moet je deze eerst installeren door het gedownloade bestand te dubbel klikken. Het bestand heet vaak "NEROabcd.EXE" waarbij "abcd" het versie nummer weergeeft van Nero.
Voor Windows XP gebruikers: je moet minimaal versie 5.5.5.1 hebben! Eerdere versie werken niet correct.
Na de installatie van Nero, starten we Nero. Nero is terug te vinden in het start menu onder "Ahead Nero". Klik daarvoor op de Windows "START" knop, selecteer "Programma's", selecteer "Ahead Nero" en klik uiteindelijk op "Nero - Burning Rom".
Nero zal nu starten en, indien je een CD of DVD brander hebt, aangeven welke CD brander ter beschikking staan (rechts onderin het beeld - zie tweede afbeelding hieronder).
Nero laat nu of de Wizard zien (afbeelding 1) of het "New Compilation" (afbeelding 2) venster. Sluit dit venster door bij zowel de Wizard als bij het "New Compilation" venster op de knop "Cancel" te klikken.
Afbeelding 2: "New Compilation" venster van Nero
Stap 3: Selecteer de gewenste CD-speler in Nero
Ga nu naar het menu "Recorder" en kies daar de optie "Save Track...".
Er verschijnt nu een venster die je de vraag stelt welke CD speler je wenst te gebruiken (als je er meerdere hebt). In het geval van mijn PC:
Hier zien we o.a. dat mijn PC 3 CD spelers heeft. De "V386 Stealth DVD" (een virtuele CD rom speler die je gratis kunt downloaden bij CD Daemon), een "Plextor CD-R PX-W1610A" (de CD brander - herkenbaar aan de term "CD-R") en een "Hitachi DVD-ROM GD-5000" (mijn DVD speler).
Klik nu 1x op de CD-speler die je wenst te gebruiken voor het LEZEN van de CD, dus waar je de muziek CD in hebt gedaan, en klik op "OK".
Stap 4: De CD (Internet) Database
Er verschijnt nu eerst een melding dat Nero de CD aan het bestuderen is:
Al snel weet Nero wat er op de CD staat en verschijnt er het venster van de CD-Database. Dit venster biedt je de mogelijkheid zelf een database te maken voor jouw muziek CD's, of om gegevens van een CD van het Internet te halen. Informatie van de CD kunnen uit een CDDB gehaald worden - een grote database met alle gegevens van muziek CD's. Dit kan je een hoop werk besparen met het intypen van de namen van de nummers van jouw CD. Deze gegevens worden namelijk gebruikt - indien beschikbaar - om automatisch de bestandsnamen van jouw MP3's in te vullen in het formaat "groepsnaam - titel.mp3" in plaats van "Track01.mp3". Dus stel je hebt een CD van "Anne Clark" en het nummer wat je gaat rippen heet "Shades", dan wordt de title van jouw MP3 bestand "Anne Clark - Shades.mp3". Een stuk duidelijker dus als je later tussen je MP3's aan het zoeken bent naar een specifiek nummer.
Let op: dit venster blijft maar een bepaalde tijd zichtbaar! Nero sluit het venster automatisch als je niks doet!
Er moet dus nu een keuze gemaakt worden. Wil ik deze gegevens van het Internet halen ?
Zo JA, klik dan op "Access Internet Database". Er wordt dan verbinding gemaakt met het Internet om de gegevens te achter halen. Als de CD bekend is, zie je in de bovenste helft van het venster de titel. Klik deze dan 1x aan en klik op de knop "Selected CD" om aan te geven dat je die CD wenst te gebruiken.
Zo NEE, klik dan op "Cancel" (of wacht tot Nero het venster zelf sluit) en ga verder met Stap 5.
De Onbekende CD - OPTIONEEL!
DIT ONDERDEEL IS DUS ALLEEN RELEVANT ALS DE CD NIET IN DE INTERNET DATABASE VOORKOMT!
Nu kan het zijn dat het een onbekende CD is voor deze database. De volgende meldingen kunnen dan verschijnen:
Je kunt er dan voor kiezen het aanmaken van een eigen database. Zeker als dit een originele CD betreft, is het misschien aardig om deze gegevens naar de Internet Database te sturen. Duizenden anderen hebben dit ook gedaan - waardoor deze database bestaat. Een bijdrage is daar altijd welkom. Het hoeft echter niet maar mag wel.
Het vereist wel het e.e.a. aan extra handelingen en zoals het de meeste gebruikers betaamt is dat weer te veel moeite (jammer genoeg).
Om de gegevens naar de database te kunnen sturen moet je eerst al de vensters sluiten zodat je alleen nog maar het basis venster van Nero ziet. Kies dan "File" - "Preferences" en klik op de tab "Database". Je ziet dan het volgende venster:
De volgende velden dienen te worden ingevuld:
Veld
Wat?
Your E_Mail address:
Vul hier jouw e-mail adres in
SMTP Server:
De naam van de uitgaande post server voor jouw e-mail (zogenaamde SMTP server)
Klik nu op "Apply' gevolgd door een klik op "OK". Ga nu terug naar Stap 3. Als je weer bij Stap 4 bent, vul dan de gegevens van de CD in. Ben dan wel zorgvuldig en vul zo veel mogelijk gegevens in. Type-fouten en titels als "Unknown" of "CD nummer 10 van Hans" zijn voor niemand zinvol.
Stap 5: Selecteer de gewenste nummers
In het voorbeeld van "Deaf Dog Blues Band" (Hi Ton!), de CD die ik in de CD-speler gedaan heb, zien we na het klikken van "Selected CD", zoals in Stap 4 beschreven staat, het volgende scherm. In dit scherm vind je alle nummers van de CD. Nero heeft ze allemaal al geselecteerd.
Selecteer nu met de linker muisknop, de gewenste nummers (of klik "Select All" als je ze allemaal wilt). Bij de selectie van een 2de (of meer) nummer, is het handig eerst de CTRL toets ingedrukt te houden en dan pas de tweede, derde etc nummer te kiezen. Dit werkt hetzelfde als in de Windows verkenner.
Stap 6: Instellen van de MP3 eigenschappen
Bij het veld "Output file format:" kun je het gewenste formaat opgeven. Er staat nu al "mp3PRO (*.mp3)", dit is de optie die we willen gebruiken voor het maken van MP3 bestanden. Klik op de knop "Settings..." voor gedetailleerde instellingen - de standaard instellingen voldoen immers niet voor onze wensen.
- Haal het vinkje weg bij "Enable mp3PRO".
mp3PRO mag dan wel een betere geluidskwaliteit leveren, maar is niet compatible met bepaalde MP3 afspeel-apparatuur. - Zet "Encoding quality" op "Highest".
Nero doet er dan wel iets langer over, maar levert daarvoor wel een veel betere kwaliteit. - Zet een vinkje voor "Constant bitrate" en zet de waarde op "128 kBit, 44100 Hz, Stereo" (of hoger).
Bepaalde MP3 spelers kunnen namelijk niet goed overweg met een variable bitrate. Een variabele bitrate levert echter wel een beter compressie op (het eindresultaat neemt dus minder ruimte in beslag). Kan jouw MP3 speler MP3's aan met een variabele bitrate, gebruik het dan. Twijfel je? Gebruik het dan niet.
N.b.: jouw PC kan variabele bitrates aan.
Stap 7: Waar moeten de MP3's heen?
We komen nu weer terug in het "Save Track" venster.
Hier kunnen we instellen waar we de MP3's willen opslaan.
Bij de optie "Path" kun je het pad intypen waar de MP3-bestanden heen moeten, je kunt natuurlijk (en dat is ook gemakkelijker) op het knopje "..." klikken waardoor je kunt kiezen uit de beschikbare directories op jouw harde schijf.
Als je denkt alles ingesteld te hebben klik dan op de "GO" knop. Nero zal beginnen en de voortgang weergeven:
De bovenste balk geeft aan hoever Nero is met het huidige nummer, de onderste balk geeft aan hoelang het gehele proces duurt.
De snelheid voor jouw PC, de hoeveelheid geheugen en de snelheid van de gebruikte CD-speler zijn van groot belang. Om een indicatie te geven: mijn PC (AMD Athlon 1300 Mhz met daarin een 40 speed CD speler en 1 Gb aan geheugen) deed er ongeveer 4 minuten over (de gebruikte CD was niet helemaal vol). Maar ja ... zoals gezegd: per PC is dit verschillend....
Als het venster "Progress" is verdwenen kun je op "Close" klikken om te stoppen. Wil je verder gaan, doe dan het volgende:
- Links onderin de hoek, links onder staat een knopje "Drive". Klik daar op en klik op de optie "Eject".
De CD wordt nu uitgeworpen en nu kun je er dus de volgende CD in doen.